inleiding opdracht werkwijze opdracht 1 opdracht 2 opdracht 3 opdracht 4 bronnen beoordeling reflectie


Democratie in Athene

 

 

Opdracht 2

Bron

Het bestuur van Athene

De volksvergadering
Rond 500 kwam de macht in handen van de volksvergadering (Ekklesia). Alle Atheners konden deel uit maken van deze volksvergadering. Dat wil zeggen als zij Atheense mannen waren en minstens twintig jaar.

Vrouwen, slaven en vreemdelingen (metoiken) die woonden en werkten in Athene waren van de volksvergadering uitgesloten. Dat was wel zuur voor de metoiken, want zij moesten wel belasting betalen en hun militaire verplichtingen nakomen.

De volksvergadering kwam één keer in de 8-10 dagen bijeen op de Pnyx.



Dagelijks bestuur
Aansluitend aan de bijeenkomst van de volksvergadering werd een van de dagelijkse zittingen van de Raad van 500 (Boulè) gehouden. De rest van de burgers kon nog wat napraten of een halve dag werken tenminste als ze in de buurt woonden. De Raad kwam nooit voltallig bijeen. Telkens vormde gedurende een beperkte periode één van de tien districten waarin Athene was verdeeld namelijk het dagelijks bestuur, dat daardoor uit 50 mannen bestond. Het voorzitterschap van het dagelijks bestuur (tevens voorzitter van Raad en volksvergadering) wisselde per dag.

Strategen
Athene had tien strategen. Zij hielden zich bezig met het leger, de buitenlandse politiek en de financiën.

Volksrechtbank
Uit een groep van 6.000 burgers werd voor iedere zitting van de rechtbank een jury gevormd. Deze bestond soms uit honderden, soms uit duizenden mannen, afhankelijk van het belang van de zaak.

Presentiegeld
Omstreeks 400 v. Chr. werd het presentiegeld ingevoerd. Volgens Aristoteles was dit om de teruglopende belangstelling op te vangen. De vergoedingen schijnen het juiste effect gehad te hebben, want een paar jaar later horen we in een van de komedies van Aristophanes dat nu het touw met de rode verf gebruikt moest worden om de menigten bij de ingang tegen te houden, terwijl het in de 5e eeuw mogelijk werd gebruikt om de mensen de vergaderplaats in te jagen! Waarschijnlijk werd aan de eerste 6000 mensen (het quorum) presentiegeld betaald, hetgeen gedrang en rumoer bij de ingang van de Pnyx zal hebben veroorzaakt. In de tijd van Aristoteles betaalde men 1 à 1,5 drachme uit en daarmee werd een halve dag inkomstenderving redelijk gecompenseerd. (het dagloon was 1,5 à 2,5 drachme).

Gebruik de bron

1. Hoeveel inwoners Athene in de vijfde eeuw voor Christus had weten we niet precies. Laten we aannemen dat onderstaande afbeelding een juiste weergave is.
2. Bereken hoeveel procent van de volwassen bevolking in Athene mocht stemmen.
3. Mogelijk werd een touw gebruikt om mensen naar de volksvergadering te jagen. (zie hier)Bedenk een reden waarom sommige mensen liever niet naar een volksvergadering gingen?
4. Was het invoeren van presentiegeld succesvol. Licht je antwoord toe.

Bron 2

Ostracisme

Hoe kan het da
t de eerste de beste burger met een beroep dat niet met politiek te maken heeft opeens politieke beslissingen neemt? Is het niet beter voor de belangen van de staat als de besten van de bevolking de leiding op zich nemen? Kan een handige volksmenner, een demagoog, niet alle macht naar zich toetrekken?
Op dat laatste probleem hadden de Atheners wat gevonden: het schervengericht. Wanneer de meerderheid van de volksvergadering vond dat iemand dictatoriale aspiraties had, kon hij worden verbannen. Op scherven kerfden de burgers in de volksvergadering of een dergelijke persoon volgens hen mocht blijven of moest gaan.
In de periode van ongeveer 485 tot 415, dus zo'n zeventig jaar, bestond in Athene het schervengericht of ostracisme. Het ostracisme dankt zijn naam aan de ostraka (scherven) die gebruikt werden als stembriefjes.
Elk jaar kon de volksvergadering (ekklesia) besluiten om bij stemming een burger aan te wijzen die voor tien jaar Athene moest verlaten.
Als tenminste 6000 Atheners aan de stemming deelnamen moest degene met de meeste stemmen de stad verlaten. Hij behield wel zijn vermogen en zijn burgerrecht.
 
Gebruik de bron
 
1. Athene kende een merkwaardige instelling, het ostracisme. Bedenk waarom de Atheners dit waarschijnlijk ingesteld hebben.

 


 
 
 
 
 

 

 

 

 

 

 

aantallen mensen

enfants=kinderen
femmes de citoyens= vrouwen van burgers
citoyens=burgers
métèques=vreemdelingen
esclaves=slaven