Mikhail Suslov (2024). Putinism – Post-Soviet Russian Regime
Ideology. Uitgeverij Routledge, London (UK), februari 2024. 286
pagina’s, figuren, noten, index. ISBN 978-1-032-15388-9
(paperback) £ 35,99 (€ 42). ISBN 978-1-032-15385-8 (hardback) £
130 (€ 152!)
Putinism – Post-Soviet Russian Regime Ideology
Over Poetinisme verscheen in 2018 al een degelijk
boek van Katlijn
Malfliet. Dit van Soeslov is actueler, ruimer, maar ook
moeilijker. Het bespreekt ook de politieke denkers van het
verleden zoals de Slavofielen, het nieuwe conservatisme, het
idee van de Roesski Mir/Russische wereld, het project Eurazië,
de rol van de orthodoxe kerk, de messianistische taak van
Rusland als ‘katechon’/tegenhouder van het kwaad.
Inhoud
Putinism – Post-Soviet Russian Regime Ideology
Jef Abbeel
In
2018 noemde Malfliet het Poetinisme nog een verfijnde vorm van
autocratie en zag ze, zoals de meesten, geen militair gevaar. Nu
mogen we dat ‘verfijnd’ wel weglaten en het militair gevaar is
vandaag groter dan ooit. In 2014 werd in Rusland nog vreedzaam
betoogd met Oekraïense vlaggen tegen de annexatie van de Krim en
tegen de inmenging in Novorossija, de pro-Russische regio’s in
de Donbas. Nu worden honderden mensen opgesloten die enkel maar
bloemen neerleggen voor Navalny.
In 2018 was het internet nog vrij, sinds 2022 niet meer.
Malfliet had toen nog veel lof voor Poetin, die voor orde en
welvaart zorgde en door de Russen op handen gedragen werd (en nu
nog door de meesten). Er zijn dus genoeg verschilpunten met het
boek van Soeslov en redenen om het ook te lezen. Soeslov is
professor in Kopenhagen en verwijt het Poetinisme dat het hem
zijn vaderland heeft afgenomen, dat het een dodelijke oorlog
tegen Oekraïne is begonnen i.p.v. ervoor te zorgen dat de
inwoners een hogere levensstandaard krijgen en niet langer tien
jaar eerder sterven dan in de rest van Europa. Nu is de
levensverwachting 66,5 jaar voor de mannen, 76,4 jaar voor de
vrouwen, gemiddeld 71 jaar (n.v.j.a.).
Hij zegt dat het Poetinisme al ontstond rond 2009-2012, toen een
snelle evolutie plaatsvond naar anti-westers, anti-liberaal,
naar isolationisme en militarisme (p. 4). Het bevat ook
elementen van fascisme en imperiale hybris (p. 15).
Zijn boek is gebaseerd op ca. 1.500 teksten van Russische
besluitvormers, denktanks, regeringskranten en adviseurs van
Poetin. Het valt me op hoeveel denktanks en regeringskranten er
zijn in Rusland. Soeslov zegt dat de meeste Russen instemmen met
het Poetinisme en hij toont dat ook aan met een tabel van hun
waarden (p. 28-29). De helft van de bevolking is niet
geïnteresseerd in politiek en is bereid om vrijheid en
mensenrechten in te ruilen voor een hogere levensstandaard.
Velen spreken wel over traditionele waarden en Rusland als
unieke beschaving, maar tegelijk zijn er veel echtscheidingen en
abortussen. Oekraïne noemen zij decadent en Westers. De jeugd
hecht wel meer belang aan mensenrechten, vrede, vrijheid,
rechtvaardigheid en minder aan de Sovjet-nostalgie.
Hoofdstuk 2 gaat over politieke denkers uit het verleden die nu
bruikbaar zijn voor het Poetinisme. De Slavofielen uit de 19de
eeuw zijn de bekendsten. Zij kwamen in verzet tegen de Westerse
invloeden die door Peter de Grote en Catharina de Grote in
Rusland binnengebracht waren. Zij verheerlijkten de Russische
ziel, de mir (dorpsgemeenschap), het christendom van de boeren,
de eenheid van de Slavische volkeren, de superioriteit van de
orthodoxe cultuur over alle andere. Bekende vertegenwoordigers
waren Chomjakov, Gogol (Oekraïner) en Dostojevski. Tegenstanders
waren Tsjadajev en Herzen. In de 20ste eeuw waren er
Neo-Slavofielen, o.a. filosoof Ivan Ilin, die veel aanhangers
heeft bij de siloviki (mensen met macht) en bij Poetin.
Ilin (1883-1954) beschouwde de Sovjetunie als een rijk dat
harmonieus verschillende culturen en nationaliteiten verenigde.
Hij vond dat soldaten moeten vechten voor hun vaderland, tegen
het kwaad en tegen personen die beter dood zouden zijn. In vele
opzichten leunde hij aan bij het fascisme. Hij beschouwde
Mussolini en Hitler als voorbeeldige leiders, die Europa redden
door de democratie te ontbinden. Hij was al in 1934-1938 tegen
de afscheiding van Oekraïne. Hij schreef: “Klein Rusland en
Groot Rusland zijn met elkaar verbonden door geloof, stam,
geschiedenis, geografische ligging, economie, cultuur en
politiek.” En hij voorspelde: “De geschiedenis heeft nog niet
zijn laatste woord gezegd.” Begrijpelijk dat Poetin hem graag
citeerde.
Aleksandr Zinoviev (1922-2006) hoort ook bij deze strekking.
Volgens hem was Stalin de belangrijkste persoon, niet enkel van
de eeuw, maar ook van het millennium. Stalin had het culturele
niveau van de ‘onbeschaafde volkeren’ in Centraal-Azië opgetild
en WO II gewonnen.
Zinoviev zag de perestrojka als een subversieve actie van de
westerse geheime diensten tegen de SU en het Westen als een
agressieve kolonisator, oorzaak van een onrechtvaardige
wereldorde met meesters en slaven, een eeuwige bron van oorlog,
een gevaar voor Rusland en voor de Russische cultuur. Poetin en
de Russische media namen zijn antiwesterse visie over. In 2021
tekende Poetin een decreet waarin stond dat de 100ste
geboortedag van Zinoviev in 2022 gevierd moest worden. Er zou
een Zinoteka komen, een permanent expositieterrein van 147 ha,
maar dat is blijkbaar nog niet gebouwd. In 2022 verklaarde zijn
weduwe dat hij de oorlog tegen Oekraïne zeker zou goedkeuren als
daad van Ruslands ultieme bevrijding van het Westerse
kolonialisme en van de rabiate Rusland-haat en als een
preventieve aanval op de Westerse plannen om Rusland te
veroveren (p. 77-78).
Volgens Soeslov heeft Poetin geen vaste favoriete filosoof: hij
maakt een selectie uit Slavofielen, Ivan Ilin en Zinoviev.
Hoofdstuk 3 gaat over conservatisme. De orthodoxe kerk fungeert
als steunpilaar hiervan. Toen de partij Verenigd Rusland
ontstond in 2001, was ze gematigd conservatief.
In oktober 2000 zei Poetin nog tegen Chirac dat Rusland een deel
was van een groter Europa en wees hij op de mogelijkheid van
integratie met de EU. En later pleitte hij voor één economische
en culturele ruimte van Lissabon tot de Stille Oceaan (p. 197).
In 2005 herhaalde hij nog eens het idee van Gorbatsjov en
Jeltsin dat het Russische volk een deel is van de grote Europese
familie en beschaving.
Vanaf 2005 ontstond het concept ‘soevereine democratie’ en koos
het regime voor een conservatieve ideologie. Poetins speech van
2007 in München, zijn oorlog tegen Georgië in 2008 en de
benoeming van Kirill tot hoofd van de Russische orthodoxe kerk
in 2009 zorgden voor vervreemding van het Westen. Op het 11de
Partijcongres van Verenigd Rusland in 2009 werd het
conservatisme geproclameerd als officiële ideologie van
stabiliteit en ontwikkeling, op basis van de Russische
geschiedenis, cultuur, spiritualiteit en traditionele waarden.
Er is etnisch nationalisme (enkel de echte Roesskii) en
burgerlijk nationalisme (alle 145 miljoen Rossiiskii). Met de
oorlog in Oekraïne komt het nationalisme weer naar boven tegen
de ‘Westerse pogingen om de nationale eenheid van Rusland te
ondermijnen’ en tegen het ‘nazisme in Oekraïne’. De ideologie
van de Roesskii Mir/Russische wereld rechtvaardigt de
assertiviteit, de annexatie van de Krim en de invasie in
Oekraïne (p. 144-151).
Geopolitiek is een centraal thema in Poetins ideologie.
Aleksandr Doegin, één van zijn leermeesters, schreef daar al
handboeken over in 1992 en 1996. Een groter Eurazië is dan een
alternatief tegen verwestering en globalisering. In Oekraïne
verdedigt Rusland zich dan tegen het Westen.
Tijdens de Maidan-crisis van 2013-2014 sprak Poetin nog over een
gemeenschappelijke economische ruimte van Lissabon tot
Vladivostok, maar niet meer over een gemeenschappelijke
beschaving. Het concept van een economische unie verdween
geleidelijk met Ruslands keuze voor anti-liberaal, antiwesters
en voor een groter Eurazië en een alliantie met China.
Anti-kolonialistische en
anti-hegemonistische retoriek horen hierbij: het Westen verliest
na 500 jaar dominantie aan belang, Rusland kiest de kant van de
winnaars en dat zijn de dynamische Aziatische landen. De
Russische waarden sluiten beter aan bij de Aziatische, beweren
denkers zoals Sergej Karaganov en Igor Morozov. Siberië krijgt
daarin een grotere rol. Minister van defensie Sergej Sjogjoe
pleitte zelfs om de hoofdstad te verplaatsen naar Siberië. De
isolationistische strekking bestaat ook nog en heeft de wind in
de zeilen door de ongeziene sancties als gevolg van de oorlog.
Ze sluit aan bij een uitspraak van Alexander III: “Rusland heeft
slechts twee bondgenoten: zijn leger en zijn vloot.” In 2017
kreeg hij van Poetin een standbeeld in Jalta op de Krim (p.
212).
Bij de invasie in Oekraïne beschuldigde Poetin het Westen van
onrechtvaardigheid: het had de NAVO wel uitgebreid. Rusland
vecht in Oekraïne zogezegd voor een ‘rechtvaardigere en
multipolaire wereldorde’ en tegen de dominantie van het Westen
dat grotere ongelijkheid veroorzaakt.
Het Poetinisme heeft ook religieuze aspecten, waarvoor de
orthodoxe kerk heeft gezorgd. Hoewel de grondwet de scheiding
van kerk en staat voorziet, bepaalt de kerk de waarden van de
maatschappij. Ze is aanwezig in de scholen, het leger, de kunst,
de massamedia, de huwelijksmoraal (geen homohuwelijk dus).
Rechtvaardigheid is volgens Kirill de belangrijkste orthodoxe
waarde en de messiaanse taak van Rusland is voor
rechtvaardigheid zorgen. Hij beweert ook dat Rusland in Oekraïne
vecht voor het overleven van zijn unieke beschaving en de
tegenstanders voor een buitenlandse beschaving. “Oekraïne is
erger dan een vijand”(p. 242). In 2022 was Kirill snel en
duidelijk met zijn steun voor de oorlog en prees hij Poetin voor
zijn versterking van Ruslands soevereiniteit. Voor de Wereldraad
van Kerken beweerde hij in maart 2022 dat de oorlog geen
conflict is tussen Rusland en Oekraïne, want dat hoort bij de
Russkii Mir, maar tussen Rusland en het Westen, dat Oekraïne
gebruikt als gevolmachtigde (p. 243).
De permanente tentoonstelling ‘Rusland – Mijn geschiedenis’
(2013-nu) vervalst de feiten, o.a. door Stalins terreur goed te
praten als noodzakelijke voorbereiding op de oorlog. Kerk en
staat komen ook daarin goed overeen.
Messianisme hoort ook bij de religieuze kant van het Poetinisme
en bij de taak van het ‘Heilige Rusland en Derde Rome’. Rusland
is door God uitverkoren om christelijke alternatieven te tonen
aan de wereld en om voor stabiliteit te zorgen. Toen het
Russische leger optrad in Syrië, schreef de regeringskrant
Rossiiskaja Gazeta: “Rusland is de wereld aan het redden in
Syrië.” (p. 262).
En met zijn oorlog tegen Oekraïne, die het voorstelt als
zelfverdediging, wil het alles ontmantelen wat het Westen heeft
opgebouwd in de voorbije 30 jaar en wil het de Angelsaksische
wereldorde, het ‘globale fascisme’, omverwerpen en een nieuwe
Russische wereldorde instellen.
Het boek eindigt met een selectieve index van personen en
thema’s.
Beoordeling
Soeslov ontleedt kritisch, duidelijk en met veel vakkennis de
aspecten van het Poetinisme. Het is een moeilijk boek, de
lectuur vergt veel concentratie. Het bevat eindeloos veel
eigennamen van personen, clubs, denktanks, die enkel bekend zijn
bij specialisten. Na elke hoofdstuk volgen indrukwekkende
notenlijsten: de auteur heeft zijn werk grondig aangepakt en
veel gelezen, vooral in het Russisch en het Engels.
De grafieken zijn soms onduidelijk, het verschil tussen de
donkere lijn (tevreden mensen) en de minder donkere
(ontevredenen) is bijna nihil op p. 34.
Op p. 31 zegt Soeslov dat de staatsambtenaren in het onderwijs,
de administratie en de gezondheidszorg een relatief hoge
levensstandaard hebben. Op p. 43 zegt hij dat ze slecht betaald
worden. Een basiskennis van het Russisch en een Russisch
woordenboek zijn aanbevolen, want de vele Russische begrippen
worden maar één keer uitgelegd. Ook het Engels is niet altijd
gemakkelijk. Het boek is aanbevolen voor wie de oorlog tegen
Oekraïne, het optreden van Poetin in het algemeen en de houding
van de Russen beter wil begrijpen.
Veel van de hier beschreven fenomenen werden ook geconstateerd
door Maja Wolny tijdens haar recente rondreis door heel Rusland
en beschreven in ‘De trein naar het imperium’ (februari 2024).
Daarover later.
© Jef Abbeel, februari 2024
www.jefabbeel.be