Eline Helmer (2022). Een Rus als ik. Ontmoetingen in alledaags Rusland. Uitgeverij Prometheus, Amsterdam/L&M, Antwerpen, mei 2022. 263 pagina’s, paperback, 20 x 12 cm. ISBN 978-90-446-4468-5, € 20,99.



Een Rus als ik. Ontmoetingen in alledaags Rusland

De schrijfster is antropologe. Ze woonde van 2015 tot 2020 in Rusland, even in Pskov maar veelal in Sint-Petersburg, en ze volgde er het dagelijks leven van de gewone Russen. De vele aantekeningen die ze maakte van haar ontmoetingen dienden oorspronkelijk niet voor dit boek, maar voor haar antropologisch veldwerk.

Een Rus als ik. Ontmoetingen in alledaags Rusland

Jef Abbeel

 

Met een zeer beperkte kennis van het Russisch trok ze naar een dorpje in de regio Pskov, nabij de Estse grens. Er was geen luxe: geen stromend water. Om het toilet door te spoelen moest ze water halen aan een pomp, zeven verdiepingen lager. Op een eiland in de buurt is een school met in totaal acht kinderen van alle leeftijden, allemaal samen in één klas. Daarna mag ze doceren aan de universiteit van Pskov en logeert ze in een chroesjtsjovka, een zeer eenvoudig woonblok, maar wel met stromend water. En nog later wordt het een appartementje in een gemeenschapshuis van de universiteit. Ze leeft en eet bijzonder sober: van aardappelen, wortelen, uien, bananen en koolsoep met bonen.

In Sint-Petersburg (2016-2020) krijgt ze een beter betaalde baan bij het Nederlands Instituut. Daar huurt ze aanvankelijk voor € 100 een (vieze) kamer in een gemeenschappelijk huis. De matras is nog gevuld met hooi en zit vol beestjes, de koelkast stinkt mateloos, in de keuken wordt nog gerookt. De beestjes doen haar opnieuw verhuizen. Ze ontmoet vriendelijke en behulpzame Russen, maar ook norse en onbeleefde. Gepensioneerden moeten bijklussen, want hun pensioentje volstaat niet. Het bedrag wordt niet vermeld. Vele gezinnen met kinderen wonen in een flat met slechts één slaapkamer. In elke wijk wordt een week of twee per jaar het warm of het koud water afgesloten voor onderhoud.


Vanuit Sint-Petersburg doet ze uitstappen, ook riskante, o.a. naar het bevroren Ladogameer. Ze leert er Vitalik Skatsjkov kennen, een Wit-Rus en gaat met hem samenwonen. In 2017 verhuist ze even naar Londen voor haar doctoraatsonderzoek.

Haar Russisch visum is aan strenge voorwaarden verbonden: als ze twee keer de wet overtreedt, wordt ze het land uit gezet en krijgt ze een inreisverbod van tien jaar. Per vergissing over een militair oefenterrein fietsen zonder paspoort staat al gelijk met twee overtredingen (p. 227).
Ze maakt ook kennis met de kommoenalka’s, de gemeenschappelijke woningen. De achterdocht tussen de buren onderling is er vrij groot en zeker bij de ouderen is er sprake van woning-paranoia (p. 244).

In 2020 trekt ze na vijf jaar terug naar Nederland, tevreden over haar leven in Rusland, trots over haar kennis van het Russisch en van de Russische maatschappij. Haar vriend Vitalik reist haar achterna. Ze zegt niet wat voor werk zij en hij precies zijn gaan doen in Nederland en hoe Vitalik het stelt in Nederland. Wel dat ze na haar huwelijk de naam van haar man zal overnemen.

Beoordeling
De schrijfster kan heel goed vertellen en heeft een rijke taal. Ze slaagt erin zich goed in te leven in het dagelijks bestaan van de gewone Russen. Het zijn allemaal losse stukjes, zonder onderling verband.
Ze doet helaas geen uitspraken over de politiek. Terloops laat ze wel eens een Rus zeggen: “De hele wereld heeft een hekel aan ons.” (p. 113). En die uitspraak dateert van ver voor de wrede oorlog tegen Oekraïne, waarover zij geen woord zegt.

Het boek is bijzonder sober uitgegeven: geen enkele foto van de vele gewone Russen die ze ontmoet heeft noch van de flatjes waar ze gewoond heeft. Hoewel er vele onbekende plaatsnamen in voorkomen, is er helaas geen kaart. Een woordenlijst met de verklaring van de Russische woorden zou zeer welkom zijn voor wie geen Russisch woordenboek heeft. Bij Pskov mis ik dat die stad al dateert van 903 en bij Magnit (p. 48-49) dat de eigenaar van die grote keten de Nederlander Jan Dunning is. De prijzen zijn telkens in roebel: je moet ze dus telkens delen door 83 (toen tenminste, nu door 70) om de prijs in euro te bekomen.

© Jef Abbeel, mei 2022 www.jefabbeel.be