'Met genot als lokaas jagen zij op domheid', schreef Plato over de
politici die de bevolking van Athene bestuurden. Plato vond democratie niet
ideaal voor stadstaat Athene. Democratie is een staatsvorm zonder
rem. Want de democratie dwingt politici de bevolking alles te geven waar het om
vraagt. Wat de bevolking ook maar voor grillen heeft, de politici zullen er
alles aan moeten doen om die te vervullen. Ze willen hun machtsbasis namelijk
niet kwijt.
Bovendien zijn politici volgens hem vaak aan lager wal geraakte
mislukkelingen, die slechts in de politiek iets van een carrière kunnen maken.
Het jagen op eigen voordeel van deze lieden is ook weinig bevorderlijk voor het
functioneren van het systeem. Daarom is volgens Plato een rationeel proces van
besluitvorming per definitie onmogelijk in een democratie.
De kritiek hierboven van de beroemde filosoof Plato was geen uitzondering in
het democratische Athene van de vijfde en vierde eeuw voor Christus. Ook anderen
vonden het slecht dat ruim tien procent van de bevolking (manlijke vrije
burgers) in vergaande mate mocht meebeslissen over de politieke koers van de
stadstaat. De kritiek was divers.
Hoe kan het dat de eerste de beste burger met een beroep dat niet met
politiek te maken heeft opeens politieke beslissingen nemen? Is het niet beter
voor de belangen van de staat als de besten van de bevolking de leiding op zich
nemen? Kan een handige volksmenner, een demagoog, niet alle macht naar zich
toetrekken?
Op dat laatste probleem hadden de Atheners wat gevonden: het schervengericht.
Wanneer de meerderheid van de volksvergadering vond dat iemand dictatoriale
aspiraties had, kon hij worden verbannen. Op scherven kerfden de burgers in de
volksvergadering of een dergelijke persoon volgens hen mocht blijven of moest
gaan.
Het is vrij uitzonderlijk wat er in Athene gebeurde. De wereld werd geregeerd
door aristocraten, oligarchen, koningen en tirannen. Alleen in Athene heeft een
deel van de bevolking het recht en zelfs de plicht om mee te draaien in het
politieke spel. Het blijft een tijdelijke zaak, want pas vele eeuwen later
zullen mensen zich weer democraat gaan noemen.
Dat de volksvergadering niet altijd even slagvaardig was bleek in de
Peloponnesische Oorlog (431-404), een machtsstrijd tussen Athene en Sparta, die
beide allianties sloten met andere staten. Lesbos wilde op een gegeven moment
onder een bondgenootschap met Athene uit. De volksvergadering zond daarop een
oorlogsschip naar het eiland met het bevel om de mannen te doden en de vrouwen
en kinderen als slaaf te verkopen.
De volgende dag bedacht de volksvergadering zich en werd er een ander schip
naar Lesbos gestuurd. Het tweede schip begon een inhaalrace en kwam nog net op
tijd de haven binnen op het moment dat het eerste bevel op de kade werd
voorgelezen.
Plato was één van de felste tegenstanders van het systeem in zijn stad. Naast
rationele redenen had hij ook emotionele motieven om zich zo fel te keren tegen
de democratie. De leermeester van Plato was Socrates. Die was in een nogal
duister (democratisch) proces veroordeeld tot het leegdrinken van een gifbeker.
Volgens de aanklacht van de volksrechtbank van 500 man had de 70-jarige
Socrates de jeugd verziekt en was hij goddeloos. Wat hem meer kwalijk werd
genomen was dat hij antidemocraat was, goede contacten had met andere
antidemocraten en de aristocratische jeugd, waaronder Plato, zijn
antidemocratische ideeën had gedoceerd.
'Als u denkt dat u door mij te doden verlost bent van de plicht
verantwoording af te leggen voor uw manier van leven vergist u zich', laat Plato
Socrates in één van zijn werken zeggen tegen zijn rechters.
'Het tegenovergestelde zal gebeuren. Door mensen te doden kunt u niet het
verwijt voorkomen dat u verkeerd leeft. Meer mensen zullen u om verantwoording
komen vragen, die ik tot dusver heb tegengehouden. En ze zullen lastiger zijn,
in zoverre ze jonger zijn.'
De voorspelling van Socrates, beschreven door Plato, slaat natuurlijk onder
andere op Plato zelf. Hij zou nog veel schrijven over zijn ideale staatsvorm.
Eén van zijn leerlingen werd Aristoteles, die de leermeester van Alexander de
Grote zou worden.
Joris Smeets
http://geschiedenis.vpro.nl/artikelen/12842270/ |