Andrej Koerkov. Dagboek van een invasie. Vertaling van ‘Invasion Journal’. Uitgeverij Balans, Amsterdam/Pelckmans, Kalmthout, oktober 2022. Paperback, 266 pagina’s, 21 x 13 cm, kaart, € 21,99. ISBN 978-94-638-2240-4

Dagboek van een invasie

Koerkov is een Oekraïense schrijver en voorzitter van PEN Oekraïne. Hij is in Rusland geboren(1961), maar heeft altijd in Kiev gewoond. Hij schrijft in het Russisch, maar dit boek is uit het Engels vertaald. Op 24 februari moest hij, zoals miljoenen anderen, hals over kop vluchten naar het westen van het land. Hij reisde dan door Europa als woordvoerder van het Oekraïense volk.

Dagboek van een invasie

Jef Abbeel

 

Zijn dagboek begint op 29 december 2021 met kritiek op enkele wetten van de Oekraïense regering: alle vrouwen moesten zich laten registreren bij het ministerie van defensie, zoals in Israël; er kwamen boetes voor het doodrijden van een kikker en het plukken van een paddenstoel (p. 16). De rechtbank in Petsjersk (Kiev) veroordeelde in 2011 Joelia Timosjenko en in 2019 ex-president Porosjenko. Telkens twijfelde men aan de eerlijkheid van de rechtbank.


Miljoenen Oekraïners werken in het buitenland en sturen ‘miljarden euro’s’ naar hun families. Die ‘miljarden’ lijken mij overdreven. Kerstmis is heel belangrijk in Oekraïne. Kiev heeft 5.000 schuilkelders, maar de bevolking feest verder. In januari 2022 was nog 20% van de Oekraïners pro-Russisch, hoewel de Russische troepen massaal aan de grens stonden. Toen werd zowel in Oekraïne als in Rusland de komedieserie van Zelensky, ‘Svaty/Koppelaars’ uitgezonden.


Koerkov klaagt wel aan dat de Oekraïense media geen interesse hebben voor boeken. Hij beschrijft hoe al in januari de inval voorbereid werd. Hij heeft kritiek op Zelensky, die zijn voorganger Porosjenko in de cel wou zien en dat belangrijker vond dan de komende oorlog. Hij betreurt ook dat Oekraïense taalactivisten zich vijandig gedragen tegen Russischsprekende Oekraïners, bijna de halve bevolking volgens hem. Op de basis- en middelbare scholen wordt geen Russisch meer gegeven, wel Oekraïens en Engels. Rusland ergert zich daar ook aan.
Koerkov heeft ook kritiek op Poetin: die herschrijft de geschiedenis en zet hem naar zijn hand. Het patriarchaat van Moskou bezat voor de oorlog nog meer dan 12.000 parochies in Oekraïne. Maar volgens Koerkov heeft het geen toekomst meer in Oekraïne, wel op de Krim.


Hij vertelt ook dat de Oekraïners grote voedselvoorraden aanleggen en dat velen ook een wapen hebben. Vanaf 23 februari steeg de spanning in Kiev. Op de site van een militair hospitaal in Moskou stond dat het 45.000 lijkzakken wou kopen: Rusland was dus bereid 50.000 man te verliezen. Poetin eiste dat Oekraïne de Krim erkende als Russisch en dat het zou beloven nooit lid te worden van de NAVO. Anders zou het oorlog zijn. Tegelijk zei hij het land niet te erkennen, hoewel zijn voorganger Jeltsin het drie keer erkend heeft.


Op 24 februari om 5 u ’s morgens begon dus de oorlog. Mensen gingen op de vlucht, zoals in februari 1919, toen de bolsjewieken in Kiev binnenvielen en iedereen doodden die ze tegenkwamen. Koerkov beschrijft de vlucht, de uitzichtloze files, de onzekerheid. Hij vergelijkt ook met mei 1944, toen de Krim-Tataren en andere volkeren gedeporteerd werden naar Siberië, zoals 1,8 miljoen Oekraïense boeren in 1930-1931 naar de Oeral werden vervoerd en nog eens 76.000 in 1947. De Balten maakten dat mee in 1941 en 1948.


De schrijver heeft geen woorden meer om de gruwelen en oorlogsmisdaden weer te geven die Poetin over Oekraïne heeft uitgestort en nog dagelijks uitstort. Hij geeft daar enkele voorbeelden van en kijkt uit naar het tribunaal dat daarover zal moeten oordelen. Maar ik vrees dat dit tribunaal nog jaren op zich kan laten wachten en bovendien zijn Poetin en zijn ministers nog jaren onschendbaar.


Koerkov beweert ook dat de Russische bombardementen vooral Russischtaligen hebben gedood. In de separatistische republieken Loegansk en Donetsk leren de kinderen nu dat Oekraïne fascistisch is en leren ze Oekraïne, Europa en de VSA te haten. Rusland vernietigt bewust voedselvoorraden, medicijnen, de hele infrastructuur: het lijkt op een poging tot genocide.


De buitenlandse studenten zijn gevlucht naar Afrika en Azië, de binnenlandse studeren weer thuis online. Hun kamers zijn nu ingenomen door vluchtelingen. Ook enkele oligarchen zijn gevlucht, o.a. de broers Soerkis, eigenaars van Dynamo Kiev, de Oekraïense familie van Dimitri Medvedev en Medvedtsjoek, vriend van Poetin.
Boekenwinkels zijn ofwel vernietigd ofwel gesloten, behalve in Lviv, de culturele hoofdstad, waar de meeste schrijvers naartoe zijn gevlucht. Ook vele scholen en universiteiten zijn verwoest. Rond Pasen verzorgen de Oekraïners de graven, maar vele kerkhoven zijn beschadigd door de Russen, die ook proberen de Oekraïense cultuur te vernietigen, zoals met de zware bom op het theater van Marioepol en zoals ze in de jaren 30 al deden met ca. 300 Oekraïense schrijvers, die de naam de ‘Geëxecuteerde Renaissance’ kregen. Uit het bezette Melitopol deporteerden Russische geheim agenten met de hulp van plaatselijke collaborateurs de schrijvers en de activisten. En in de Donbas werden Oekraïense boeken vernietigd. Tegelijk werden massaal Sovjetboeken uit Oekraïense bibliotheken verwijderd en blijven toppers zoals Dostojevski en Poesjkin enkel nog beschikbaar in universiteitsbibliotheken. Verder hebben de Russen nog van alles gestolen: tractoren, maaidorsers, auto’s. Koerkov vergeet nog: computers en laptops uit scholen, medische apparatuur uit ziekenhuizen en vele kinderen. Koerkov noemt ook enkele ‘goede Russen’: zij hebben zich uitgesproken tegen de oorlog.
De 16 miljoen inlandse ontheemden, onder wie 8 miljoen kinderen, hadden moeite om een school te vinden. Dat geldt ook voor de miljoenen buitenlandse ontheemden. Als de gezinnen die met hun kinderen gevlucht zijn niet terugkeren, dan zal het land een demografisch probleem krijgen.


De landen die de meeste militaire hulp bieden zijn de VSA, het VK, Estland, Litouwen, Polen, Slowakije. Duitsland krijgt kritiek van de auteur omdat het volgens hem te weinig doet en vooral Poetins gezicht wil redden. Meer dan 80% van de bevolking wil geen grondgebied afstaan aan Poetin, ook niet de Krim en de Donbas. Dat bemoeilijkt de vredesonderhandelingen.


In juni gaf Zelensky toe dat er elke dag 150 Oekraïense soldaten sneuvelen: na ruim 250 dagen kunnen dat er ca. 38.000 zijn. De Russen hebben mobiele crematoria, waardoor het aantal slachtoffers geheim blijft. Op 27 juni trof een Russische raket het grote winkelcentrum van Krementsjoek: van de 1.000 aanwezigen sneuvelden er velen, de anderen verloren een arm of een been.


Vele straten, conservatoria etc. zijn nog genoemd naar bekende Russen: een aantal Oekraïners wil die namen veranderen. Vindingrijke criminelen maken ook misbruik van de oorlog om landgenoten op te lichten. Het dagboek eindigt helaas al op 11 juli 2022. Tussendoor vertelt Koerkov ook over de volksaard: de Oekraïners kennen geen fatalisme, de Russen wel; Oekraïners hebben een winnaarsmentaliteit, ze overleven in moeilijke omstandigheden en vinden vrijheid belangrijker dan goud. De pogingen om het land als onafhankelijke staat te vernietigen hebben de nationale identiteit allen maar versterkt.


Beoordeling
Het dagboek geeft een gedeeltelijke kijk op het verloop van de oorlog: de auteur vertelt lang niet alles wat er gebeurd is en terloops spreekt hij ook over de gewoontes, de cultuur, de godsdienst etc. Het geeft wel een goed beeld van wat mensen op de vlucht allemaal moeten doorstaan en hoe ze ineens afhankelijk worden van de goede wil van anderen. De schrijfstijl is vlot. De kaart vooraan is heel degelijk en onmisbaar.

© Jef Abbeel november 2022 www.jefabbeel.be