home algemeen sites historische literatuur op alfabet op periode Nederlandse romans Indonesië W.O.II


Historische Romans
 

 

 

 

Kinderen van Moeder Aarde, Thea Beckman

Rotterdam, Lemniscaat, 2004 (1ste druk 1985), 347 blz., recente herdrukken. 

Zelfs wanneer de aarde in beweging komt om iets te verpletteren, bouwt zij nog iets op. Als we onszelf te veel van haar isoleren, hebben zowel onze prestaties als ons falen geen zin. We moeten de krachten voelen waar we mee leven.

(Roger Zelazny, Kinderen van de aarde,p. 112.)

Thematiek: sciencefiction, emancipatie, ecologie, toekomst, politieke onderdrukking en uitbuiting.

Inhoud

Kinderen van Moeder Aarde (1985) is het eerst boek van wat zou uitgroeien tot de Thule-trilogie met Het helse paradijs (1987), en Het Gulden Vlies van Thule (1989). En wat heel snel de status zou verwerven van een feministische cultserie, ideaal voor verhitte discussies in vele gemengde klassen over rollenpatronen. En, in toenemende mate, over ecologie.

Plaats van handeling in deze trilogie is het eiland Thule (Groenland), door de atoomoorlog niet alleen van naam, maar ook van klimaat veranderd. De Grote Knal heeft de aardas verplaatst en na 600 jaar heerst er nu een subtropisch klimaat. Thule wordt geregeerd door vrouwen, die er een feministische, a-technische maatschappij hebben gevormd, net als in de oertijd, toen het matriarchaat heerste en alle menselijk streven in dienst stond van Moeder Aarde.

De polarisatie tussen de heersende vrouwen en de mannen, meer geneigd tot actie, verovering, uitdaging, analyse en manipulatie van de natuur, neemt drastisch toe in dit eerste deel. Vele mannen vluchten de wildernis in, waar ze hun man-zijn in vrijheid kunnen uitleven. Zelfs de prins-gemaal, die met de Konega nochtans een liefhebbend echtpaar vormt, gaat er vandoor. Voor hun zoon Christian, de hoofdfiguur van het boek, vormt dit conflict een harde noot. Het beheerst zijn hele jeugd. Hij wordt heen en weer geslingerd tussen zijn vader en moeder, tussen onderdanigheid aan de staat en creativiteit, tussen zijn functie als kleurloze toekomstige voortbrenger van nieuwe Konega's en zijn verboden liefde voor Thura, een arbeidersmeisje, die hogere studies deed en zeekapitein is.Na spannende avonturen, gevechten op leven en dood, vindt Christian zijn vader in dramatische omstandigheden terug. 

Het grote keerpunt komt als in de baai van Gothab de Badeners verschijnen, overlevenden van een sinister volk van voor De Bom. Ze leven onder een tirannie, een mengeling van fascisme en marxisme. Hun ideaal is nog altijd dit van 600 jaar tevoren: overproductie van overbodige en opgedrongen waren, winst uit slavenarbeid, grondstoffenverspilling, verknechting van buurvolken. De Badeners proberen om Thules rijkdommen in handen te krijgen door bedrog, vleierij, verraad, woordbreuk, geweld, sabotage, gijzeling.

Al is hij 'maar' een jongen, toch neemt Christian actief deel aan de conflictsituatie die ontstaat. De confrontatie met de Badeners en hun ideeën, en zijn volgens de wet onmogelijke liefde voor Thura, maken Christian bewust van zijn frustraties in verband met de ondergeschikte positie van de man.

De vrouwen en kinderen hebben intussen maatregelen genomen. Terwijl de mannen nog redeneren, maken zij al plannen om de Badeners de terugkeer naar hun land te beletten. De tegenactie is ingenieus, heldhaftig...

Als het probleem van de indringers tenslotte is opgelost, brengt hij, geholpen door zijn vader en Thura, een evolutie teweeg in het eeuwenoude rollenpatroon.

Bespreking

Vooraf: Deze didactische lectuursteekkaart verscheen in het Werkblad voor Nederlandse Didactiek (Universiteit Antwerpen), december 1986. Dankzij de recente herdrukken van het werk van Thea Beckman (1923-2004) krijgt ze hier een tweede leven, lichtjes geactualiseerd. Bij herlezen blijkt Kinderen van Moeder Aarde niets aan leesbaarheid en -helaas- actualiteit te hebben ingeboet. En evenmin aan leesplezier, gezien de reacties van een heel nieuwe generatie jonge leerlingen. 

Co-auteur van deze bespreking, Myriam Paquet, behoorde tot de eerste lichting die aan de K.U.Leuven (in 1982) een licentiaatverhandeling (doctoraalscriptie) maakte voor prof. Rita Ghesquiere … over de historische romans van Thea Beckman (1). Veel is sindsdien veranderd: jeugdliteratuur wordt niet langer misprijzend met de nek aangekeken, maar heeft een volwaardige plaats én waardering verworven in het onderwijs. 

Waardering

Wat Rosemary Sutcliff (1920-1992) betekende voor het Angelsaksische taalgebied, is Thea Beckman voor het Nederlandstalige: de grootmeester, de koningin van de historische roman. Nochtans werd haar eerste 'moderne' historische jeugdboek, Kruistocht in spijkerbroek uit 1973 bij verschijnen door de literaire kritiek afgekraakt omwille van de ‘banale taal’ en het ‘goedkope escapisme’, ‘eigenschappen’ die met wat kwade wil op haar hele oeuvre toepasbaar zijn, ook op de Thule-trilogie. De critici realiseerden zich blijkbaar niet dat adolescenten op deze leeftijd zo intens met literatuur bezig zijn als later waarschijnlijk nooit meer het geval zal zijn en in dit stadium van leven en leesontwikkeling net behoefte hebben aan dit soort gezond escapisme, dat ze in een boek willen meegezogen worden om als doorheen een toverspiegel in een ander land, een andere wereld terecht te komen. En dat ze dit nodig hebben om met zichzelf en de wereld in het reine te komen.  

In 1974 kreeg ze voor Kruistocht in spijkerbroek de Gouden Griffel en in 1976 de Prix Historique van de universiteit van Padua. Van haar klassieke kaskraker Kruistocht in spijkerbroek (60ste druk in 1998; 79ste druk in 2006!) waren er in 2006 meer dan een half miljoen exemplaren verkocht. Datzelfde jaar is het boek ook met succes verfilmd. (Het boek is zelfs in zijn geheel gepubliceerd op de Digitale bibliotheek voor de Nederlandse letteren.) 

Het jaar van haar dood, in 2004, werd de Bontekoeprijs voor beste jeugdboek omgedoopt in Thea Beckmanprijs.

De jeugdboekenschrijver en -criticus Ed Franck zegt over haar: “Thea Beckman werd literair niet eens zo hoog aangeslagen. Maar ze kon heel kleurrijk en vlot een verhaal neerpennen en dat is toch de basis van alles. Of het nu literair is of niet, dat zal de jeugdige lezers worst wezen. Dat Beckman zich niet aan vormexperimenten waagde, was allicht net haar troef.”

Misschien had ze haar succes ook deels te danken aan de heersende mode, denkt Franck. ,,De middeleeuwen hebben het een tijd lang erg goed gedaan, denk maar aan boeken als De waanzinnige veertiende eeuw van Barbara Tuchman (dat uitkwam in 1978). Beckman kon zo schrijven dat je het gevoel kreeg in die middeleeuwen rond te lopen. Dat is haar grote verdienste.'' 

Taal 

In Kinderen van Moeder Aarde slaagt zij er opnieuw in een harmonisch evenwicht te vinden tussen dialogen en natuurbeschrijvingen, de twee belangrijkste elementen van haar vertelstijl. Het beginfragment, bijvoorbeeld, vat onmiddellijk de sfeer van rust en ideale natuurlijkheid: 

De zon spiegelde zich in de Vastmanfjord en Christian, zittend op de hoogste klif, keek gespannen naar beneden. Het was heel rustig in het kleine vissersdorpje Vastman... De pijnbomen die op de steile hellingen groeiden wierpen zwarte schaduwen over het roodachtig gesteente. (p. 13)

Sinds Sheila Sullivans Het land van morgen en Ursula Le Guins De Shingbegoocheling lazen we zeer zelden nog een boek waar de natuur zo plastisch beschreven is, dat je onder het lezen de heerlijke geuren van het lentegroen werkelijk ruikt. Vooral de tocht van Christian en de Badeners door het binnenland bewerkt bij de lezer een dergelijke synesthesie. Deze tocht is dan ook structureel en functioneel het middelpunt van het verhaal: voor Christian en de lezer met hem, betekent het de definitieve keuze tegen de Badense levenswijze. 

Achtergrondinformatie wordt zoveel mogelijk in dialogen verstrekt, of via Christians gedachten. Dat maakt de "theorie" voor de lezers levendiger en directer. Een voorbeeld: op de tweede bladzijde wordt op subtiele manier niet alleen de ontmoeting tussen het hoofdpersonage en Thura beschreven, maar wordt een hele mentaliteit geschetst. Zij zegt: "Ik had me je alleen anders voorgesteld ... veel langer - en verwaander." Wat had hij om verwaand te zijn? Hij was maar een jongen. 

Humor is bijna constant aanwezig. Het verlicht het duistere, dreigende aspect van het boek. Er is, bijvoorbeeld, de vertederende idylle tussen een verlegen Badense matroos en zijn Thuleens meisje. En de Badense 'slechteriken' maken zich regelmatig belachelijk door hun vooroordelen. Niet alleen de Badeners hebben het lastig met de vrouwenmaatschappij, trouwens. Ook de lezer krijgt voortdurend de fouten en tekorten van de huidige maatschappij onder de neus geduwd. Men kan zelfs het hele verhaal beschouwen als ironisch bedoeld. Het visioen op de eerste bladzijden bijvoorbeeld, wordt door sommige lezers overbodig en overdreven geacht. Maar men kan het net zo goed niet te ernstig nemen en er een ironische vertaling in zien van al die andere ooit geschreven doemscènes. Nochtans liggen de enige echte hiaten in het boek in het verlengde hiervan. Er gaat volgens ons geen, of te weinig, aandacht naar de rol van poëzie, muziek, dans en jolijt. 

Themata en personages

1. Jouw Moeder Aarde is niets dan een steenklomp die in het heelal rondwentelt, die van binnen nog gloeiend heet en half vloeibaar is." Christian was niet verontwaardigd. "Dat weet ik," zei hij kalm. “Maar de buitenkant van Moeder Aarde is van steen ...Op steen kan van alles groeien en leven, al is het maar een laagje mos of een bosje algen. Steen wordt vruchtbaar als het verguisd is tot klei of leem of zand.” (p. 135)

Bovenstaand citaat geeft het verschil in houding weer tussen de twee beschavingsvormen ten aanzien van de natuur. Voor Thule is de natuur heilig, de Badeners echter isoleren zich van de natuur (cfr. het motto van Zelazny bij het begin van deze bijdrage), zij hebben niets geleerd van de catastrofe. De omgeving is er alleen in functie van de gebruiker. Ze doden voor hun plezier, zelfs niet uit noodzaak, omdat ze zich de meesters van de aarde wanen. Wilde schoonheid wekt bij hen slechts angst en agressie op. Dat merkt Christian als hij met enkelen door het prachtige stromengebied trekt. Hun enige motivatie voor de tocht is goud, dus macht. Christian vindt die liefde voor het gele metaal onbegrijpelijk, en walgt van hun oneerbiedige houding tegenover elke vorm van leven. 

2. Waar mannen de macht uitoefenen regeert de techniek, maar verdwijnt de beschaving.(p. 151) 

Vrouwen regeren op Thule. Dat is na de catastrofe, de enige logische oplossing, zoals Christian uitlegt aan de Badense professor Kunz : "In uw land zijn het mannen die regeren en regelen, nietwaar? Wij Thulenen worden geregeerd door vrouwen omdat wij vinden dat vrouwen verstandiger zijn en meer van de natuur begrijpen." (p.136)

- en, op p. 15 :

Moeder Aarde, vertoornd over het vele onrecht dat eeuw na eeuw op Haar huid had voortgewoekerd, had het mensengeslacht verdelgd - de Thulenen hadden begrepen dat de belangrijkste wezens op aarde de vrouwen waren. Vrouwen brachten nieuw leven voort, vrouwen kenden mededogen, ze waren gevoelig, eerlijk, intelligent. Ze waren ook beter bestand tegen de strijd om het bestaan, omdat ze veelzijdiger, taaier en vindingrijker waren en beter pijn en verdriet konden verdragen dan mannen...

De Thuleense maatschappij is wat de cultuurfilosoof Ivan Illich een ‘conviviale samenleving’ noemde (2). De mens en de natuur staan er centraal, niet de structuur van de maatschappij en de macht. Macht is wat de ondergang van de vorige wereld betekende. Macht is typisch mannelijk, en onlogisch. Op Thule zijn daarom logica en vrijheid de basiskenmerken van de politiek. In dit utopia wordt misdaad bijvoorbeeld op een menselijke manier gestraft: naargelang de misdaad krijgt men een stempel van een bepaalde kleur op het voorhoofd. Gevolg: schaamte, knagend geweten, zich uitgesloten voelen van vriendschappelijke omgang. Naarmate berouw en inzicht groeit, slijt de stempel weg. Badeners vinden dit natuurlijk ongelofelijk onnozel en naïef. Dergelijk idealisme wekt hun lachlust op. Alleen onderdrukking en machtsvertoon brengen orde en regelmaat in hun samenleving. Zelfs de godsdienstbeleving is er een van uiterlijkheden, gestoeld op net dezelfde principes als de politiek. Andersdenkenden zijn alleen maar te beschaven onderontwikkelden. Moraal is tenslotte slechts een kwestie van afspraken. ("Het verschil tussen goed en kwaad is een kwestie van afspraak." p. 150) Thule heeft geen georganiseerde godsdienst, maar beleeft een volledig vrije dienst aan Moeder Aarde. 

3."Mannen waren aardige, sterke, dikwijls vriendelijke wezens die het zware werk konden doen, maar zoiets gevoeligs als het landbestuur kon je hen niet toevertrouwen. Daarvoor waren ze te ruw, te eigengereid, te zelfzuchtig."

Thea Beckman heeft, erg origineel, gespeeld met onze tradities in verband met het rollenpatroon. Al haar boeken proberen op een of andere manier aan te tonen hoe meisjes veel verstandiger, handiger, enz. moeten zijn om net hetzelfde te bereiken als jongens. Meestal zijn haar vrouwelijke hoofdpersonages daarom zeer actief, zelfstandig en zelfbewust. Door een jongen in dezelfde machteloze en frustrerende positie uit te beelden als een zich emanciperend meisje, bereikt Beckman waarschijnlijk meer jongeren dan ooit.

Meisjes herkennen de situatie, jongens worden middenin het identificatieproces geconfronteerd met dat gevoel van minderwaardigheid, met dat redenloos in vakjes geduwd worden. Christian vraagt zich bij het begin van het verhaal af, zoals alle slachtoffers van vooroordelen: ben ik nu echt zoals wij verondersteld worden te zijn? Hij begrijpt hoe de huidige situatie is ontstaan en aanvaardt de redenen, maar vindt ze niet meer geldend. Als hij zich dan nog persoonlijk getroffen voelt - zijn liefde voor Thura heeft geen toekomst omdat hij slechts een zoon is en moet zorgen voor vrouwelijke erfgenamen in de Konegalijn - zoekt hij naar een uitweg. Die lijkt hij te vinden in de komst van de Badeners. Mannen die het voor het zeggen hebben! Dat kan dus. Heel even laat hij zich door hun ideeën verleiden, maar hij ziet al vlug het kwaad in van hun extreme opvattingen. 

De confrontatie met die mannenmaatschappij, én het weervinden van zijn vermiste vader Rajo, betekenen voor Christian de uiteindelijke ommekeer. Ook Rajo was anders dan de doorsnee man-bij-de-haard. Hij droomde ook van een ideale combinatie van het mannelijke en het vrouwelijke element in de samenleving, bijvoorbeeld in het bestuur; voor de komst van Baden was de tijd daar echter niet rijp voor. Rajo vluchtte drie jaar het woud in, tot zijn vrouw, de Konega, hem nu nodig heeft. Christian en Rajo kunnen de vrouwenraad tenslotte ertoe bewegen mannen in te schakelen in het bestuur van de staat. Dit begin van emancipatie is alleen mogelijk dankzij de reeds aanwezige -vrouwelijke?- verdraagzaamheid. Thule vervalt dus zeker niet in de oude fouten. 

Zoals in haar vroegere historische romans, koos Thea Beckman voor het cultuurhistorische motief van de tocht als centraal structuurelement. Dit was al zo bij haar eerste 'moderne' historische jeugdboek Kruistocht in spijkerbroek, vervolgens in haar trilogie van de Honderdjarige Oorlog en bij De gouden dolk.  

Dit wijst bij haar alleszins op een consequent volgehouden continuïteit qua thematiek. Haar hoofdpersonen zijn meestal jonge mensen,, op de drempel van volwassenheid. De reis, de queeste staat voor de zoektocht naar zichzelf, naar de eigen identiteit, de eigen plaats in hun wereld. Net als in De gouden dolk wordt hier meer aandacht besteed aan het doorbreken van vaste normen binnen eenzelfde maatschappij, in dit geval die van de feministische maatschappij op Thule. Jiri moet zich losmaken uit de structuur waarin hij is opgegroeid. De “Bildungsgeschichte” die hij doormaakt brengt hem dichter bij de lezer. De omstandigheden dwingen hem af te stappen van een reeks vooroordelen en leiden tot een meer genuanceerd en realistischer mens- en wereldbeeld. 

Tsjernobyl : the Day After... 

Waarom is hij zo nieuwsgierig? … Zijn belangstelling is te eenzijdig. Ik heb hem niet één keer horen informeren hoe bij ons het onderwijs is geregeld, of de gezondheidsdienst. Je kunt zijn hebzuchtige nieuwsgierigheid voelen, zodra je bij hem in de buurt komt. (p. 149)

Het is duidelijk dat Thea Beckman het in Kinderen van Moeder Aarde eigenlijk over hedendaagse thema's heeft. Verwerken, uitdiepen van en discussie over de utopie en dystopie kan erg interessant zijn, zeker als men de uitwerking in dit boek vergelijkt met gegevens (krant, essays, enquête, film...) over de tegenwoordige tijd.

Het is natuurlijk al eerder behandeld: de aarde, die door de dwaasheid van de mensen ten onder gaat in een vlammend cataclysme, een laaiende baaierd van atoombommen, lavastromen en vloedgolven. Kortom: de apocalyptische evocatie van een kosmische catastrofe. Niven en Pournelle hadden er heel wat meer bladzijden voor nodig in hun bestseller De Hamer van Lucifer (3) .

Een a-technische maatschappij met sterk ecologische inslag en geblokkeerde technologie werd meesterlijk getekend in Sheila Sullivans Het land van morqen (eveneens een cultboek) en in de Rocannon-trilogie van Ursula Le Guin. Alleen speelt hier, net als in Roger Zelazny’s Kinderen van de Aarde, ook telepathie een belangrijke rol, wat bij Beckman niet het geval is, hoewel de 'intuïtie' van de Konega en Christian er soms griezelig dichtbij komt. Telepathie introduceren zou echter gegarandeerd beschuldigingen van plagiaat hebben opgeleverd, bijvoorbeeld tegenover Tonke Dragts Torenhoog en Mijlenbreed en Ogen van Tijgers.

De confrontatie van ons type 'beschaving' met een cultuur waar natuurliefhebbers onze hiërarchische symbolen voor schut zetten, vonden we vol rake humor beschreven in De Grote Uittocht van Eric Frank Russel. Een schitterende evocatie van een bestel waar vrouwen de plak zwaaien (met verscheidene gradaties, tot in de karikaturale femocratie toe) en waar een totale elektronische democratie heerst, om Ivan Illich te laten watertanden, levert ons Norman Spinrad in Planeet in de Tang (3). Doch dit laatste boek is door zijn vaak pornografisch woordgebruik allerminst geschikt voor jongeren. En hier zit voor een groot deel de waarde van Beckmans roman: onze 13-15-jarigen hebben zonder twijfel niet een van bovenvermelde werken, laat staan alle, gelezen. In bijna alle soortgelijke boeken verspringt de actie naar verafgelegen planeten in een schimmige toekomst. Kinderen van Moeder Aarde speelt op onze eigen planeet! 

Beckman weerspiegelt onze groeiende bezorgdheid voor ons leefmilieu. Waarschuwingen en andere rapporten van Clubs van Rome (1970) of An Inconvenient Truth (2006) van Al Gore (voormalig vicepresident van de Verenigde Staten) zijn ons reeds zo vertrouwd en clichématig geworden, dat we vergeten hoe recent die belangstelling en bezorgdheid pas is doorgedrongen tot de publieke opinie (4). Het laatste boek van de in 1975 overleden Arnold Toynbee, waarschijnlijk de grootste cultuurhistoricus van de 20ste eeuw, kreeg de sprekende titel Mankind and Mother Earth (5). Nochtans is het geen ecologisch boek, maar een synthese van de wereldgeschiedenis. 

Het economisch systeem van de Thulenen lijkt ons even onhoudbaar en grenzeloos naïef als dat van de burgers uit Thomas Mores Utopia, die goud alleen maar gebruiken voor toiletpotten of om de zwaarst gestrafte misdadigers en slaven mee te ketenen. De vergelijking met More is niet louter toevallig. Er zijn meer idealistische trekjes die aan het Nergensland van de grote Engelse humanist doen denken: de eenvoud van het leven, de haast afgodische eerbied voor natuur en dierenleven enz. (Wild in overvloed, maar nooit lamsbout of kalfsrib op tafel: jonge dieren mogen niet geslacht; bont wordt niet gebruikt. Zover gingen zelfs de indianen niet! Het hoort eerder bij onze eigen, sentimentele centraalverwarmde tijd en hedendaagse dierenactivisten dan bij het reële Thule.) 

In elk geval: de utopie Thule mag sentimenteel en naïef overkomen, de bedoeling van Beckman is duidelijk: jonge mensen aanzetten om vragen te stellen, de juiste vragen. Kinderen van Moeder Aarde is meer dan alleen maar een nieuwe toevoeging aan de bibliografische lijst van heilstaatliteratuur, meer dan S.F., het is een waarschuwing. 

Didactische tips

Verwerking kan gemakkelijk in complementair groepswerk, waarbij elk van de groepen een der boeken van de trilogie neemt. (Gegarandeerd zullen heel wat leerlingen zeer snel de drie boeken gelezen hebben.) 

- ecologie: voorbeelden laten opzoeken van menselijk wanbeheer tegenover de natuur ; discussie over de problematiek en oplossingen aan de hand van goedgekozen citaten uit het boek;
- rollenpatroon man-vrouwen van daaruit: macht, status enz.
- lijstje opstellen van kenmerken van de Badense samenleving, met overeenkomstige uit de Thuleense maatschappij en onze cultuur.
- waardeverduidelijking : via goedgekozen zinnen uit het boek.

Bijvoorbeeld: vrouwen zijn superieur aan mannen, omdat:

1ste    

2de    

3de

Vrouwen zijn beter geschikt om de macht uit te oefenen dan mannen omdat:.

Of : wij zijn allen Badeners, want: 

Methode: keuze van 'sterke' uitspraken waarachter leerlingen zich al dan niet scharen. Dan geven zij een korte motivering van hun stellingname die daarna ernstig moet uitgepraat worden. Bedoeling: consequenties van keuzen van waarden duidelijk maken. 

In een volgende fase is actualisering mogelijk: federalisering is nodig, want wat Vlamingen zelf doen, doen ze beter. (Laten opzoeken of dat wel klopt, tot inzicht komen dat er geen verschil is, als de mentaliteit niet verandert.)

Of nog: Leerlingen aan de macht voor een betere school, want:

Of : rollenspel waarin de man-vrouwpatronen worden omgewisseld. Gevolgd door discussie. Bedoeling: inzicht in vooroordelen; eigen maatschappij in reliëf plaatsen door contrastwerking; tot inzicht komen over eventuele vooroordelen of discriminatie in eigen omgeving (buurt, school, klas ...) en uit dat inzicht concrete gedragsregels afleiden. 

Andere boeken van Beckman, zie: http://www.geocities.com/theabeckman/

Over de auteur: http://www.lemniscaat.nl/dynamic/persoondetails.php?persoon=20

DBNL http://www.dbnl.nl/auteurs/auteur.php?id=beck017

Lezen van jeugdromans door andere auteurs: zeer geschikt is bijvoorbeeld

Arnulf Zitelmann, De schaduw van de toren

Hier vind je tevens een aantal bijkomende mogelijkheden en bronnen. 

Wil je buiten de in de trilogie behandelde thematiek gaan of heb je verschillende klassen, dan kan je groepjes laten werken met boeken van auteurs die met de Thea Beckmanprijs bekroond zijn. Zie: http://nl.wikipedia.org/wiki/Thea_beckman#Thea_Beckmanprijs  

Voor algemene didactische achtergronden én concrete wenken bij het aanwenden van jeugdliteratuur verwijzen we naar de artikelen op de site van de VVLG: Gelezen tijd, Concreet werken met historische romans in de klas en Wachters voor de poorten van het millennium. Historische (jeugd)romans als medium voor cultuuroverdracht en waardeverduidelijking.  

Myriam Paquet & Jos Martens

Noten

1. Myriam Paquet, De historische jeugdromans van Thea Beckman, in: Refleks. Visies op jeugdliteratuur, Lier, Van In - Den Haag, NBLC, 1983, nr. 2, 64 blz.

2. Ivan Illich: http://nl.wikipedia.org/wiki/Ivan_Illich

3. Larry Niven & J. Pournelle, De Hamer van Lucifer, Utrecht-Antwerpen, Bruna, 1980, 589blz. (Larry Niven geniet vooral bekendheid als auteur van S.F. Hij is de schrijver van Ringwereld en De bouwers van Ringwereld.

Sheila Sullivan, Het land van morgen (Prisma 1789), Utrecht-Antwerpen, Het Spectrum, 1977, 302 blz.

Ursula Le Guin, o.a. de Rocannon-trilogie in de Prismareeks : Rocannon (Prisma 1624), Ballingsplaneet (P. 1590), De Shingbegoocheling (P. 1935), (geschreven tussen 1966 en 1967, 2de Nederlandse druk in 1981) en eveneens Het woord voor wereld is woud (P. 1688).

Roger Zelazny, Kinderen van de Aarde (Prisma S.F. 1815), Utrecht-Antwerpen, Het Spectrum, 1977, 153 blz.

Tonke Dragt, Lectuursteekkaart : Ogen van Tijgers, in : Werkblad voor Nederlandse Didactiek, jrg. 10, 1984, nr. 2, p. 89-92. 

Eric Frank Russel, De Grote Uittocht (Meulenhoff S.F.), Amsterdam, 1982, 3de druk (1ste in 1969), 195 blz.

Norman Spinrad, Planeet in de tang (Prisma S.F. 1983), Utrecht-Antwerpen, 1983, 327 blz.

4. Al Gore, An Inconvenient Truth waarschuwt voor de opwarming van de aarde: http://nl.wikipedia.org/wiki/An_Inconvenient_Truth

5. Toynbee, A., Mankind and Mother Earth, London, Book Club Associates, 1971, 641 blz. + krtn.