Histoforum |
||||
Historische DVD's |
laatste wijziging: |
|||
|
Ran (Chaos) Japan 1985 - 2 DVD’s 2004 - speelduur: 155 minuten -
originele versie, Engelse, Duitse en Nederlandse ondertiteling. Tijd en
ruimte: Japan tussen 1550 en 1600. Genre:
historische acteurs- en ideeënfilm. Thematiek:
‘dwaasheid van de ouderdom’, machtswellust, kinderlijke ondankbaarheid,
onverzadigbare wraakzucht. Waardering:
****/4 Regisseur:
Akira Kurosawa
Acteurs:
Tatsuya Nakadai, Akira Terao, Jinpachi Nezu, Daisuke Ruy
De film opent met schitterende natuurbeelden. In
een sterk heuvelachtig landschap wachten enkele jagers onbewogen op hun
paarden. Windvlagen jagen door het wuivende gras en doen hun gewaden,
haren en de manen van hun rijdieren wapperen. Dan donderende
paardenhoeven. Daar verschijnt Hidetora Ichimonji, in wilde galop met
gespannen boog achter de wilde zwijnen aan. Pure visuele poëzie! Ran
speelt zich af in het 16de - eeuwse Japan, in de laatste
jaren van de onophoudelijke burgeroorlogen, het zogenaamde
pre-Tokugawa-tijdperk, een chaotische en gewelddadige periode in de
tumultueuze geschiedenis van het Land van de Rijzende Zon.
In 1543 hadden de eerste Portugezen de eilanden
bereikt. In datzelfde jaar kregen de Japanners enkele Portugese
lontmusketten in handen. Een jaar later hadden zij die niet alleen
perfect gekopieerd, maar het oorspronkelijke ontwerp reeds gevoelig
verbeterd. De introductie van vuurwapens zou het karakter van de talloze
veldslagen voorgoed veranderen, zoals we kunnen zien in deze film en in
Kagemusha, Kurosawa’s andere meesterwerk over deze periode.
De oude
daimyo en zijn zoons Maar Hidetora misrekent zich wanneer hij de
controle afgeeft en voor zichzelf eer en een beperkte mate van macht en
aanzien wil behouden. Hij komt in conflict met zijn zoons. Eerst met de
oudste, Taro die - op aanstoken van zijn echtgenote, vrouwe Kaede - van
zijn vader volledige onderwerping en onderdanigheid eist (en krijgt).
Beide zoons zijn getrouwd met dochters van naburige heersers die door
Hidetora zijn verslagen en vermoord. De oudste schoondochter is uit op
wraak voor het uitroeien van haar familie en zint op de totale ondergang
van de Ichimonji-clan. De jongste schoondochter zoekt troost in het
boeddhisme.
Nu ontrolt de intrige zich verder als de Japanse
versie van een Griekse tragedie, gedicteerd door het meedogenloze blinde
Noodlot. In geen van zijn burchten krijgt Hidetora onderdak.
Boeren mogen hem op bevel van Taro, de nieuwe daimyo, geen rijst
leveren. Uiteindelijk vindt hij met zijn samoerai en vrouwen onderdak in
het verlaten kasteel van zijn jongste zoon. ’s Nachts wordt dat
aangevallen door de verenigde troepen van zijn twee oudste zoons. Zij
slachten al zijn getrouwen af in een orgie van pijlen, buskruit en
bloed. Zijn vrouwen en dienstmeiden plegen collectief
seppuku (rituele zelfmoord).
De overvallers schieten het kasteel in brand en denken dat Hidetora
omgekomen is in de vlammen. Taro rijdt triomfantelijk het terrein op.
Een enkel schot knalt en hij stort dood ter aarde. Neergeschoten door de
generaal van zijn broer Jiro! (Let op hoe subtiel dit is aangebracht.)
Tegen alle verwachtingen in heeft zijn vader echter de beschieting en
het vuur overleefd. Van zijn zinnen beroofd verlaat hij het kasteel,
tussen de rijen overvallers door. Niemand durft hem aanraken. Vrouwe Kaede
Jiro is nu het hoofd van de clan en hij neemt de weduwe van zijn broer
over. Of liever: zij neemt hem over. Onvergetelijk is de totaal
onverwachte metamorfose van de intrigante Kaede. Zij brengt Jiro als
erkenning van zijn status de helm van haar dode echtgenoot Taro - op
haar knieën. Zonder overgang transformeert ze van een onderdanig
trippelend porseleinen poppetje in een ontketende messenzwaaiende
moordlustige furie. Dan verandert ze weer even plots in een hongerige
minnares, die het bloed van zijn hals likt, hem voorgoed aan zich bindt…
en het hoofd eist van Sué, zijn echtgenote, die als boeddhistische
kluizenares leeft. Zij geeft het bevel aan Jiro’s generaal, de
moordenaar van haar man Taro. Die keert weer met een pakje, in zout
geconserveerd. Dat bevat echter niet het hoofd van Sué, maar een houten
vossenhoofd. De generaal steekt een hele ironische rede af over
vossenwijfjes. Voor een buitenstaander is dit onbegrijpelijk, niet voor
een Japanner: de moervos is een kwaadaardige
kami (demon) die met duivels
genoegen de mensen misleidt en parten speelt. Tekenend is dat Kaede wel
razend wordt, maar geen verder stappen durft ondernemen. De sequentie is
ook een voorafspiegeling van wat op het einde van de film met Kaede zelf
zal geschieden.
Vernietiging Hidetora, inmiddels al zijn manschappen kwijt in
het dispuut met zijn zoons, zwerft met slechts twee getrouwen door het
rijk. Hij verliest zijn verstand pas volledig wanneer hij zich
realiseert dat hij zelf alleen verantwoordelijk is voor zijn hachelijke
positie door zijn eigenzinnig, arrogant en gruwelijk optreden als
heerser.
Zijn jongste zoon probeert hem ter hulp te komen,
maar moet daarvoor met zijn samoerai het rijk van zijn broer Jiro
binnendringen. Die vat, tegen de afspraken, de strijd aan met de troepen
van Saburo en twee geallieerde naburige heersers, in de overtuiging te
zullen winnen. Eens te meer overschat Jiro zijn krachten, eens te meer
opgehitst door de bijtende woorden van vrouwe Kaede. Zijn leger is
kansloos tegen de overmacht en zijn burcht wordt ingenomen door de
vijand. Kaede biecht eindelijk op wat haar plannen waren: haar
levenswens is vervuld, de Ichimonji-clan is vernietigd, haar familie
gewroken. “Moervos,” bijt de oude generaal haar toe en in één beweging
hakt hij haar hoofd af, terwijl haar bloed tegen de wand spuit. Ver weg
hoopt Hidetora dat Saburo de nieuwe situatie het hoofd zal bieden en het
rijk redden van de ondergang. Maar de moordenaars die Jiro heeft
uitgezonden liggen nog steeds op de loer, onwetend van het lot dat hun
meester heeft getroffen. Bespreking Na het bekroonde
Kagemusha (1980) tekende de Japanse grootmeester in 1985 op
75-jarige leeftijd nog voor een van zijn grootste en zeker meest
kleurrijke films: Ran
(‘Chaos’). Ran
is ontegensprekelijk een cinematografisch meesterwerk. En ik gebruik
deze archaïsche term niet willekeurig. De film is geïnspireerd op
King Lear van William
Shakespeare. Akira Kurosawa interpreteert het werk van de grote
Angelsaksische dramaturg vrijelijk en plaatst het in een Japanse
context. Hij houdt zich wél grotendeels aan de personages en de sfeer
van het originele werk. King Lear is bij Kurosawa de daimyo Hidetora; de
drie dochters van de Britse koning worden drie zoons. Ook ander
personages (de hofnar, de adviseur) zijn in
Ran terug te vinden, evenals
de vrouwelijke antagonisten in de figuur van de schoondochters. Van
Shakespeare neemt hij tevens de zeer pessimistische levensvisie over,
weerspiegeld in het nihilisme van de nar (na de dood van Saburo en
Hidetora) doch gemilderd door de uitspraak van de generaal over de
domheid van de mensen (zie het motto bovenaan). Tatsuyo Nakadai schittert als de opvliegende
bejaarde krijgsheer die zijn macht overdraagt aan de verkeerde zoon. Net
als Elckerlyc in het gelijknamige toneelstuk uit onze eigen
literatuurgeschiedenis, verliest hij stuk voor stuk al zijn zekerheden
en alles wat zijn leven zin gaf. Even schitterend is de vertolking van
vrouwe Kaede als de sluwe, wraakzuchtige echtgenote.
Men moet niet per se een fan zijn van het werk van
William Shakespeare om van deze grootse Japanse film à la Eisenstein te
genieten. Akira Kurosawa levert een veelzijdig gelaagde en genietbare
film af waarin trouw en verraad sleutelwoorden zijn, een episch verhaal
dat tot de klassiekers van de wereldliteratuur behoort en dat op een
ontroerende, spannende en onderhoudende manier inzicht biedt in de
complexiteit van de menselijke natuur. Met Ran
overtreft Akira Kurosawa alle verwachtingen. Zijn meesterschap in het
verfilmen van massa-gevechtsscènes en typisch Japanse rituelen is alom
bekend, toch weet hij voor- en tegenstanders te verbazen met
indrukwekkende opnamen, een verbazende montage en een zeer fijn oog voor
detail. De verdeling van het rijk van Hidetora en de discussies met zijn
zoons nemen 45 minuten in beslag en Kurosawa schrikt er niet voor terug
om het hele ritueel, de lange woordenwisseling en de verplichte
eerbetuigingen minutieus in beeld te brengen.
Daarmee is Ran de ultieme stilering van het
cinematografisch genie van Akira Kurosawa. Hij neemt de tijd om de
karakters langzaam zichzelf te laten onthullen via close-ups van
gelaatsuitdrukkingen en bewegingen, via korte dialogen met partners en
vertrouwelingen. Tezelfdertijd schildert de regisseur de grootsheid en
de verwaandheid, de onmenselijkheid, de corruptie en de wereldvreemdheid
van de Japanse heersende klasse: niemand is veilig voor het verraad van
zijn naaste verwante, iedereen kan het slachtoffer zijn van jaloezie,
naijver of wraakzucht. De pracht van het beeld is daarmee omgekeerd
evenredig aan de wreedheid van de taferelen, een wreedheid die zichtbaar
wordt gemaakt in de karakters eerder dan in de rechtstreekse uitbeelding
ervan via geweldscènes. De sequenties van vechtende legers zijn nochtans
onvergelijkbaar en hebben een onwaarschijnlijke visuele kracht qua actie
en decor. De nachtelijke aanval van de twee oudste zoons op de derde en
laatste burcht, waar de gedesillusioneerde vader een toevlucht heeft
gezocht, is onvergetelijk en hallucinant in zijn meedogenloze wreedheid.
Midden de orgie van bloed, pijlen en vlammende haakbussen, stapels dode
en verminkte samoerai sterven plotseling alle reële achtergrondgeluiden,
kreten, schoten weg. Alleen muziek blijft over, wat het duivelse
tafereel de gestileerde, suggestieve kracht verleent van een opera. Een
samoerai houdt zijn afgehakte arm in de hand, de laatste getrouwen
sneuvelen om hun meester te beschermen. Die treedt slechts een keer
handelend op, maar breekt zijn zwaard. Voor de rest van de slachtpartij
blijft hij volslagen wezenloos zitten op de grond, terwijl achter hem
zijn vrouwen zich van het leven beroven, en brandpijlen heen en weer
door de kamer van de donjon flitsen, als geluidloze muzieknoten. Vermoedelijk zit hier weer heel wat Japanse symboliek
verscholen, die ons als buitenstaanders ontgaat: de oude Hidetora breekt
bij de eerste uithaal reeds zijn
tachi (lange zwaard). Wie iets weet van de samoeraicode, beseft dat
dit de aankondiging is van zijn ondergang. Ook het feit dat deze opname
en heel wat andere sequenties gedraaid zijn op de Fuji Jama, de heilige
vulkaan, heeft ongetwijfeld een diepere betekenis die ons eveneens
ontgaat. De DVD’s Beeld &
geluid Zoals het bij Kurosawa de gewoonte is, krijgt de
film een zeer westers aandoende soundtrack mee die de stillere passages
streelt en de massa-scènes extra volume en veerkracht geeft. Het geluid (Japans: Dolby Digital 5.1, Engels en
Duits: 2.0) raast als een waanzinnige storm door de kamer in de
gevechtsscènes en de dramatische hoogtepunten die Kurosawa regelmatig
legt. Het geluid van paardenhoeven komt van achter en van opzij en
vermengt zich voor het scherm met het oorverdovende gekletter van de
wapenuitrustingen en de kreten van strijdvaardige of dodelijk verwonde
krijgers. In de stille scènes is er de natuur die alle ruimte krijgt met
een hete wind die van de ene naar de andere kant door het hoofd drijft
en flardjes strijkers die als schaapjes door de staalblauwe lucht
zweven.
Tweede DVD:
de extra’s 1. Zeer korte trailer Dit is meer een eerbetoon dan een klassieke ‘making
of’. Het is een in stijl en tempo aan de film verwante blik op de
persoon en de manier van werken van Kurosawa, de perfectionist. De
opnames voor Ran geschiedden
hoofdzakelijk op de flanken van de heilige berg Fuji, in vaak
erbarmelijke weersomstandigheden in november 1984. Loont beslist de
moeite voor alle bewonderaars van de
Sensei (en alle
filmliefhebbers die vakmanschap weten te appreciëren). Didactische verwerking Deze film leent zich uitstekend tot projectie in
zijn geheel en bespreking als forumfilm. Enige bezwaar: de lengte van
meer dan 2u30. Als je leerlingen/studenten de film laat verwerken
in een ‘scriptie’, zou ik voorstellen te werken met kleine groepjes
vrijwilligers, die onderstaande forumvragen gebruiken als leidraad en
bij de voorstelling in de klas/cursus relevante sequenties projecteren algemeen: zie Speelfilms en geschiedenis. Didactisch verwerkingsmodel.
Ran 1. De film geeft een beeld van het leven in het feodale Japan van
eind zestiende eeuw. Kies één aspect dat
Leg in de groepsbespreking de resultaten van je bevindingen naast die
van de andere leden en geef ze weer in het schriftelijk verslag. 2. Dit is een prachtige maar verwarrende film. Vaak
zit je je af te vragen wat er nu eigenlijk gebeurt of gebeurd is. Heeft
de regisseur zijn film zo maar samengegooid of zit hier een bedoeling
achter? 3. Welke rol speelt de vrouw a) in de film, b) in de beschreven
samenleving? Geef typische scènes. Geef uw eigen waardeoordeel over deze
rol. 4. Beeld, kleur en muziek worden op onovertroffen wijze aangewend.
Zoek twee erg treffende scènes. Bespreek in elk ervan de rol van de
gehanteerde beeld- en kleurvorming. 5. Ran
weerspiegelt tevens de zeer pessimistische levensvisie van Kurosawa. Leg
uit en demonstreer aan de hand van relevante sequenties. Andere films over Japan in dezelfde periode: Voor meer informatie over deze periode", zie
De conquistadores: wereldveroveraars met oogkleppen, Japan, het land van
de rijzende zon Jos
Martens |
|||
Met onderstaande zoekmachine kunt u zowel zoeken op het web als binnen Histoforum.
|