Scène

Tijdsduur

Scènebeschrijving

1

0.00.00 – 0.12.00

In Aalst (België) werken en wonen de textielarbeiders onder erbarmelijke omstandigheden. In de stad arriveert de priester Adolf Daens die hun lot aantrekt.

2

0.12.00 - 0.23.04

Fabriekseigenaars besluiten, met goedkeuring van parlementariër Charles Woeste, dat het werk nog goedkoper moet: mannen worden ontslagen en vrouwen en kinderen nemen hun werk over.

3

0.23.04 - 0.35.43

Daens pleit, evenals de katholieke en socialistische arbeidsorganisaties, voor verbetering van de omstandigheden. De regering stuurt een inspectiecommissie.

4

0.35.43 - 0.52.44

De inspectiecommissie onderzoekt de fabriek, maar de kinderen worden verborgen gehouden. Protesterende arbeidsters worden door de Franstalige commissieleden niet begrepen. Als een jongetje verongelukt onder de machines, gaan de arbeidsters in demonstratie door de stad. De demonstratie wordt hardhandig neergeslagen.

5

0.52.44 - 1.08.09

Daens preekt in de kerk en houdt een vurig pleidooi voor de arbeiders. Woeste dringt bij de kerk aan op ontzetting uit het ambt.

6

1.08.09 – 1.22.58

Het algemeen kiesrecht wordt aangenomen. Daens stelt zich kandidaat, maar wordt door fraude verslagen door Woeste.

7

1.22.58 – 1.35.30

In de herverkiezing wint Daens en houdt in het parlement een toespraak over de armoede in Aalst. Conservatieven dringen aan op zijn ontslag uit de kerk.

8

1.35.30 – 1.45.27

Daens moet bij de paus in Rome komen, maar wordt keer op keer niet door hem ontvangen. Wel hoort hij dat hij zich niet mag inlaten met socialisten.

9

1.45.27 – 2.00.03

Daens is terug in Aalst waar hij bedreigd wordt en gevraagd wordt zijn parlementszetel op te geven.

10

2.00.03 – 2.07.55

Daens is overgeplaatst naar een psychiatrische inrichting, maar loppt daar weg en gaat terug naar Aalst. Daar begraaft hij een arbeidersjongen, die – omdat hij niet gebiecht had – niet door de zittende priester begraven werd.

11

2.07.55 – 2.08.03

Aftiteling; begrafenis Daens: “Daar waren alleen de armen, volksvrouwen met een zwarte doek over de schouders, arbeiders, stakers en een zwijgende menigte …”

Fabrieksopzichter Schmitt

Is de ‘ schurk’ in de film, buit arbeiders uit, aanrander/verkrachter van arbeidsters (Nette).

Adolf Daens

Pastoor/priester Daens, hoofdrolspeler in de film. Verlaat in het begin van de film het ‘ College van Dendermonde’ (school) om priester te worden in Aalst.

Jan De Meeter,

Krantenverkoper van de ‘Vooruit - Gazet der socialisten’ in het begin van de film, later geliefde van Nette.

Jefke

Jongetje, krijgt in het begin van de film in fabriek een boete, steelt even later aardappels van vrouw op straat. Broertje van Nette.

Pieter Daens

Broer van Adolf, drukker van o.a. het blad ‘De Werkman’ waarin hij en broer Adolf veel artikelen schrijven over de situatie in Aalst.

Charles Woeste

Leider van de conservatieve katholieke partij. Grote politieke tegenstander van Adolf Daens.

Eugène Borremans

Eigenaar van de textielfabriek.

Elisabeth Borremans

Vrouw van Borremans, de fabriekseigenaar. Zij heeft oog voor de armoede van de arbeiders.

Nette Scholliers

Arbeidster in textielfabriek, strijdster voor betere omstandigheden. Geliefde van Jan de Meeter.