artikelen over geschiedenis didactiek

Mappa Mundi

Brotton, Jerry. Een geschiedenis van de wereld in twaalf kaarten, Antwerpen, De Bezige Bij, 2013, 575 blz. - als e-book uitsluitend in het Engels. Prijs: € 34,95

3. Geloof. Hereford Mappa Mundi, circa 1300

In de kathedraal van het Engelse Hereford, op de oude grens met Wales, hangt de grootste bewaarde middeleeuwse wereldkaart, 1,59 m hoog en 1,34 m breed, overdekt met figuratieve voorstellingen en niet minder dan 1100 bijschriften. De Duitse Ebstorfkaart was groter, maar werd in 1943 tijdens de Tweede Wereldoorlog in een geallieerd bombardement vernietigd (zie: Mapping the World).

Naar hun vorm noemt men deze kaarten O T-kaarten. Om werkelijk je weg te vinden over onze planeet waren zelfs de grootste en meest gedetailleerde compleet waardeloos. Zij bieden een schematisch uitbeelding van de wereld. In de T-vorm ligt de Middellandse Zee. De kruisvorm van de Middellandse Zee verwijst naar Christus aan het kruis. Sem (in Azië), Iafeth (in Europa) en Cham (in Afrika) zijn de drie zonen van de bijbelse aartsvader Noah, van wie de volkeren in deze continenten heetten af te stammen. Omheen de continenten ligt de grote Oceaanzee (Mare Oceanum).

Middeleeuwse wereldkaarten zijn niet te vergelijken met wat wij nu van een kaart verwachten. Ze zijn een weergave van een religieus wereldbeeld, niet van een geografische realiteit. Zeker vanaf de 11de eeuw wist men dat de aarde niet plat was, maar een bol. Deze wereldkaarten zijn net als de kathedralen georiënteerd, dit wil zeggen dat het oosten, de Oriënt, bovenaan ligt. Daar ligt immers Jeruzalem en daar lag het paradijs, het oord van de Schepping. De drie belangrijkste gebeurtenissen van de christelijke heilsgeschiedenis zijn vrijwel steeds op de kaart aanwezig. Het betreft de schepping, de redding door Christus en het Laatste Oordeel. Vooral na de Eerste Kruistocht (1099) kreeg Jeruzalem een belangrijke plaats op de kaart. Vaak is, zoals bij de Ebstorf-kaart, boven de T, op de plaats van Jeruzalem, het hoofd van Christus aangebracht.

In navolging van schrijvers uit de Oudheid nam men aan dat de aardbol vijf klimaatgordels telde. In het uiterste noorden en zuiden, rondom de polen, was geen menselijk leven mogelijk. Rondom de evenaar zou zich een hete, onbewoonbare gordel bevinden. Tussen de koude en hete zones lagen twee gordels met gematigde temperaturen, die beide door mensen bewoond waren.

Brotton verschaft een uitputtende beschrijving van de Hereford-kaart, met veel meer details dan je op het erg donkere origineel kunt onderscheiden. Wat de kaart zo uitzonderlijk maakt, zijn niet alleen haar afmetingen en de meer dan 1100 bijschriften en citaten, maar vooral dat ze zoveel verschillende tradities in zich verenigt:
- twee die via christelijke tussenpersonen als ondermeer Isidorus van Sevilla (560-636), Beda Venerabilis (672-736) en Rhabanus Maurus (780-856) uit de heidense Oudheid stammen: de ronde vorm die verwijst naar de bolvorm van de wereld en de beschrijving van de ‘monsterwezens’ in de uithoeken der aarde - zie Liber Floridus 1121 dat Brotton blijkbaar niet kent of tenminste niet vernoemt.
Nogmaals even extra vermelden: de monsterwezens, tot voor kort beschouwd als bewijs van de geringe geografische kennis van de Middeleeuwen, in tegenstelling met de veel grotere kennis van de Oudheid en de Renaissance. (Zoals ikzelf decennia foutief heb verteld aan mijn studenten.) Brotton suggereert hetzelfde; hij vernoemt terloops Plinius tussen enkele andere auteurs, zonder hierop in te gaan. Zie hiervoor Bijlage 2: Vézelay en het middeleeuwse wereldbeeld;

- een apocalyptische, boven en buiten het kader geplaatst van de geografische omschrijving, die afgeleid is van de romaanse kathedraalvoorstellingen, net als de oriëntatie (zie Bijlage 2). Nogmaals het bewijs dat er in deze periode geen strenge scheidingsmuren bestaan tussen manuscriptminiaturen, beeldhouwkunst en architectuur;

- een met de pelgrimstochten en bedevaartplaatsen. Bij uitbreiding hiervan: Jeruzalem en het H. Land, ongetwijfeld verbonden met de ervaring van twee eeuwen kruistochten (wat Brotton vreemd genoeg niet vermeldt).

Vanaf de 14de eeuw voldeden de bijbels georiënteerde O T- kaarten niet meer. Ze waren decoratief, maar van weinig nut voor een zeeman, die -laten we zeggen- een lading olijfolie van Napel naar Alexandrië in Egypte moest transporteren; hij wilde de precieze ligging weten van de klippen en zandbanken voor de havens die hij op zijn tocht aanliep (J.M.).