Angela Stent (2019). Het Rusland van Poetin: Rusland tegen het
Westen. ISBN 978 90 003 1552 9. Uitgeverij Spectrum,
A’dam/Lannoo, Tielt, april 2019
Paperback, 504 p., 23 x 15 cm, € 39,99. Vertaling van ‘Putin’s
world. Russia against the West and with the rest’ door Conny
Sykora.
Het Rusland van Poetin: Rusland tegen het Westen
De auteur is hoogleraar Euraziatische, Russische en Oost-Europese studies aan de Georgetown University in Washington en schreef al vier boeken over de relaties tussen de SU/Rusland en de rest van de wereld. In dit stevig boek onderzoekt ze de heropstanding van Rusland dankzij Poetin en de relatie met vele landen, uitgezonderd Afrika. Hoewel Poetin ook daar zeer actief is, minstens sinds 2019.
Inhoud
Het Rusland van Poetin: Rusland tegen het Westen
Met het wereldkampioenschap voetbal van 2018 maakte Rusland een goede indruk op alle bezoekers en het toonde zijn terugkeer op het wereldpodium.
De annexatie van de Krim, de daaropvolgende inval in
Oost-Oekraïne en het neerschieten van een vliegtuig met 298
doden tot gevolg hadden voor een pijnlijke afkoeling gezorgd.
Stent verklaart die Russische agressie vanuit de vernedering
door het verlies van Oost-Europa en van de ex-Sovjetstaten.
Engeland en Frankrijk hadden ook jaren nodig om het verlies van
hun kolonies te verwerken. Poetin zou graag de Russische invloed
in de verloren gebieden herstellen.
Vaste elementen in het buitenlands beleid zijn: de
indrukwekkende oppervlakte, de lange afstanden, het extreme
klimaat, de economische achterstand en de noodzaak van een sterk
gezag. De economische achterstand, vooral in consumptiegoederen,
contrasteert met de ereplaats in de ruimtevaart. Stent vindt ook
dat Rusland enkel met het verstand niet te begrijpen is. Na het
uiteenvallen van de Sovjet-Unie vond Rusland dat geen enkele
voormalige lidstaat zich mocht aansluiten bij de EU of NAVO en
dat de 22 miljoen Russen buiten Rusland verdedigd moesten
worden. Poetin vindt ook dat de Russische cultuur uniek is,
zowel Europees als Aziatisch en superieur aan de Westerse. Geen
enkel ander land moet zich bemoeien met zijn ‘soevereine
democratie’.
Europa is de grootste afzetmarkt van Russische olie en aardgas.
Tijdens Gorbatsjov en Jeltsin was Rusland zeer pro-Europees,
maar de NAVO-bombardementen op Belgrado verkoelden die relatie.
Poetin had meer respect voor China’s autoritaire modernisering.
Hij snapt niet hoe de EU kan functioneren als de voorzitter om
de zes maanden wisselt. De relaties verzuurden door de
uitbreiding met Polen en de Baltische landen in 2004 en het
partnerschap van 2009 met zes buurlanden van Rusland: Armenië,
Azerbeidzjan, Georgië, Oekraïne, Moldavië en Wit-Rusland. Het
associatieverdrag van 2013 had als gevolg dat Oekraïne geen lid
meer kon worden van de Euraziatische Economische Unie die
Rusland wou oprichten. Stent beschuldigt Rusland ervan
financiële steun te verlenen aan uiterst-rechtse partijen zoals
het FN, maar ze is slordig met haar cijfers: die ’10 miljard
$’(p. 80) moet 10 miljoen zijn.
Duitsland en Rusland hadden eeuwenlang relatief goede relaties
en zeer goede ten tijde van Kohl en Gorbatsjov, Schröder en
Poetin, maar door de inmenging in Oekraïne zijn ze vertroebeld.
De NAVO was voor de Sovjets altijd de grote vijand. Stent
beweert hier (p. 139-141 en p.151) dat Baker en Bush in 1990
enkel beloofden geen NAVO-troepen in de DDR te stationeren en
dat ze niet beloofden dat de NAVO zich buiten Oost-Europa zou
houden. De zin met ‘there would be no extension of NATO one inch
into the east’ is nochtans genoeg bekend en is ook bevestigd
door Jack Matlock, toenmalig ambassadeur in Moskou. (Bron:
Joshua Itzkowitz Shifrinson, ‘Deal or no deal. The end of the
cold war and the US offer to limit Nato expansion’, in
International Security, spring 2016, p.30.)
En toen Clinton het NAVO-lidmaatschap aanbood aan Polen,
Hongarije en Tsjechië, verbrak hij daarmee de belofte van 1993
aan Jeltsin om de NAVO niet uit te breiden. Hij nam Rusland dan
wel op in de G-7, als compensatie.
Drie weken na dat lidmaatschap in 1999 begon de NAVO te
bombarderen op Servië, waarmee de grote angst van het Kremlin
bevestigd werd. In 2004 liet de NAVO dan nog 7 nieuwe landen
toe, tot groot ongenoegen van Poetin. Stent zegt zelf dat over
deze uitbreiding onvoldoende is nagedacht: de Baltische landen
zijn niet te verdedigen tegen een Russische inval (p. 153-154).
Bush stelde zelfs voor om ook Georgië en Oekraïne op te nemen,
wat Stent een provocatie noemt.
In 2008 verklaarde Kosovo zich eenzijdig onafhankelijk van
Servië, met goedkeuring van de VSA. Bij de annexatie van de Krim
beriep Poetin zich op de dreiging van de NAVO om Oekraïne lid te
laten worden en de NAVO-vloot dan op de Krim te stationeren (p.
159). In 2017 werden wel NAVO-troepen gestationeerd in de
Baltische staten en Oost-Polen. Stent besluit dit deel als
volgt: “De uitbreiding van de NAVO was niet de enige reden voor
de scheiding tussen Rusland en het Westen. De belangrijkste
reden was dat Rusland de voorbije 25 jaar nooit de regels van
het internationale bestel wilde accepteren.”(p. 164).
Zij speculeert op het einde van Trumps mandaat in 2020, maar dat
zal eerder 2024 zijn. In 2014 verklaarde Poetin dat hij actief
de rechten van de Russen buiten Rusland zal blijven verdedigen.
Stalin bezorgde Rusland in 1945 zijn grootste oppervlakte ooit,
Jeltsin in 1991 de kleinste sinds 1654. Rusland beschouwt de
ex-Sovjetstaten als nabije buitenland, als deel van hun
veiligheidszone en vindt dat ze geen lid mogen worden van
Westerse organisaties. De Russische diaspora (22 miljoen) is
sterk aanwezig in Oekraïne (12 miljoen), de Krim (1,7 miljoen)
en Kazachstan (4 miljoen). Het Kremlin richtte in 2007 de
organisatie Russky Mir op: deze probeert hen samen te houden en
overal de Russische taal te steunen. In 8 van de 15
ex-Sovjetstaten zijn Russische troepen gestationeerd.
Een andere bezorgdheid is de islamitische terreur van de
Tsjetsjenen: ze veroorzaakten al honderden doden bij aanslagen
en ze waren met 3.000 à 4.000 strijders bij IS.
Rusland en Oekraïne bezondigen zich ook aan herinterpretatie van
het verleden. Poetin ziet Russen en Oekraïners als één volk en
weigert de soevereiniteit van Oekraïne te erkennen. Russische en
Oekraïense historici twisten om de erfenis van het Kievse rijk.
Gorbatsjov had een Oekraïense moeder en een Russische vader; hij
hoopte in 1991 de USSR samen te houden door meer autonomie te
geven. Maar Kravtsjoek (Oekraïne) weigerde een nieuw unieverdrag
te sluiten. Jeltsin, Kravtsjoek en Sjoeskevitsj (Wit-Rusland)
ontbonden dan de Sovjet-Unie, tot grote woede van Gorbatsjov,
die uit het Kremlin moest verdwijnen. Pas dan zag Jeltsin de
problemen: Oekraïne was ineens de derde kernmogendheid, de
Russische vloot lag in de Zwarte Zee en aan de Krim, allebei
Oekraïense gebieden. De kernwapens werden uit Oekraïne gehaald,
in ruil voor veiligheidsbeloften van de VSA, Frankrijk en
Engeland. In 2014 bleken die beloften waardeloos te zijn.
President Janoekovitsj liet schieten op de betogers: er vielen
100 doden. Dan vluchtte hij naar Rusland. Poetin veroverde dan
de Krim, dat bij referendum met 96% voor annexatie bij Rusland
stemde. Dan volgden de bezetting van de Donbas en het neerhalen
van MH17 door de separatisten, die dachten dat het een Oekraïens
militair vliegtuig was. Een oplossing voor Oekraïne blijft uit.
Rusland en China hebben nu betere relaties dan ooit. Ondanks het
verdrag van 1689 had Rusland in 1858-1860 toch de
Amoer-provincie aangehecht. Tijdens Chroesjtsjov en Brezjnev
werd er ruzie gemaakt met Mao. Gorbatsjov zocht toenadering,
maar werd door Deng verguisd wegens zijn glasnost. Jeltsin sloot
een economisch en een niet-aanvalsverdrag. Poetin en Xi zijn de
beste vrienden. Sinds 2009 is China de grootste handelspartner
van Rusland. Het Chinese BNP is wel 8,5 keer groter dan het
Russische: 11.000 miljard tegenover 1.300 miljard $.
Rusland en Japan blijven elkaar wantrouwen. In 1904-05 versloeg
Japan (46 mln. inwoners) het grote Rusland (130 mln.) in de
strijd om Mantsjoerije en Korea. In 1945 nam Stalin weerwraak:
hij veroverde de Zuidelijke Koerilen en 640.000 Japanse
krijgsgevangenen moesten tot 1956 dwangarbeid verrichten in
Siberië. 10% van hen stierf. Japan eist al de vier eilanden
terug, Rusland wil er maar twee geven. 75 jaar na de oorlog is
er nog geen vrede.
Met China heeft Japan ook een historische ruzie, maar China is
wel de belangrijkste handelspartner van Japan en Japan de tweede
van China, na de VSA. China treedt steeds assertiever op in de
Zuid-Chinese zee, waar de Japanse Senkaku-eilanden liggen.
De terugkeer van Rusland in het Midden-Oosten is één van de
grootste prestaties van Poetin. Hij is de enige leider die praat
met zowel sjiieten en soennieten als Israëli’s. In 2003
probeerde hij tevergeefs de oorlog in Irak te vermijden, want
die zou het terrorisme aanwakkeren. Dat kwam helaas uit: IS
ontstond, de Arabische revoluties volgden in 2011. Sinds 2015
steunt hij Assad, die als sjiiet regeert over een meerderheid
van soennieten en tijdens de lange burgeroorlog meermaals
chemische wapens inzette tegen de rebellen. De steun aan Assad
heeft de relatie met Erdogan soms wel bemoeilijkt, maar Rusland
en Turkije blijven belangrijke handelspartners en vele Russische
toeristen trekken naar Turkije. De relaties met Israël zijn
beter dan ooit en dat geldt ook voor de situatie van de Joden in
Rusland. In de opvoeding van Poetin speelden Joden een grote
rol. Ook Saoedi-Arabië is een bondgenoot geworden, ondanks de
steun aan de extreme islam en het verzet van het land tegen
Assad. Met Iran komt Poetin ook goed overeen: samen steunen ze
Assad en bouwen ze kernreactoren. Rusland is dus terug in het
Midden-Oosten zoals de SU er nooit was.
Met de VSA gaat het op en neer. Gorbatsjov en Jeltsin schoten
goed op met hun Amerikaanse ambtsgenoten, maar de relatie werd
gespannen door de uitbreiding van de NAVO, het Amerikaans
bombardement op Belgrado, de inval in Irak en de steun aan de
kleurenrevoluties in Georgië en Oekraïne. De democraten ergerden
zich aan de Russische inmenging in de verkiezingen van 2016 (en
vergaten de Amerikaanse inmenging in de Russische verkiezingen
van 1996). Trump behandelt Poetin meestal wel met respect, maar
schort verdragen op en handhaaft de sancties.
Poetin heeft dus veel bereikt in zijn buitenlands beleid, maar
de economie blijft zwak (slechts een beetje groter dan die van
de Benelux) en zorgt dat vele plannen niet uitvoerbaar zijn.
Andere zwakke plekken zijn het lage geboortecijfer (behalve bij
de moslimbevolking), de braindrain van intelligente jongeren, de
versleten infrastructuur, de vele sterfgevallen van jongemannen
tussen 18 en 30. Hiervoor geeft Stent geen verklaring op p. 409.
Dus vullen we dat pijnlijk fenomeen even aan: drugs, fysiek
geweld, roekeloos rijgedrag, weinig aandacht voor veiligheid op
het werk, veel roken, ongezonde voeding, zelfmoord, verkeerde
drank. Wodka is te duur geworden, dus drinkt men slechte,
chemische wijn, zelfgestookte alcohol en zelfs methanol,
waardoor ze soms blind worden of doodvallen. En dan is er de
traditie dat een geopende fles dezelfde avond leeg moet.
De schrijfster stelt zich ook vragen over de opvolging van
Poetin, maar die heeft hij zelf opgelost door de grondwet aan te
passen, waardoor hij eventueel tot 2036 kan aanblijven. Dan zal
hij 84 zijn.
Beoordeling
Stent kent Rusland en de ex-Sovjetrepublieken door en door. Ze
gebruikt in haar studie ook veel Russische bronnen. De inhoud
van het boek is veel ruimer dan de titel: ook een massa landen
buiten de voormalige Sovjet-Unie komen ter sprake. Ze toont
duidelijk aan hoe Poetin zijn land weer op de wereldkaart heeft
gezet. Van de lezer wordt een stevige concentratie verwacht.
De opmerkingen die nu volgen zijn vooral details. De kaarten op
p. 8, 189, 233, 279 zijn goed bedoeld, maar ontoereikend: je
moet zelf een geografische en historische atlas bij de hand
nemen. Soms staan er spel- of drukfouten in: dysfunctioneel (p.
23, 33) i.p.v. disfunctioneel; Willy Brand i.p.v. Brandt (p.
111); mythen ‘is’ i.p.v. zijn (p. 140); Mentsov (p. 180) moet
Nemtsov zijn (p. 180); ‘Rusland bracht een bezoek’ (p. 191) moet
zijn: Poetin bracht een bezoek; 1887 moet 1787 zijn (p. 211);
economisch moet economische zijn (p. 237); ernstiger moet
veranderen in ernstigere (p. 238); Dagelijks dag in Dagelijks
(p. 315); na Brezjnev kwamen er 2 i.p.v. 3 oude leiders:
Andropov en Tjernenko (p. 346). Het aantal moslims in Rusland
bedraagt op p. 305 slechts ‘2 miljoen’ en op p. 409 zijn het er
1/5de van de bevolking, dus 28 miljoen: een groot verschil. Het
FN kreeg een lening van ’10 miljard $’ (p. 80): dat moet 10
miljoen zijn. Stent beweert dat het bondgenootschap tussen
Stalin en Churchill al eindigde tijdens WOII (p. 88): dat
gebeurde pas in 1946 met de Fulton-speech van Churchill. Stent
situeert de NAVO in de ‘groene voorstad Evere’ (p. 135): als ze
daar eens komt, zal ze weinig groen zien. Ze noemt Maria
Zacharova ‘minister van Buitenlandse Zaken’: dat is Sergej
Lavrov, zij is diplomaat en woordvoerder. In Kazachstan is
ondertussen Tokayev in de plaats gekomen van Nazarbajev en
Astana heet nu Nur-Sultan (p. 196). Op p. 233 duikt ineens het
woord HALO op, zonder enige uitleg. Bij de foto’s tussen p. 256
en 257 staan geen verwijzingen naar de tekst en omgekeerd ook
niet. De oorlogen tussen Rusland en het Ottomaanse rijk vonden
niet enkel plaats in de 16de en 17de eeuw, maar ook in de 18de
en 19de. De uitgever heeft dus nog wat werk.
Het boek is voorzien van vele noten, een bibliografie en een
stevig register.
© Jef Abbeel, maart 2020,
www.jefabbeel.be