inleiding opdracht werkwijze bronnen beoordeling reflectie docent


Daens
 

 
Beschrijving van de film Daens

Jan de Vries
 

DVD-uitvoering (Uitgever: Universal Pictures Video Benelux, 2000) van 2 uur en 8 minuten.

DVD heeft geen filmmenu; alleen menu voor instellingen.

DVD bestaat uit vier delen:

1.       Startpagina.

2.       Intro met Video/DVD keurmerk.

3.       Intro met Universal logo.

4.       Speelfilm.

Deel 4, de speelfilm, bestaat uit 11 scènes.

Als deel 4 speelt, dan kun je met de afstandsbediening knop >>| naar de volgende scène.

Een scène bestaat weer uit segmenten.

S= scène. Elf scènes.

 

S

Tijd

Beschrijving

Opmerkingen

1

0.00.00

Titel.

 

 

0.00.17

Jongetjes kruipen onder machines in fabriek.

Begin is zwart-wit, wordt om 0.58 kleur. Benadrukt het ‘historische’ , de ‘authenticiteit’ van de film.

Dit begin van de film (jongetjes onder weefmachine) wordt verderop het dramatische hoogtepunt van de film als een jongetje dodelijk verongelukt onder de machines.

 

0.00.30

Tekst:

Aalst, België – eind 19e eeuw.

 

 

0.00.53

Opzichter loopt rond.

Opzichter/atelierchef Schmitt.

 

0.00.58

 

Kleur.

 

0.00.58

Meisje krijgt uitbrander van opzichter. Jongetje neemt het voor haar op.

Jefke.

 

 

Jongen krijgt boete, mannen helpen jongen.

Stilzwijgende solidariteit.

 

0.02.04

Man ‘Is het waar dat gij weg wilt uit Dendermonde?’

Adolf Daens verlaat school (college) in Dendermonde om in Aalst als priester te gaan werken.

 

 

Daens:

Adolf Daens, hoofdrolspeler.

 

0.03.14

Wiel draait in fabriek. Arbeiders o.l.v. opzichter bidden.

 

 

0.03.36

Fabrieksmeisje naar huis. De smid jaagt haar weg,

Krijgt geen kolen van de smid.

 

0.03.52

 

Titelrol over beelden heen

 

0.05.06

 

Einde titelrol

 

0.05.07

Trein rijdt station binnen. ‘Waar zijn ze nu, uw socialisten’?

 

 

 

Adolf Daens stapt uit.

 

 

 

Krantenverkoper ‘Gazet der Socialisten’: ‘De Vooruit’, wordt gearresteerd.

Jan de Meeter

 

0.06.40

Straat. Jongens stelen aardappels van een vrouw.

o.a. Jefke.

 

 

Daens valt, ziet mensen bij wagen. Daar op ligt het lijk van het meisje: doodgevroren van de kou.

 

 

0.08.12

Café, dansende vrouwen op tafel die hun rokken optillen.

 

 

0.09.23

Daens bij ouders van het dode meisje.

 

 

 

Daens slaat opzichter,

 

 

2

0.12.00

Koets met paarden rijdt voor een huis.

Villa van Borremans, eigenaar van de textielfabriek.

 

0.15.20

Uitspraken in gesprek:

“Een katholieke krant die de arbeiders ophitst.”

Woeste komt binnen.

“Ze beledigen en bestelen ons en belagen onze vrouwen.”

“Ze terroriseren het land.”

“De arbeiders moeten weer respect tonen voor degenen die hen voeden.” “Daar moet de kerk voor zorgen.”

“U ook. Als werkgever draagt u zorg voor hun zieleheil.”

“Ze hebben dezelfde zorgen als wij directeuren.” Als wij geen subsidie krijgen.

”Die komt er niet, geen staatsinmenging.

Franstalig met Nederlandse ondertitels.

Visie gegoede burgerij op arbeiders. Onderscheid conservatieven en liberalen.

 

 

“De Engelse methode: de fabricagekosten beperken.”

“Door een loonsverlaging? Dat kan niet.”

“”Als we één lijn trekken, kunnen we het loon wel verlagen. Het geld verzuipen ze toch.”

“Dan kunnen ze niet leven.”

“Als we de fabrieken sluiten, kunnen ze ook niet leven.”

“Her lijkt me gevaarlijk nu al de lonen te verlagen. De mensen zij al opgewonden.”

Engelse systeem: beperken productiekosten door loonsverlaging.

 

 

“Dan het Schotse systeem: drie arbeiders aan vier machines.

“En als we alleen vrouwen laten werken, besparen we de helft.”

“Drie arbeidsters aan vier machines. 12, 13 of 14 uur per nacht?”

Schotse systeem: minder arbeiders voor hetzelfde werk.

 

 

‘Wij liberalen komen op voor onze arbeiders die in totale armoede leven.’’

Einde gesprek. Vrouw Borremans en zoontje komen binnen. Woeste vraagt wie de onderwijzer is.

Liberalen zij in de 19e eeuw de vooruitstrevende burgers.

 

 

Vrouw Borremans: “Men heeft ons pastoor Daens aanbevolen.”

“De broer van de drukker. Laten we hopen dat hij anders denkt.”

 

 

0.16.18

Daens als huisleraar bij familie Borremans.

 

 

0.16.57

Fabriekspoort.

 

 

 

Nette’s vader mag niet naar binnen. Alle mannen worden ontslagen.

 

 

0.18.58

Woeste bij Daens.

 

 

0.20.00

Vrouwen aan de machines.

 

 

0.21.56

Monseigneur achter bureau. Bel rinkelt.

 

3

0.23.04

Daens zet hoed op het hoofd van een jongen.

Daens is huisleraar van de zoon van Borremans.

 

0.23.40

Steen door ruit. Jongetje staat buiten in de tuin. Daens is gewond aan het hoofd door de steen. De honden worden op de jongen afgestuurd.

Jefke gooit steen.

 

0.24.18

Jongen rent door staten. Daens achter hem aan. Arbeidersbuurt.

Nette: “U zijt gewond mijnheer pastoor.”

 

 

0.25.59

Huis van Nette.

 

 

0.29.15

Krant

Woeste bij monseigneur:

Encycliek Rerum Novarum van paus Leo XIII.

Woeste:“U kunt hem het zwijgen opleggen.”

 

 

0.31.42

Arbeiders op straat. Krantenjongens prijzen hun kranten aan.

Katholieken: De Werkman;

Socialisten: De Vooruit.

Katholieken en socialisten voeren gescheiden arbeidersstrijd.

 

 

Jan de Meeter leest voor uit krant: Inspectiecommissie komt. Belangrijk is om stemrecht te hebben.

 

 

0.35.25

Knokploeg.

Knokploeg ‘De Bokken’.

 

4

0.35.43

Man aan telefoon.

 

Borremans, directeur textielfabriek.

 

 

Echtpaar Borremans in gesprek over het ontslag van Daens als huisleraar. ‘Mijn zoon zal niet opgevoed worden door een socialist.’

 

 

0.36.42

Daens schrijft achter bureau.

 

 

0.37.01

In fabriek worden de kinderen opgesloten in een grote kast.

Vrouwen krijgen instructies van opzichter Schmitt voor het bezoek van de commissie: “Ge weet wat u moet zeggen.”

 

 

0.38.19

Commissie komt fabriekszaal binnen. Borremans leidt ze rond. Commissieleden spreken alleen Frans, arbeiders spreken alleen Vlaams.

“Ze werkt liever ’s nachts, dan is ze overdag bij haar kind.”

 

 

 

Commissielid zoekt toilet. Nette neemt hem mee. Opzichter Schmitt verhindert dat Nette hem de kinderen laat zien.

Nette in Vlaams: “Mijnheer, verstaat ge Vlaams? Ze hebben de kinderen opgesloten daar.”

“We worden als beesten behandeld als ge weg zijt. Wij, wij, …er gebeuren hier elk dag ongelukken, omdat we onze ogen niet kunnen open houden van de slaap.”

Commissielid verstaat Nette niet en wordt door de directeur weer weggeleid.

 

 

 

Commissie weg, Schmitt roept Nette: “Scholliers!!! Content hè, twee frank boete.”

Nette tegen arbeidsters: ‘Stomme trutten, waarom hebt ge niks gezegd? Dat was onze enige kans.

Arbeidster: “We hebben het geprobeerd, maar ze verstonden er niks van.”

 

 

0.42.03

Kinderen worden weer vrijgelaten en aan het werk gezet,

 

 

0.42.34

Jongetje op toneel. Wordt arbeidersgezin gespeeld voor gegoede burgers.

Onder het publiek is de inspectiecommissie.

Gegoede burgerij heeft wel oog voor gespeeld leed, maar niet voor het echte leed.

 

0.43.43

Jongetje kruipt weer onder machines. Komt onder de machine, hij is dood.

Zie beginscène van de film en overeenkomst met latere dood van Jefke.

 

 

‘Hij is dood.’

Klaaglijke muziek.

 

 

Vrouwen stoppen met werk, gaan naar buiten. Alle arbeiders mee.

Opzwepende muziek.

 

0.46.40

Fabrieksopzichter op de fiets naar de toneelvoorstelling. Hij waarschuwt fabriekseigenaar Borremans.

 

 

0.47.24

Arbeidersvrouwen leggen lijkje in dekens. Ze gaan in optocht door de stad.

 

 

0.47.28

In de drukkerij wordt Daens gewaarschuwd: ’Iedereen is de straat op.’

 

 

0.48.15

Optocht met lijkje. Politie te paard. Nette pakt lijkje en loopt naar voren.  Politie: “Ontbloot de sabels.”

 

 

0.49.34

Mensen verlaten toneelvoorstelling.

Burgerij komt van gespeelde werkelijk-heid in echte werkelijkheid. Hun houding is dan geheel anders.

 

0.49.42

Politie: ‘Ten aanval.’

 

0.50.25

Daens en zijn broer Pieter horen het geschreeuw.

 

 

0.50.36

Politieaanval. Slaan met sabels, paarden vertrappen mensen.

Muziek.

 

0.51.38

Daens arriveert. Het gevecht is al afgelopen. Daens gaat tekeer tegen politie.

 

5

0.52.44

Mensen in kerk. Gewonde arbeiders in kerk. Daens.

 

 

0.53.32

Priester tegen Daens.

 

 

0.53.57

Glas in lood ramen. Kinderkoor.Mis.

Jan de Meeter (socialistische krantenverkoper) komt binnen.

 

 

0.55.10

Daens beklimt preekstoel.

 

 

0.55.32

Preek van Daens.

‘Waarom geeft gij hen niet te eten.’

‘Zonder onderscheid van rang en stand te delen.’

‘Is de stem van een arme minder dan de stem van een rijke?’

‘Ongelooflijk hij preekt voor algemeen kiesrecht.;

Gegoede burgerij verlaat de kerk.

Daens: ik lees voor uit encycliek.

 

 

0.59.20

Tuin/Park. Auto.

‘Uw wreedheid speelt hen in de kaart.’ Ze eisen algemeen kiesrecht.

Woeste: ‘oplossing is om hem uit z’n ambt te laten ontzetten.’

 

 

1.01.09

Monseigneur in koets. Kijkt naar buiten naar demonstratie voor algemeen kiesrecht. Demonstranten zingen de ‘Internationale’.

 

 

1.02.20

Daens in hal. Monseigneur.

‘ Als er mogelijkheid is, dan omdat God dat zo wil.’

 

 

1.04.50

Arbeidersgezin Scholliers aan tafel.

 

 

1.05.32

Fabrieksopzichter selecteert mensen voor soep en brood.

 

 

 

Socialisten bieden ook soep aan voor de staking.’

Arbeiders die niet meedoen krijgen geen soep van Borremans.

Vrouw Borremans: ‘ Die soep was toch voor iedereen?’

Arbeiders: ‘Wie willen Daens.’

 

6

1.08.09

Parlementsvergadering. “Eén miljoen stemmen erbij. De domheid aan de macht.” Algemeen kiesrecht is aangenomen.

 

 

1.08.58

Daens in bijna lege kerk. Vrouw van Borremans aanwezig.

 

 

1.09.51

Villa, nacht.

 

 

 

Daens in drukkerij.

 

 

1.10.42

Aanplakbiljetten Kiest Daens.

Daens houdt verkiezingstoespraak. De socialisten komen, Daens gaat verder met toespraak.

 

 

 

‘Wij liberalen ..’

socialisten en liberalen steunen Daens.

Het begint te regenen.

 

 

1.13.15

Paleis in renovatie.

Woeste bij koning.

‘Het socialisme kan gevaarlijk worden voor de troon.’

Kardinaal komt binnen. Beslissing is aan de bisschop.

 

 

1.15.34

Aanplakken verkiezingsbiljetten.

 

 

 

Arbeiders krijgen instructie hoe ze moeten stemmen: Daens of Woeste. Moeten letters tellen van de naam.

Analfabetisme.

 

 

Woeste komt binnen met worsten.

Omkopen/gunstig stemmen.

 

1.16.43

Lamp. Jan de Meeter leest voor aan Nette. Vallen samen in slaap.

 

 

1.17.54

Plein, vandaag verkiezingen, ouder dan 25 jaar.

Priester langs huizen voor stemadvies: voor Daens stemmen is doodzonde.’

 

 

1.20.00

Tellen van stemmen Daens/Woeste. Veel stemmen op Daens worden ongeldig verklaard.

 

 

1.21.50

Daens op bed. Woeste heeft alle doden van de stad mee laten tellen.

 

 

1.22.10

Tegen Woeste: ‘u hebt teveel stemmen.’ Er moet opnieuw gestemd worden.

 

 


 

 

7

1.22.58

Vrouwen doen was in de rivier. Man zet fiets neer en roept: “Daens is verkozen.”

 

 

1.24.90

Daens krijgt bloemen.

Arbeiders: ‘Laat het ze nu horen in het parlement, mijnheer pastoor.’

 

 

1.25.06

Parlement. Daens komt binnen.

 

 

 

Toespraak Daens: armoede in Aalst.

 

 

1.29.30

Krijten biljartkeu.

Kardinaal, bisschoppen en nuntius.

 

 

 

Rerum Novarum.

Besluit is aan de paus.

 

 

1.32.07

Woeste bij kardinaal.

 

 

1.32.22

Brief voor Daens in de drukkerij. Daens moet naar Rome komen.

 

 

1.32.58

Café.

Jan de Meeter en Nette.

 

8

1.35.30

Daens loopt door zuilenrij.

Daens in Rome/Vaticaan.

 

1.35.50

Daens in wachtzaal. ‘De Heilige Vader kan u vandaag niet ontvangen.’

 

 

1.37.16

Arbeiders op gezamenlijke wc.

Opzichter komt binnen: ‘ontslagen’.

 

 

1.38.03

Wachtzaal Rome. ‘Ik moet u weer teleurstellen.’

Daens: ‘maar er is niemand.’

 

 

1.38.41

Honden, fabriek, opzichter.

Nette zoekt Jefke.

Opzichter verkracht Nette.

 

 

1.40.48

Daens in wachtzaal.

 

 

1.41.00

Arbeiderswoning van familie Scholliers. ‘Vrij’geluiden, vader en moeder vrijen.

 

 

 

Ruzie van Nette met broer Robbie.

 

 

1.43.32

Daens in Rome.

‘De Heilige Vader schrijft u dit: veroorzaak geen tweedracht binnen de Katholieke Kerk.

‘Laat u niet in met socialisten anders wordt u uit de kerk verstoten.’

 

9

1.45.27

Kinderen zwaaien naar de binnenkomst van een trein met Daens.

 

 

 

Daens zegt in trein tegen broer Pieter: ‘Stuur ze naar huis. De Paus heeft mij niet ontvangen.

Toespraak Daens: Eendracht en rechtvaardigheid.

 

 

1.47.49

Woeste in parlement. Arbeiders willen onderwijs.

Analfabetisme

 

1.48.54

Priester in kerk: ‘wij verbieden de geschriften van Daens.’Arbeiders verlaten de kerk.

 

 

 

Jan de Meeter zoekt Nette, die ‘is ziek’.

Zwanger van fabrieksopzichter.

 

1.49.43

Drukkerij. Pieter en Adolf Daens. ‘Het geld is op, we moeten ons organiseren.’

Begin Daensisme.

 

1.50.28

Meisjes naaien vlaggen.

“Bij de socialisten krijgt u soep.”

 

 

 

Daens: “Wij mogen niet vergeten dat de socialisten onze vijanden zijn.’

Nette: “Hoe kunt u dat zeggen?”

 

 

1.52.44

Nette loopt weg. Jan de Meeter gaat achter haar aan.

 

 

1.53.18

Rijk diner met de koning: ‘Is dat schandaal in Aalst opgelost?”

Woeste: “Hij moet z’n zetel zonder voorwaarden opgeven.’

 

 

 

Daens wil alleen aftreden voor een andere christen-democraat.

Verschil tussen conservatieve christenen en christen-democraten.

 

1.54.38

Maskers, kaarsen. Knokploegen voor drukkerij.

Knokploeg ‘De Bokken’

 

 

‘Kom naar buiten.’ Vuur en steen door de ruiten.

‘Kom naar buiten, dan kunnen we u ophangen.’

Vernielingen.

 

 

1.56.29

Peer waarschuwt Adolf Daens in de trein: “De Bokken zitten overal.”

 

 

1.57.50

Blussen van het vuur bij de drukkerij. Daens arriveert.

Broer Pieter leeft nog.

 

10

2.00.03

Jefke en andere jongens bij steen buiten. Jefke bidt.

 

 

2.00.48

Daens in kerk.

Nieuwe werkplek van Daens.

 

2.01.20

Grote eetzaal met ‘psychiatrische patiënten’. Daens moet aan hen voorlezen.

 

 

 

Jefke bidt bij steen. Op achtergrond circuswagen.

Circuswagen is van belang i.v.m. dood Jefke.

 

2.02.21

Daens: “Het is mijn taak het woord van God te verkondigen.’ Loopt weg.

‘Gij zijt geen priester meer.’

Daens zegt niet: arbeiders helpen of om armoede te bestrijden.

 

2.02.50

Jefke bij circuswagen. Tijger valt uit.

Echte doodsklap van tijger zie je niet. Zelfde filmtechniek als jongen die onder  de weefmachine komt.

 

2.03.18

Jefke is dood.

Zelfde scène als in het begin van de film.

 

 

Priester: “Hij heeft niet gebiecht en kan hem dus niet begraven.”

Daens wil Jefke wel begraven. Priester: “Gij moogt hem niet begraven.”

Daens en omstanders rijden wagen met het lijk van Jefke weg.

 

 

2.05.21

Daens houdt toespraak bij de begrafenis van Jefke.

Kist wordt gezakt.

 

 

2.06.47

Nette tussen grafkruisen. Jan de Meeter komt bij haar. Omarming.

Jan: ‘Onze eerste noemen we Jefke.”

Nette en Jan lopen samen weg.

Zwart/wit van het begin van de film is bijna weer terug: grauw/grijs.

11

2.07.45

Tekst:

Adolf Daens overleed in 1907, na een tweede ambtstermijn als volksvertegenwoordiger.

‘Op maandag, te 9 uur, werd hij begraven. Daar waren alleen de armen, volksvrouwen met een zwarte doek over de schouders, arbeiders, stakers en een zwijgende menigte …”

 

 

2.08.03

Aftiteling.

 

© Jan de Vries

Nijmegen: ILS/RUN, 2004.