'Batavieren' te zeggen was streng verboden. 'Bataven', zeg ik! Batavi in
het Latijn, praat jullie van de Romanieren? Als je zoo'n
man in de Kalverstraat hadt zien loopen en je hadt
geroepen: hé Batavier, dan had-ie je niet gehoord en
gedacht: Stik-vent. Maar als je geroepen hadt: 'hé
Batauwer' dan had-ie zich omgedraaid: was naar je
toegekomen, had z'n petje afgenomen en gevraagd: 'Wat
belieft-u mneer?''Maar meneer Spier spreekt van
Batavieren, meneer'! Dat moet meneer Spier weten, ik
weet het beter'!
Aegidius W. Timmerman, Tim's herinneringen (1938)
Centraal in deze les staat het verhaal van de opstand
der Bataven. Als inleiding op het verhaal kunt u een of
meer filmpjes laten zien dei hieronder (extra's) vermeld
staan.
Download onderstaande tekst
hier als word-document
Inleiding
Keizer Claudius (41 tot 54 na Christus) besloot in het
jaar 49 een verdedigingslinie te bouwen langs wat we nu
de rivieren Nederrijn, Oude Rijn en Kromme Rijn noemen.
Aan de zuidoever kwam een weg, die bestond uit grind en
boomstammen. De weg liep midden door legerplaatsen, de
castella. In deze houten of stenen forten leefden de
soldaten die de grens bewaakten. Tussen de castella
stonden wachttorens.
Aan beide zijden van de grens waren er contacten tussen
Romeinen en bijvoorbeeld Germaanse en Keltische volken.
Soms waren deze contacten vreedzaam, dreef men handel
met elkaar en namen Germaanse soldaten dienst in het
Romeinse leger. Soms ook waren er gewelddadige botsingen
tussen volken. Bijvoorbeeld in 69 na Christus, toen de
Bataven, die in het Romeinse Rijk woonden, onder leiding
van Julius Civilis, in opstand kwamen tegen de Romeinen.
Zij profiteerden van de onlusten die overal in het
Romeinse rijk waren uitgebroken na de dood van keizer
Nero. Even leek het erop dat de opstand succes zou
hebben, maar na een paar maanden werden de Bataven
alsnog door de Romeinen verslagen. De verreweg
belangrijkste bron voor deze opstand is de Romeinse
geschiedschrijver Tacitus. En al is de betrouwbaarheid
van Tacitus als bron door diverse mensen in twijfel
getrokken , de opstand van de Bataven was wel degelijk
een strijd voor vrijheid en onafhankelijkheid, aldus
Hans Teitler in 'De opstand der Bataven'.
Vermoedelijke situatie in de eerste eeuw. De exacte
grenzen zijn onbekend. A) Frisii (De Frissi zijn niet de
latere Friezen zoals vaak wel vaak wel wordt gesteld.
Men vermoed dat de huidige Friezen pas na 600 vanuit
Noord-Duitsland Friesland binnentrokken.), B)
Cananefaten, C) Bataven, D) Marezaten, E) Toxandriërs,
F) Menapii, G) Ambivariten, H) Chamaven, i) Sugambri, J)
Bructeren, K) Tubanten, L) Usipeti, M) Tencteren
In deze les vertelt u het verhaal van de opstand, zo
mogelijk aan de hand van een aantal schilderijen, in de
zeventiende eeuw gemaakt door Otto van Veen (http://histoforum.netl/juliuscivilis).
Hier staat een toelichting bij enkele schilderijen.
-
Opvallend aan deze schilderijen is dat Otto van Veen
de opstand situeert in zijn eigen tijd. Dat is niet
alleen te zien aan de kleding van de mensen, maar
bijvoorbeeld ook aan het brandende kasteel op bron
3.
-
Het is ook aardig even stit te staan bij bron 7.
Hierop is te zien hoe het zoontje van julius
Civilis, als oefening of puur voor de lol, schiet op
gevangen genomen Romeinen.
-
Op bron 8 komen Galliers bijeen die zich bij de
nadering van Romeinse troepen afvragen welke kant
zij moeten kiezen. Tijdens deze bijeenkomst
probeerde Valentinus, aanvoerder der Belgen, de
galliers over te halen meee te doen aan de strijd.
Uiteindelijk kozen de Galliers voor vrede met Rome.
-
Op bron 9 wordt Valentinus een dag
voor de inname van Trier door de Romein
Cerialis gevangen
genomen.
Extra's
Het verhaal van de opstand van de Bataven
Het verhaal
|
Schilderij
|
In wat we nu de Betuwe noemen woonde in de
eerste eeuw na Christus het volk van de Bataven.
Hun leider was rond het midden van die eeuw
Julis Civilis. Julius Civilis was van geboorte
weliswaar
Bataaf, maar hij was Romeins burger. Hij
had al 25 jaar in het Romeinse Rijk gediend toen
hij in 69 na Chr. in opstand kwam tegen de
Romeinen.
|
|
De enige bron die we voor deze opstand hebben in
de Romeinse schrijver Tacitus. Volgens Tacitus
had
Civilis geen politieke redenen voor de opstand.
Op het eind van de zestiger jaren van de eerste
eeuw werden zijn broer Claudius Paulus en hij
beschuldigd van verraad tegen de Romeinse keizer
Nero. Paulus werd daarom vrijwel onmiddellijk
geëxecuteerd en Civilis werd voor zijn
rechtszaak naar Rome gestuurd. Julius Civilis
zou ongetwijfeld hetzelfde lot hebben ondergaan
als zijn broer Paulus wanneer Galba Nero niet
als keizer was opgevolgd. Civilis werd
vrijgesproken en keerde terug naar het gebied
van de Neder-Rijn.
|
Bron 1
|
Ondanks zijn vrijlating was hij een verbitterd
man, en hij zwoer de dood van zijn broer te
wreken. Die kans kreeg hij toen er opnieuw
opstanden uitbraken in het Romeinse Rijk.
Kort nadat Galba de troon had bestegen riep
Aulus Vitellius zich uit tot keizer, daarbij
gesteund door de troepen van Germania Inferior
en Superior (grofweg de gebieden ten zuiden en
westen van de Rijn). Vitellius kreeg de steun
van de Bataven omdat Galba kort daarvoor de
bataven erm had vernederd door de Bataafse
ruiterij te ontslaan als keizerlijke wacht.
Mede met steun van de Nederrijnse legioenen
slaagde Vitellius erin zich in Rome tot keizer
uit te roepen. Daarmee leek hij zijn doel
bereikt te hebben, maar er dreigde gevaar.
Vanuit het oosten trok generaal Vespasianus op
naar Rome. Ook hij had zich uitgeroepen tot
keizer van Rome.Vitellius had daarom meer
troepen nodig en gaf de bevelhebber van de
Rijnlegers, Marcus Hordeonius Flaccus, het bevel
om nog meer dan de al toegezegde soldaten naar
Rome te sturen. Flaccus weigerde, maar ook de
Bataafse edelen spoorden hun stamgenoten aan om
niet in het Romeinse leger dienst te nemen,
hoewel de Bataven relatief veel soldaten aan
Rome leverden.
|
|
Civilis nodigde vervolgens de andere edelen uit
voor een feestmaal in een heilig woud, een
sacrum nemus - verbasterd tot Schaker- of
Schakenbos?- en toen de stemming er in zat,
begon Civilis aan zijn toespraak.
Volgens Tacitus roemde hij het verleden van de
Bataven en beschreef hij hoe de relatie met de
Romeinen was veranderd van één van
gelijkwaardigheid in één van meesters en slaven.
Verder somde hij al de onrechtvaardige daden op
die de Romeinen tegen de Bataven hadden
gepleegd. De opstand tegen de Romeinen was
geboren.
|
Bron 2
|
Civilis besloot daarbij handig gebruik te maken
van een opstand die kort daarvoor was
uitgebroken onder de Cananefaten gesteund door
de ten noorden van de Rijn levende Friezen.
Onder leiding van de Cananefaat Brinno
verwoestten zij twee Romeinse kampen en zetten
openlijk de jacht op Romeinen in. Civilis
besloot zich te verbinden aan de opstand.
|
Bron 3
|
De eerste slag vond plaats bij het huidige
Arnhem. Ze ging gelijk op tot de Tungri,
Germaanse hulptroepen in dienst van de Romeinen,
overliepen naar de opstandelingen. De Romeinen
verloren de strijd, waarop bevelhebber Flaccus –
door Tacitus consequent neergezet als een
volslagen incompetente militair - besloot veel
sterkere eenheden naar het gebied te sturen.
Vanuit Vetera (het huidige Xanten in Duitsland)
vertrokken twee legioenen met hulptroepen: in
totaal zo'n 6000 man.
Bij het huidige Nijmegen kwam het tot een
veldslag. Opnieuw werden de Romeinen
geconfronteerd met deserterende hulptroepen en
opnieuw werden ze verslagen. De resten van het
leger trokken zich weer terug op Vetera.
|
Bron 4
|
Formeel was het Bataafse grondgebied nu vrij en
Civilis had een enorm prestige gekregen.
Bovendien waren de kansen op daadwerkelijke
onafhankelijkheid van de Bataven reëel.
Vespasianus had Civilis al eerder gevraagd om
een opstand te ontketenen om op die manier de
macht van Vitellius te verzwakken. Nu Civilis
aan dit verzoek had voldaan, verwachtten de
Bataven dat Vespasianus niet onwelwillend zou
staan tegenover een afscheiding van de Bataven.
Gezien de situatie op dat moment had dat een
juiste analyse kunnen zijn, maar Civilis besloot
Vetera aan te vallen. In september 69 begon de
belegering.
|
|
De Bataven en hun bondgenoten waren in de
meerderheid maar een eerste poging om Vetera te
bestormen mislukte. Ook een poging om
belegeringsgeschut te maken mislukte – volgens
Tacitus wegens gebrek aan de nodige technische
kennis. Toen werd besloten de vesting uit te
hongeren.
Civilis kreeg echter een belangrijke tegenslag
toen Bataafse hulptroepen werden verslagen in de
slag bij Krefeld (december, 69). De Romeinen
waren nu in staat om het belegerde Vetera te
hulp te komen.
De situatie veranderde toen generaal Flaccus
door zijn eigen soldaten vermoord werd.
In Vetera waren de soldaten inmiddels gedwongen
om zich te voeden met paarden, muilezels en
gras. Het was duidelijk dat de zaak ten einde
liep en in maart 70 werd de overgave aangeboden.
Het kamp werd geplunderd en veel van de
belegerden werden omgebracht. Commandant Munius
Lupercus werd als geschenk naar de profetes
Veleda gezonden. Het “geschenk” bereikte haar
echter nooit omdat Lupercus werd omgebracht.
Civilis zette nu zijn hoofdkwartier op in
Keulen. De Bataven waren de machtigste stam van
Noordwest Europa geworden.
|
Bron 5
Bron 6
Bron 7
|
De Romeinen konden dit natuurlijk niet op zich
laten zitten en stuurden een legermacht onder
leiding van Quintus Petillius Cerialis naar het
noorden. Zonder veel moeite nam hij Trier in.
Een nachtelijke verrassingsaanval van de
opstandelingen op Trier werd afgeslagen en vanaf
nu hadden de Romeinen de bovenhand in de strijd.
Op hetzelfde moment werd bekend dat Keulen
zichzelf had bevrijd. De bezettingstroepen van
Civilis werden door de inwoners van Keulen
uitgemoord.
|
Bron 8
Bron 9
|
Een Romeinse vloot naderde de Noordzeekust
waardoor Civilis zich gedwongen zag zich terug
te trekken naar het thuisland van de Bataven.
Toch slaagde hij er in Vetera opnieuw te
bezetten en hier ontstond een type
oorlogsvoering die de Nederlanders later zouden
gebruiken in hun Hollandse Waterlinie. Uitkomst
van de strijd was dat Vetera verloren ging voor
Civilis. De opstand was hiermee definitief
mislukt.
Cerialis besloot vervolgens het kernland van de
Bataven aan te vallen en plunderde wat nu de
Betuwe is. Enige dagen later gaf Civilis zich
over.
|
Bron 11
|
Het verslag van Tacitus stopt op het moment dat
Civilis onderhandelt (bij de resten van de brug
over de Nabalia) over zijn overgave. Wat er
daarna gebeurde is dus niet bekend, maar het
lijkt zeker dat het oude verbond tussen Romeinen
en Bataven werd hersteld. Over het verdere leven
van Civilis is niets bekend, maar gezien het lot
van andere opstandelingen, zoals Vercingetorix
kan dat wel eens kort geweest zijn.
|
Bron 12
|
Bronnen:
|