artikelen over geschiedenis didactiek

Gepersonaliseerd leren

Enkele kanttekeningen bij gepersonaliseerd leren.

Kanttekeningen bij gepersonaliseerd leren 


'Veel, zo niet de meeste, burgers moeten ten behoeve van een stabiel bestel een geheel aan gemeenschappelijke ervaringen en gemeenschappelijk kennis hebben', citeert de filosoof Ger Groot,  Willem Otterspeer in een artikel in Trouw met als titel 'Gun mij m'n Bildung'. Als dit niet het geval is, dan is er geen basis voor samenleving en onderling gesprek. Beter kun je het belang van (het vak) geschiedenis, volgens mij, niet weergeven.

 

Leerlingen die zich gezamenlijk een core curriculum eigen maken, menen Zakkaria en Collini in de woorden van Groot, leren niet alleen onderling discussiëren en zich een mening vormen, maar krijgen ook een inhoud mee die ergens over gaat. Deze inhoud is veelal op het verleden gericht, zegt Groot, maar betekent dit dan automatisch dat het het virus van het conservatisme onder de leden heeft?  Zeker, meent Collins, het meeste waarover we nadenken en wat we proberen te begrijpen ligt noodzakelijkerwijs in het verleden. Maar dat betekent, volgens Groot, niet dat dat ook vanzelf zal leiden tot een tevreden acceptatie van dat verleden. Integendeel, zou ik zeggen, juist door je eigen hedendaagse opvattingen te confronteren met opvattingen uit het verleden in vergelijkbare, maar ook heel verschillende contexten, wordt het toekomstgericht denken aangescherpt. 

 

Deze gemeenschappelijk kennis kun je je natuurlijk zelfstandig eigen maken. Op zich heb je daar geen school, klas of medeleerlingen voor nodig en je kunt het ook in je eigen tempo doen. Gemeenschappelijk ervaringen komen echter alleen tot stand door die met elkaar te delen en uit te wisselen, door met elkaar over eigen ervaringen te discussiëren. En dat hoeft zeker niet alleen plaats te vinden met medeleerlingen die dezelfde culturele achtergrond hebben. Juist niet, door ervaringen en kennis uit te wisselen met medeleerlingen met een andere culturele achtergrond en te discussiëren over wat je bindt en scheidt kun je tot een vernieuwde samenleving komen die toekomstgericht is.

 

Onbedoeld noemt Groot nog een andere reden om, zeker bij het vak geschiedenis, terughoudend te zijn met gepersonaliseerd leren. Onbedoeld omdat hij een jeugdherinnering aanhaalt om het actuele belang van het verleden te illustreren.

 

Groot zit in de tweede klas van het gymnasium en moet een passage uit Caesars 'De Bello Gallico' vertalen. De spanning van het boek en de trots waarmee Caesar verslag doet van zijn veroveringsoorlog hebben, zegt Groot, nogal te lijden om zijn grammaticale worstelingen. Een ervaring die ongetwijfeld gedeeld wordt door velen die hun Latijnse vertalingen zijn begonnen met Caesar. Maar de leraar maakt dan het verschil, hij grijpt je, aldus Groot, bij de lurven en  zegt 'Let op wat Caesar hier doet, Obtruncare staat hier; 'doden' zegt het woordenboek. Maar eigenlijk is het 'in mootjes hakken'. Met je zwaard of sabel er net zo lang op in hengsten tot er van de vijand niets meer over is: dat liet Caesar doen met het vijandige leger, en soms zelfs de hele stam. De triomftocht van hem was één lange uitroeiingsoorlog'.   

 

Ik ben zijn les nooit vergeten, gaat Groot verder, noch die van al die andere docenten die waarheid wisten te puren uit 'wat noodzakelijkerwijs in het verleden ligt' maar nooit is opgehouden actuele, politieke, ja zelfs revolutionaire betekenis te hebben. Lees elk perscommuniqué over militair succes altijd met argwaan: dat leerde ik van de Latijnse les.

 

Deze les had hij nooit geleerd zonder de prominente aanwezigheid van zijn leraar. Niet als 'guide on the side', niet als begeleider, maar als spin het web van het onderwijskundig proces, als de 'sage on the stage'.  Daar houdt de betekenis van de docent echter niet op. Op andere momenten zal hij wel optreden als guide, die de individuele leerling voorziet van de zo belangrijke feedback op zijn leeractiviteiten. De ideale docent is de 'meddler in the middle', zoals Erica McWilliam hem noemt, de bemoeial in het midden van het leerproces van de leerlingen.

 

Referenties

 

Groot, G. (2015). Gun mij m'n Bildung. Trouw, 24 oktober 2015.

Otterspeer, W. (2015). Weg met de wetenschap. De Bezige bij.

Collini, S. (2015). Waar is de universiteit voor nodig? Amsterdam University Press.

Zakara, F. (2015). In defence of a liberal education. Ww Norton & Co.

t