Andrew Gross. Alleen hij (vertaling van The One Man). ISBN
9789026142697. Uitgever De Fontein, 352 pagina's. 20.00 euro
(ook beschikbaar als e-book, 7,99 euro).
.
Alleen hij
In 2003 ontmoet Heather Morris in Melbourne Lale Sokolov. Lale, wiens vrouw, Gita, kort daarvoor is overleden vertelt Morris dat hij mogelijk een verhaal heeft dat de moeite waard is om verteld te worden. Drie jaar lang bezoekt Morris hem twee a drie keer per week om zijn verhaal op te tekenen.
Inhoud
Alleen hij
Ongelooflijk, wat een afschuwelijke film. Een vriendin, filosoof, kwam woorden te kort om haar afschuw over de film La vita è bella uit te spreken (1). Ze was zeker niet de enige, al werd de film met prijzen overladen. Meer mensen hadden moeite met deze tragikomische film over zo’n dramatisch onderwerp. Voor anderen gold de film als een van de beste anti-oorlogsfilms die er zijn gemaakt. Mij raakte de film zo diep, dat ik hem nooit voor een tweede keer heb durven zien.
Enkele jaren geleden verscheen van bestsellerauteur Andrew Gross
The One Man, een roman die zich grotendeels afspeelt in het
concentratiekamp Auschwitz. Dit boek, waarvan in 2017 een
Nederlandse vertaling verscheen onder de titel Alleen hij, wordt
een thriller genoemd. Ik zou het eerder een spannende roman
noemen. En, net als bij La vita è bella, zou je verwachten dat
mensen vraagtekens bij een dergelijk boek zouden zetten. Is het
te verantwoorden om over dit thema een thriller te schrijven,
een boek dat je toch vooral leest ter vermaak? In een bespreking
op Thrillzone zegt Marinus van de Velde terecht dat de
verhaallijn spannend en interessant en dat je als lezer snel in
het verhaal gezogen wordt. Meer dan eens in het boek zal de
lezer, volgens hem, op het puntje van de stoel belanden en
meeleven met de avonturen van de hoofdpersoon.
Vooraf had ik grote twijfels, maar na lezing zijn die verdwenen.
Andrew Gross heeft een integere roman geschreven, die recht doet
aan de verschrikkingen van Auschwitz. Gross’ schoonvader verliet
Polen een half jaar voor de oorlog in september 1939 uitbrak en
moest na de oorlog concluderen dat het grootste deel van zijn
familie de oorlog niet had overleefd. Zijn schoonvader sprak
nooit over de oorlog. Gross wilde ooit een stem geven aan het
verdriet over dit verlies en ook aan de gevoelens van schuld die
veel survivors hadden. Schuld omdat zij, in tegenstelling tot
zoveel anderen, hadden overleefd.
Alleen hij is goeddeels fictie, maar speelt zich wel af in een
historische context. Rudolf Höss was een nazi-Duitse
SS-Obersturmbannführer en de langst dienende commandant van het
concentratie- en vernietigingskamp Auschwitz. Hij verblijft voor
"zaken" buiten het kamp. Zijn waarnemer is Ackermann,
waarschijnlijk een personage dat in tegenstelling tot Höss niet
werkelijk bestaan heeft. In 1939 had Albert Einstein de
Verenigde Staten gewaarschuwd dat nazi-Duitsland bezig was met
de ontwikkeling van een kernwapen. Daarom waren de VS er ook mee
begonnen in een uiterst geheim project, het zogeheten Manhattan
project., waarbij onder anderen Oppenheimer betrokken was. Een
race tegen de klok. Wie als eerste over het wapen beschikte zou
de oorlog winnen. In 1944 - zo wil het verhaal in dit boek –
ontbrak nog essentiële informatie. Daarin kon Alfred Mendl, een
wetenschapper met als specialisme elektromagnetische fysica
voorzien. Met behulp van zijn kennis zou de fabricage van de bom
met zes maanden versneld kunnen worden. Probleem is echter dat
Mendl, afkomstig uit Lvov, een Poolse stad met een grote joodse
bevolking en een florerende universiteit, Polen ontvlucht is op
een Zuid-Amerikaans paspoort. Na allerlei omzwervingen komt hij
terecht in een kamp in het Franse Vittel. Van hieruit wordt hij
samen met zijn vrouw Marte en dochter Lucy op transport gesteld
naar Auschwitz.
Interneringskamp Vittel
In het interneringskamp Vittel arriveerde op twintig januari 1943 een eerste groep Joden. Ze hadden de erbarmelijke omstandigheden in het getto van Warschau overleefd en waren, na een treinreis van enkele dagen en nachten door Duitsland, aangekomen op het station van Vittel. Dat deze groep niet (direct) was overgebracht naar Auschwitz of Treblinka vloeide voort uit het feit dat zij in het bezit waren van een Zuid- of Midden-Amerikaans paspoort of inreisvisum. In december van datzelfde jaar kwam een Duitse commissie alle joodse papieren controleren, waarbij de Zuid-Amerikaanse papieren als vals werden beschouwd. De Joden die dergelijke papieren bezaten dreigden te worden afgevoerd naar de vernietigingskampen. Onder druk van Joodse organisaties, rabbijnen in Zwitserland, en door bemiddeling van het Rode Kruis en vreemd genoeg ook het Vaticaan werd een internationale commissie benoemd die de geldigheid van de Zuid-Amerikaanse papieren ging onderzoeken. Om onduidelijke redenen wachtten de Duitsers de uitkomst van het onderzoek naar de geldigheid van de Zuid- en Midden-Amerikaanse visa en paspoorten niet af. Tamelijk plotseling kwamen er orders uit Berlijn om de deportatie van de Zuid-Amerikaanse Joden in gang te zetten. Op achttien april 1944 was het zover en werd een eerste groep van veertig Joden afgevoerd naar het station van Vittel om vanaf daar op transport te worden gezet naar Auschwitz. In het voorjaar van negentienvierenveertig werden op een gegeven moment bijna wekelijks de inmiddels als statenloos beschouwde Joden in groepen van veertig à vijftig overgebracht naar het station (2).
Als Mendl na allerlei verschrikkingen tijdens het transport in
Auschwitz aankomt, wordt hij onmiddellijk van zijn vrouw en
dochter gescheiden. Gross beschrijft dit op indringende wijze.
Auschwitz is een combinatie van concentratie- en
vernietigingskamp. Joden die per trein worden aangevoerd, worden
geselecteerd als werkslaaf of voor directe vernietiging
doorgeleid naar de gaskamers. Mendl wordt tewerkgesteld.
Intussen buigt men zich in de VS over de vraag hoe ze Mendl uit
Auschwitz kunnen krijgen. Ze benaderen de jonge Pool Nathan
Blum. Hij is Europa ontvlucht en werkt als vertaler voor de
Amerikanen. Zijn ouders zijn in Warschau vermoord en ook zijn
zus, althans dat denkt hij. Hij voelt zich schuldig dat hij de
dans is ontsprongen. Als de Amerikanen hem vragen terug te gaan
naar Polen voor een uiterst gevaarlijke klus aarzelt hij niet.
Hij zal worden gedropt boven Polen en moet proberen te
infiltreren in Auschwitz. Hij is de en(ig)e man die contact kan
maken met die ene man in kamp Auschwitz en hem naar buiten
brengen.
Gross modelleerde het binnendringen in Auschwitz naar het verhaal van de Britse soldaat Denis Avey, die inderdaad inbrak in Auschwitz en er een dag verbleef om naderhand over de gruwelijkheden te kunnen vertellen. Avey deed verslag van zijn ervaringen in The Man who broke into Auschwitz (3). Een verslag echter dat zeer omstreden is (4). Abey heeft in de loop der jaren verschillende versies gegeven van het verhaal hoe hij van uniform en plaats verwisselde met een jood om zo een beeld te krijgen van het leven in Auschwitz (5).
Mendl heeft intussen Leo leren kennen, een zestienjarige jongen
die het wat schaken betreft tegen iedereen kan opnemen. Hij
blijkt over een ijzeren geheugen te beschikken. De fysicus maakt
daarvan gebruik door hem deelgenoot te maken van zijn kennis,
kennis die de Amerikanen nog node missen. Er groeit een
vriendschap tussen Mendl en Leo die zo sterk wordt dat hij hem
presenteert als familielid en weigert – als Nathan Blum contact
met hem heeft weten te leggen - zonder hem het kamp te verlaten.
Intussen is ook de vrouw van waarnemend kampcommandant Ackermann
zich voor de jonge knaap gaan interesseren. Zij nodigt hem bij
haar thuis uit om schaak te komen spelen. Haar huwelijk is
slecht. Er ontstaat al snel een broeierige sfeer die ertoe leidt
dat zij op Leo haar sluimerende lusten botviert. Niet alleen
deze ontwikkeling – hoe reageert haar man hierop? - maar ook de
wetenschap dat kolonel Franke, een Duitse officier van de Abwehr
de geheime boodschappen in de operatie Nathan Blum heeft weten
te decoderen en hem op het spoor is, doen bij de lezer de
spanning toenemen. Zeker als niet twee maar ten slotte drie
mensen het kamp uit gesmokkeld moeten worden en naar de VS
moeten worden gebracht. Hoe een en ander zich ontwikkelt zullen
we uiteraard niet verklappen.
Terecht meent de recensent van Thrillzone dat de echte hoofdrol
echter niet is weggelegd voor Nathan Blum, of Alfred Mendl, maar
voor het concentratiekamp Auschwitz (6). Gross geeft een
huiveringwekkend beeld van de gruwelijkheden in het kamp, met
aandacht voor de schrijnende tegenstelling tussen de gang naar
de gaskamers en het spelen van (klassieke) muziek door de
verschillende orkesten die het kamp kende. Ook schetst hij op
indringende wijze de spanning en rivaliteit tussen de
verschillende Duitse militaire diensten en onderdelen die tot
uiting komt in de tegenstrijdige belangen die Franke en
Ackermann hebben.
Bij sommige ontwikkelingen in het boek hun je vraagtekens
zetten. Dat Franke onraad ruikt op basis van de gedecodeerde
boodschappen, dat Leo alles even snel leert van fysicus Mendl,
de relatie van Frau Ackermann met Leo of het feit dat Nathan in
een kamp met 300.000 geïnterneerden Mendl binnen ongeveer een
dag (hij heeft 72 uur) weet op te sporen. Het blijft echter een
zeer spannend boek, het lezen alleszins waard. Door de
vanzelfsprekendheid waarmee gruwelijkheden in Auschwitz werden
begaan, lijken de mensen die daarvoor verantwoordelijk waren
zich helemaal niet bewust van wat ze deden en aanrichtten. Dat
wordt manifest als Frau Ackermann ruziënd tegen haar man zegt:
Wat ík heb gedaan? De vraag is Kurt, wat jíj hebt gedaan. Wat
jullie met zijn allen hebben gedaan. Het waren mensen. Je
kostbare nummers. Geen cijfers, Kurt. Het waren moeders.
Echtgenoten. Kleine kinderen. Ze hadden levens. Hoop. Net als
wij, ooit. Mensen."
Noten
1.
https://nl.wikipedia.org/wiki/La_vita_%C3%A8_bella
2.
Deze
informatie is afkomstig van
http://eendaginoostende.blogspot.nl/2015/01/camp-vittel.html
3.
http://news.bbc.co.uk/2/hi/8382457.stm
4.
https://en.wikipedia.org/wiki/The_Man_who_Broke_into_Auschwitz
5.
https://www.newstatesman.com/blogs/guy-walters/2011/11/avey-book-holocaust-auschwitz
6.
http://www.thrillzone.nl/recensie/alleen-hij/
Albert van der Kaap/Dirk
Tuin, februari 2018