Vier bronnen (bron A tot en met D) over de geschiedenis van de Nederlandse staatsinrichting.
Bron A
Razzia tijdens de Duitse bezetting.
Bron B
Afronding van de wet voor algemeen kiesrecht voor mannen en vrouwen.
Bron C
Informatie over een referendum.
Bron D
Een betoging voor liberale hervormingen in Den Haag. De leider wordt later die dag ontvangen door koning Willem II.
De vier bronnen laten gebeurtenissen zien die te maken hebben met de geschiedenis van de Nederlandse staatsinrichting.
Zet de bronnen in de juiste tijdvolgorde, van vroeger naar later.