home algemeen sites historische literatuur op alfabet op periode Nederlandse romans Indonesië W.O.II


Historische Romans
 

 

 

 

De gekwelde abt (zuster Fidelma 11)

Peter Tremayne

Vertaling van ‘The haunted abbot’ door Hans van den Boom
Omslag: Leo Wildschut
Zelhem, De Leeskamer, 2009, 283 blz.

Plaats en tijd: Engeland, koninkrijk van de Oost-Angelen, eind december 666.

Doelgroep: 14 - 18 jarigen; volwassenen.

Thematiek: religieuze en politieke intriges, moorden.

Inhoud

Fidelma, zuster van de koning van Cashel, en dálaigh (onderzoeksrechter) is met haar vriend en lotgenoot in vele avonturen, de Saksische monnik Eadulf, eindelijk in Canterbury gearriveerd, waar Eadulf bij de aartsbisschop verslag uitbrengt van zijn jaar in Ierland. Veel moet er niet gebeurd zijn, want het wordt alleen even vermeld. Het verhaal start als Eadulf een raadselachtig briefje ontvangt van zijn jeugdvriend broeder Botulf. Hij vraagt hem voor het begin van het heidense Midwinterfeest naar Aldreds abdij te komen. In een vliegende sneeuwstorm bereiken ze uiteindelijk de abdij. Te laat. Botulf ligt opgebaard in de kloosterkerk: diezelfde dag vermoord! Het kost Fidelma en Eadulf de grootste moeite om onderdak te verkrijgen. Ondanks de ijzige sneeuwnacht wil de vrouwenhatende abt hen eerst niet binnenlaten. 

Er blijkt meer aan de hand te zijn in de abdij. De abt, Cild, is een uiterst onaangenaam heerschap. Hij is na het concilie van Whitby, twee jaar tevoren, overgestapt van de Ierse naar de Roomse kerk. (Zie Absolutie voor moord, het eerste boek uit deze reeks.)

Daarbij is hij bijzonder meedogenloos tewerk gegaan: monniken die de Ierse ritus trouw wilden blijven, zijn ofwel de abdij uit geschopt ofwel opgehangen. Meteen heeft hij ook het celibaat ingevoerd en de vrouwen van de getrouwde monniken als slavin verkocht! Enfin, een stralend voorbeeld van christelijke naastenliefde. Zelf was hij eveneens gehuwd, met een Ierse nogwel. Maar die kwam om in de moerassen nabij de abdij. Sindsdien is er echter in de kloostergangen diverse keren de geest van een jonge vrouw waargenomen, die sterk lijkt op Gélgeis, de gestorven echtgenote van de abt. 

Eadulf mag voor een keer alleen op onderzoek uit. Fidelma is enkele dagen uitgeschakeld door een zware verkoudheid, gepaard met hoge koorts. 

Uiteindelijk ontvluchten de twee het klooster via een geheime gang. Zij belanden bij een groep vogelvrijverklaarden onder leiding van een zekere Aldhere. In het nabijgelegen woud is er nog een vestiging overgebleven van monniken die de Ierse kerk zijn trouw gebleven. Hier treffen ze ook de broer en de vader van de gestorven Gélgeis, die zich schuilhouden voor een Iers ritueel van genoegdoening voor de dood van hun dochter en zuster.  

Ondertussen is in de abdij Sigeric gearriveerd, de heidense hofadviseur van Eadwulf, koning van de Oost-Angelen. Fidelma staat hem terzijde bij het oplossen van de moorden. Maar hierbij heeft ze het niet alleen moeilijk met de raadsels die de abdij teisteren, maar ook met de in haar ogen bijzonder achterlijke Angelsaksische maatschappij, waar vrouwen geen enkele rol van belang mogen spelen; iets waar ze uiteraard met veel genoegen tegenin gaat! De oplossing blijkt eens te meer een kluwen, waarbij ze verstrengeld zijn geraakt in de ingewikkelde politiek van de met elkaar wedijverende Angelsaksische koningen. 

Ondertussen heeft de verhouding tussen Fidelma en Eadulf zich verdiept. Zij vormen een paar, in een Ierse vorm van tijdelijk proefhuwelijk. Zij zal Eadulf vergezellen naar zijn geboorteplaats. En daarna wil Fidelma terug naar Ierland. “Ik wil graag dat mijn kind in Cashel geboren wordt.”

Op deze zin eindigt het verhaal.  

Bespreking 

De lijn van de Fidelmareeks wordt voortgezet. Net als de vorige romans biedt ‘De gekwelde abt’ geen vervlakkend leesvoer, maar laat de lezer toe zich cultuurhistorisch te verdiepen in de beschreven tijd en maatschappij.

Weer loopt het verhaal vrij traag van stapel, met hier en daar onverwachte tempoversnellingen. Liefhebbers van de Fidelmareeks zullen het boek andermaal echter niet terzijde kunnen leggen, voor zij bij de ontknoping zijn geraakt.

Over de zuster Fidelmaboeken hebben we al heel wat historische achtergrond gegeven bij de bespreking van het eerste boek op deze website Absolutie voor moord en nog meer bij het vijfde boek, Het web van Araglin.  

In dit elfde verhaal krijgen we aanvullende informatie over de politieke, juridische en religieuze situatie in de Engelse Angelsaksische koninkrijken, verscheurd door onderlinge twisten en machtsstrijd.

Wat wel ergerlijk begint te worden is het feit dat de slechten altijd tot de opdringerige kerk van Rome behoren, de goeden altijd tot de Ierse ritus. Uitzondering gemaakt natuurlijk voor Eadulf. Maar van hem zou je kunnen zeggen dat hij in zijn hart ondertussen meer Iers is dan Rooms of Saksisch. 

Jos Martens

Oktober 2009