Home |
Dido en Aeneas |
Bronnen | Docent | |||||||
|
||||||||||
Opdracht
Bedenk waarom Augustus Vergilius opdracht gaf om een dergelijk verhaal over het onstaan van Rome te schrijven. Lees onderstaand verhaal en Kijk ook naar de afstamming van Aeneas. Vergilius
en zijn Aeneas. Vergilius krijgt een opdracht van Augustus “Vergilius, kom verder beste man, kom verder. Ik hoorde
dat jij leuke verhaaltjes kan schrijven!” “Ja, keizer Augustus, wat u zegt
is altijd waar. Uhum.. Waarom heeft u mij geroepen, o keizer?” “Na, je
weet dat ik met mijn geweldige politieke kwaliteiten probeer om het dagelijks
leven van Rome, en mijn inkomen, zo goed mogelijk te regelen. Dat gaat
natuurlijk fantastisch. Maar ik moet iets hebben om me nog populairder te
maken dan ik al ben.” “Hoest…” “Gezondheid. Maar, waar was ik… o
ja. Ik wil nog populairder worden. En ik wil dat mijn macht en daden
onbetwistbaar zijn net als die van de goden. Daarom wil ik dat jij voor mij
een epos bedenkt, waar uit goede bronnen blijkt, dat ik van goddelijke afkomst
ben.” “Huh, dat begrijp ik niet helemaal. U wilt een zoon van een god
zijn?” “Jep, helemaal goed. En o ja, als je dan toch bezig bent, maak er
dan ook in duidelijk dat Rome een voortvloeisel is van de eens zo fantastische
Griekse cultuur en literaire tradities!” “Moet lukken. Wanneer moet het
af?” “Zo snel mogelijk, want er staat elke dag een grotere meute voor mijn
paleis te zaniken om brood… Enne, mondje dicht over deze opdracht hè? Het
moet wel geloofwaardig zijn. Ga nu maar weer weg!” “Okidokie, dank u voor
de opdracht. Eh, wat krijg ik er voor betaald?” “Ik geloof dat ik de
leeuwen hoor brullen in het theater.” “Ah, ik begrijp het, tabee dan maar
weer…” Vergilius zit in zijn werkkamer
en denkt na over de opdracht. “Goddelijk
afkomst! Pff, wat een blaaskaak. Na ja, een verhaaltje. Moet lukken. Er was
eens een god. Nee, dat is een uitgemolken idee… Er was eens een man. Oké,
klinkt beter. Een man in eh…Troje. Plagiaat kennen we nog niet in 25 v. Chr.
Dank je Homerus… O, hoe ging die Odyssee ook al weer. O ja, Odysseus is op
weg van Troje naar huis, na de list met het houten paard. Hij dwaalt over de
zeeën, komt vreselijke monsters tegen, mooie vrouwen en komt uiteindelijk
weer thuis bij zijn geliefde what’s her name… Hoofdpersoon… Een man, mmm… honger. Stukje ananas zou
er wel in gaan. Ananas… HE!!!
Aeneas!! O Jupiter wat ben ik geniaal. Oké,
niet helemaal Homerus na-apen. Eens zien. Odysseus was een Griek. Ehm…
Aeneas wordt een Trojaan. Een halfgod! Toch wel, dat slaat altijd aan. Eens
zien, er moet nog een mooie ‘babe’ in, waar hij bij blijft plakken. Mmm…
Calypso. We hadden altijd ruzie met Carthagers vanaf 264-146 voor Chr. Kannik
hen ook nog wel gebruiken. Aeneas
wordt verliefd op een Carthaagse schone. Dan gaat ie natuurlijk weg, net als
bij Calypso. Waarom gaat ie weg… Hij had een vrouw ergens. Nee, want die is
dood. Lekker drama maken. Oja,
hij moet natuurlijk hier terechtkomen. Hij gaat dus niet terug naar huis, naar
Troje, zoals Odysseus naar huis, Ithaka ging. O, dommerd hij kan niet naar
Troje, want dat was met de grond gelijk gemaakt. Hij was dus op zoek naar een
nieuwe plaats om een stad te stichten. Waarom dan wel? O ja, de goden
natuurlijk. Dan moet hij dus iets met de goden te maken hebben. Hij was al
halfgod. Ehm… welke god was dan weer vreemd gegaan… Ach, Venus dan maar.
Oké, Venus was z’n moeder. Hij ging weg uit Troje om een nieuwe stad te
stichten. Hij wordt verliefd op een vrouw. Dido! Hij gaat weg, omdat zijn
maten weg willen. Dido wordt boos. Ze vervloekt hem. Hij sticht een stad. Jee,
geniaal. Een glas wijn zou er wel in gaan “Ah,
wat interessant… Gosh, dit wist ik helemaal niet… Poepoe, das knap… 2
volkeren, ahah, … Gaap…Dit kan ik wel verwerken in m’n verhaaltje…Hier
kan ik wel iets aardigs over verzinnen…goh…” Vergilius praat met een leraar
geschiedenis. Vergilius en Albertus in een taverna. “Mmm,
spekpannenkoeken, maar oké, vertel…” “Oké, de Punische oorlogen beg…”
“Sorry, waarom heten het eigenlijk ‘Punische’
oorlogen?” “Vergilius… tsss… ik wist niet dat je zo dom was!”
“Na ja zeg, hee, ik heb wel jouw pannenkoek betaald hoor!!!” “O, ja,
Punisch komt van Phoenisch. Dido, de koningin van Carthago was door haar broer
uit Tyrus in Phoenië verjaagd. Ze vluchtte met een groep volgelingen over zee
en ging ergens in het huidige Noord-Afrika aan land. Van de goden mochten ze
een stuk grond in bezit nemen zo groot als de omtrek van een runderhuid. Ze
sneed de huid in hele dunne reepjes, en kon daarmee een flink stuk grond
omspannen. Zo is Carthago ontstaan. De Carthagers worden soms ook wel
Puniciers genoemd. De oorlogen dus Punische oorlogen.” *4
“gaap… oja, Phoenië dus. Nog een glas wijn?” “Graag, als jij
betaalt.” “Naja, alsof een schrijver zoveel verdient!” “Moet je nog
meer weten eigenlijk?” “Ja, wat waren de oorzaken van de Punische
oorlogen?” Vergilius
denkt na “Gaap, wat ontzettend saai. Daar kan ik echt niets
mee. Het verhaal moet spannend zijn. Romantisch en drama… Ik doe het lekker
anders!!!” Vergilius
levert zijn verhaal in bij Augustus “Ha Augie, ik bedoel, Ave o keizer!” “A ja,
Vergilius! Heb je het af? Geef hier!!! Ik wil het lezen!!!” “Ja hoor, maar
kunnen we niet even een dealtje maken over wat ik er voor krijg…” “Wat
is dat gebrul daar toch???” “O ja, de leeuwen, even vergeten.” “Oooo,
Dido… Aeneas… Venus…Punische Oorlogen? Waarom heb je die er in
verwerkt” “Ik moest een slechterik in het verhaal hebben.” “Aah, ik
snap em!” “U bent geweldig… Hoest…” “Gezondheid. Je bent toch niet
verkouden ofzo?” “Nee hoor, o grote keizer. Ik was enkel verbaasd over uw
grote intellect. Kuch” “hee, doe je het weer. Als je mij maar niet
besmet.” “nee hoor” “Goed verhaal!! Hier, ’n kruik wijn voor de
moeite…” “U bent te goed. Hoest, kuch…” “Ga toch maar even bij een
dokter langs?” Sarvi
Sharifi en Kim Brouwer |
||||||||||
© Albert van der Kaap, 2004 |