Gijs van der Ham
De geschiedenis van Nederland in 100 voorwerpen, Amsterdam, Rijksmuseum/De bezige Bij, 2013, 512 blz. - nu als e-boek.

Waardering: *****/5
Hoort thuis in elke schoolbibliotheek in gedrukte of/en digitale vorm.



Digitale geschiedenis in het Rijksmuseum

Op 13 april 2013 heropende koningin Beatrix het wereldberoemde Rijksmuseum in Amsterdam, na jarenlange sluiting wegens ingrijpende restauratie. Voor de koningin was het tevens een van haar laatste grote openbare activiteiten voor haar troonsafstand en het aantreden van haar zoon Willem-Alexander als haar opvolger op 30 april. Dit boek is in feite een gevolg van de heropening. In de eerste versie was het een groot, duur en prestigieus uitgegeven werk in hardcover, zoals de inhoud verdient. De hier voorgestelde editie is de digitale ‘tweede druk’ als e-boek. (Wat de prijs drukt van 49 naar 14,99 euro.)

De geschiedenis van Nederland in 100 voorwerpen

Het boek van conservator Gijs van der Ham is geïnspireerd door een gelijksoortig werk van Neil MacGregor, A History of the World in 100 Objects (2010) (1).
Uit de gigantische collectie van het Rijksmuseum heeft van der Ham honderd opmerkelijke voorwerpen gekozen om het grote verhaal van Nederland te vertellen: bekende schilderijen en beelden, bijzondere sieraden, foto’s, penningen en wapentuig, zelfs een paar kapotte schoenen en een beulszwaard. Aan de hand van deze voorwerpen neemt hij de lezer mee op een verrassende, avontuurlijke reis door het verleden van Nederland.

Hij laat in honderd verhalen zien welke rol deze voorwerpen door de tijd heen speelden, hoe ze werden gebruikt, wat ze zeggen over onze voorouders en hun doen en laten. Elk verhaal over elk object belicht een belangrijk aspect van de geschiedenis. Zo geven ze samen een heel gevarieerd beeld van het vaak rijke, maar soms ook verwarrende of pijnlijke verleden.
Ze vormen als het ware een soort alternatieve canon van de geschiedenis.

Samen beslaan deze honderd voorwerpen negenhonderd jaar. Na een proloog, getiteld Nederland Waterland, waarvoor twee luiken met de voorstelling van de St.Elisabethsvloed uit 1421 gekozen zijn om de situatie van onze Lage Landen bij de zee te illustreren, volgen veertien hoofdstukken. Ze zijn chronologisch ingedeeld, maar steeds gerangschikt rond een thema, zoals Hervorming en Opstand (1520-1600) en de Republiek (1588-1700). Bij Nederland als internationale macht (1650-1700) zijn het doodsportret van Michiel de Ruyter voor zijn grafmonument en de afbeelding van de lijken van Johan en Cornelis de Witt (1672) enkele van de vele relevante objecten.

Natuurlijk, zegt de auteur, kan elk voorwerp het meest direct worden ervaren tijdens een bezoek aan het museum zelf. Maar met dit e-book kunt u als lezer eveneens op een bijzondere manier doordringen tot die voorwerpen en niet alleen door de tekst, maar in dit geval vooral door de directe, digitale bereikbaarheid van alle afbeeldingen.

Je kunt, al dan niet na het bezoek, elk voorwerp dat je kiest in detail bekijken in hoge resolutie door direct te klikken naar het voorwerp in het virtuele Rijksmuseum (vaak beter dan in de werkelijkheid, waar je nogal eens overdonderd wordt door de hoeveelheid voorwerpen in de vele vitrines en de noodzakelijke vluchtigheid van de kennismaking), je kunt een eigen selectie samenstellen, die voor je eigen geschiedenis belangrijk of interessant is. (Hoewel, met de digitale inhoudsopgave ben je meteen waar je zijn wil, dus aardig gadget voor de liefhebbers)

Uiteraard zijn de teksten voor een groot publiek geschreven, duidelijk, niet te lang, maar belichten ze voldoende de periode van het voorwerp. Bezorgt je gegarandeerd weken lees-, kijk- en surfgenot.

Ook voor Belgen

Gezien onze langdurige gemeenschappelijke geschiedenis, zijn heel wat voorwerpen in het boek ook voor Belgen belangrijk - iets wat zelfs historici in beide landen maar al te vaak plegen te vergeten! Ik beperk me tot vijf voorbeelden.

17. Ontwerp voor het grafmonument van Willem van Oranje

In 1613 boetseerde Hendrick de Keyser de in 1584 vermoorde Willem van Oranje als een eenvoudig man in een model op schaal voor zijn in Delft te bouwen grafmonument.

Iedereen die tegenwoordig in Delft de Nieuwe Kerk binnenloopt, ziet helemaal achteraan een imposant grafmonument in witte marmer.
Dit terracotta model is geplaatst als centrale deel in een veel pompeuzer praalgraf omringd door allerlei allegorische figuren.

Vergeet niet, huidige Nederlanders en Vlamingen: Willem (1533-1584), was bij leven zowel markgraaf van Antwerpen als heer van Diest enz. enz. Koningin Beatrix was Vrouwe van Turnhout (en de titel zal normalerwijze in mannelijke vorm zijn doorgegeven aan de nieuwe koning Willem-Alexander). In 1984 volgden wij met collega’s uit de twee landen zowat alle activiteiten rond de herdenking van de moord op de ‘Vader des Vaderlands’, wat resulteerde in een uitvoerig artikel dat je geactualiseerd terugvindt op deze site (2).

9. Beeldje van een Hollandse graaf

 


Een in brons door Reinier van Thienen en Jan Borman in 1476 gegoten grafbeeldje, afkomstig van het praalgraf van Isabella van Bourbon in de O.-L.-Vrouwekathedraal te Antwerpen.
Het praalgraf werd voor haar opgericht door haar dochter Maria van Bourgondië (1457-1482), zelf enkele jaren later overleden op 25-jarige leeftijd in 1482, na een ongeval tijdens de valkenjacht (3). Dezelfde twee kunstenaars zouden ook haar schitterende praalgraf ontwerpen in de O.-L.-Vrouwekerk in Brugge. Jan Bor(re)man de Oude, (actief in Brussel 1479-1520) werd door zijn tijdgenoten beschouwd als de “beste beeldsnyder”van de stad. Zijn werken vonden niet enkel aftrek in de Nederlanden maar via de handelswegen van die tijd ook tot in het noorden van het Heilige Roomse Rijk en de Scandinavische landen.
Het ronduit prachtige, niet-gepolychromeerde eiken Sint-Jorisretabel geldt als Bormans voornaamste werk en wordt tegenwoordig beoordeeld als het artistieke hoogtepunt van zijn tijd, dat met kop en schouders uittorent boven de massaproductie van de meeste ateliers (J.M.).


Terug naar het beeldje van het e-boek. Isabella was de tweede echtgenote van de Bourgondische hertog Karel de Stoute (1433 – 1477). Zij stierf in Antwerpen aan longtering (tuberculose) in 1465, 29 jaar oud, tijdens een reis van Gorinchem naar Gent.

Sinds de geniale Claus Sluter (ca. 1400) rondom de graftombe van Filips de Stoute in Champmol (Bij Dijon) 40 rouwende monniken plaatste werden deze zogenaamde pleurants (treurenden) zowat het handelsmerk van de Bourgondische vorsten en hun hoge adel. Maria vulde dit idee op heel eigen wijze in bij het praalgraf van haar moeder. Ze plaatste omheen de tombe, met de rug tegen de zijkanten, 24 elegante beeldjes in brons, 55 cm hoog. Zij stelden voorouders voor, met de bedoeling de glorie van de dynastie te benadrukken. Bij haar eigen tombe in Brugge zou eenzelfde opvatting later uitgewerkt worden door het aanbrengen van de wapenschilden van de gewesten die deel uitmaakten van het Bourgondische landenconglomeraat (J.M.)



Heden zijn nog tien pleurants over. Omstreeks 1570 werden ze alle weggehaald van hun oorspronkelijke plaats.

Door wie? Waarom? Waarheen? Vermeldt de auteur niet. Verdere opzoekingen brachten geen verdere informatie. Was het een gevolg van de Beeldenstorm van 1566, die in onze landen meer schade heeft toegebracht aan het kunstpatrimonium dan de Taliban in Afghanistan? In ieder geval verdwijnen de beeldjes voor eeuwen. In de 19de eeuw duiken ze terug op en belanden in het Rijksmuseum.
Het hier besproken beeldje stelt Albrecht van Beieren voor, Isabella’s overgrootvader. Albrecht (1336 - 1404) was graaf van Holland, Henegouwen en
Zeeland, een positie die later de hertogen van Bourgondië zouden bekleden.

48. Pronkmodel William Rex

Dit scheepsmodel benadrukte op een bijzondere manier de maritieme traditie van Zeeland en de band tussen dit gewest en prins Willem III van Oranje.
Het is gebouwd in 1698 en de omvang is opmerkelijk: de lengte van boegspriet tot spiegel is 5,10 m en het is 4,65 hoog tot aan de top van de grote mast. Het werd geplaatst in de vergaderzaal van de Zeeuwse Admiraliteit, die was ondergebracht in de abdij van Middelburg, al tijdenlang het bestuurlijke centrum van Zeeland. In Middelburg zelf is tegenwoordig ter vervanging een prachtig groot model te bewonderen van een V.O.C.-schip.

Het model komt tot in vrijwel alle details overeen met de schepen die toen werkelijk ten oorlog zeilden, al stelt het geen daadwerkelijk bestaand schip voor. Nederland was toen misschien wel de meest toonaangevende scheepsbouwnatie van de wereld. Vergeet niet dat de jonge tsaar Peter de Grote hier de stiel kwam leren. En zo verantwoordelijk is voor de vele Nederlandse scheepstermen in het Russisch (4).

 



 

Hoog achter de rug van de bezoeker met audiogids merk je de pronkspiegel van de Royal Charles, het vlaggenschip van de Engelsen, dat Michiel De Ruyter buitmaakte in een ongelooflijke raid. (zie hieronder nr. 44)

 

44. Spiegelversiering van de Royal Charles

Omstreeks 1650 waren de Nederlanders de vrachtvoerders van de wereldzeeën. In 1651 vaardigde Oliver Cromwell, de Protector (na de executie van koning Karel I in 1649) de Akte van Navigatie uit. Deze wet verbood niet-Engelse schepen om goederen naar Engeland te transporteren. Ze was expliciet gericht tegen de hegemonie van de Verenigde Provinciën.
Het gevolg daarvan: vier Engels-Hollandse zeeoorlogen waarin nu eens de ene partij, dan weer de andere de overhand haalde, zoals het volgende voorwerp, nr. 43 bewijst.
Na Cromwells dood werd de monarchie in 1660 hersteld en Karel II op de troon gebracht vanuit zijn ballingschap in Nederland. De nieuwe koning zette echter de politiek van zijn voorganger verder, met hernieuwde oorlog en nieuwe zeeslagen.

Op 22 juni 1667 zeilde de Nederlandse vloot de rivier de Medway op met het vermetele plan de Engelse in haar thuisbasis Chatham te vernietigen. De Nederlanders wisten de zware ketting die de rivier afsloot te doorbreken, terwijl hun zeesoldaten, de mariniers, de verdedigingsforten uitschakelden. Dit was de eerste actie waaraan het kort tevoren (als eerste ter wereld!) opgerichte Korps Mariniers deelnam.


Het verbranden van de Engelse vloot voor Chatham. (Peter van de Velde)

Tal van schepen werden in brand gestoken, het Engelse vlaggenschip, de Royal Charles veroverd en een dag later in triomf weggesleept. De Royal Charles was met zijn 96 kanonnen op drie dekken boven elkaar groter en zwaarder dan elk Nederlands oorlogsschip.

Om minder aanstoot te geven aan de vernederde Engelsen besloten de Nederlandse autoriteiten het koninklijk wapen van de achterspiegel af te halen, zoals meer gebeurde bij buitgemaakte vijandelijke schepen.


Spiegelversiering van de Royal Charles.

Begin 1672 was de triomfantelijke stemming in de Republiek volledig verdwenen.
Er werd besloten het schip te slopen om Engeland niet verder uit te dagen. (Zou dat de ware reden geweest zijn?) Tevergeefs. In het voorjaar van 1672 brak voor de derde keer de oorlog uit tussen Engeland en de Verenigde Provinciën. Hier gaat van der Ham jammer genoeg niet verder op in. Meer informatie hebben we dus elders gezocht (5). Reeds in 1670 sloot Karel II een geheim verdrag met het Frankrijk van Lodewijk XIV om de Republiek eens en voor altijd te breken. Dat kwam de machtsdronken Zonnekoning bijzonder goed uit: hij wilde hetzelfde als Karel, om wraak te nemen op de ‘ondankbare’ Republiek, die hem in de pas voorbije Devolutieoorlog belet had de Spaanse Nederlanden in te lijven om zo de ‘natuurlijke grenzen’ te bereiken waarop Frankrijk volgens hem recht had. 1672 blijft in de Nederlandse geschiedenis bekend staan als het ‘Rampjaar’ waarin de Republiek ternauwernood aan de totale ondergang ontsnapte doordat de Nederlanders de dijken doorstaken en het land onderwater zetten. In de hoge nood werd Willem van Oranje, pas 21 jaar, aangesteld als stadhouder.

Engeland viel aan ter zee terwijl Lodewijk vanuit het zuiden binnenviel met een immens leger van 120.000 man. Zijn bondgenoten, de prins-bisschoppen van Münster en Keulen, deden hetzelfde vanuit het noorden. Aanvankelijk behaalden de superieure Franse legers grote successen. Zo werd in 1673 onder meer het onneembaar geachte Maastricht belegerd en ingenomen. Gelukkig voor de Nederlanders sloten Spanje en ook Engeland enkele jaren later met hen een Tripple Alliantie, omdat ze de machtswellust van Lodewijk als een grotere bedreiging beschouwden. Wat in 1678 leidde tot het einde van de vijandelijkheden bij de Vrede van Nijmegen. Voor de Spaanse Nederlanden, het latere België, betekende de afloop een ware ramp. Een aantal steden in het zuiden werden voorgoed bij Frankrijk ingelijfd, een aantal andere kregen een Franse bezetting.

In 1885 droeg de marine de spiegelversiering over aan het toen nieuwe Rijksmuseum, waar ze nog steeds berust als een relikwie van vergane glorie, herinnering aan de tijd dat Nederland de wereldzeeën had beheerst. 


43. Slag bij Ter Heyde.

Penschildering door Willem van de Velde de Oude (1611 - 1693). Datum: 1657. Afmetingen: hoogte 170 cm × breedte 289 cm.

De Nederlandse schilders van zeeslagen, de van de Veldes, hebben me blijvend gefascineerd sinds ik in ditzelfde Rijksmuseum decennia geleden lange tijd gekluisterd heb gestaan voor hun grote quasi zwart-wit schilderijen. Iets dergelijks had ik nog nooit gezien. Samen met Rembrandts Nachtwacht heb ik ze steevast bezocht en bewonderd bij elk bezoek (net als Van Eycks Huwelijk van Arnolfini in de National Gallery, Londen). Die schilderijen zonder kleur, inkt op doek zijn hun specialiteit. En niemand heeft hen ooit overtroffen als ‘oorlogscorrespondenten’ van de Nederlands-Engelse oorlogen (5).

De penschildering geeft een episode uit de Eerste Engelse Zeeoorlog (1652-54) weer: de Slag bij Terheide, 10 augustus 1653, een grootschalige botsing tussen Nederlandse en Engelse oorlogsschepen. Afgebeeld zijn (onder andere) de schepen Hollandia, Vrede, Resolution, Zeelandia en Brederode.

Reeds bij het begin van het treffen sneuvelde de Nederlandse aanvoerder, luitenant-admiraal Maarten Harpertszoon Tromp (1598 – 1653). Tromp genoot niet alleen faam als zeeheld maar was tevens erg geliefd. Zijn mannen gaven hem de koosnaam Bestevaêr. In de Oude Kerk in Delft bevindt zich zijn grafmonument -een wit marmeren, 700 kilo wegende sculptuur.

Dat de zoon van de gesneuvelde admiraal de opdracht voor de penschildering aan Willem van de Velde gaf, was geen toeval. Niet alleen stond hij bekend als de beste schilder van zeeslagen, maar daarbij was hij persoonlijk aanwezig op die gedenkwaardige tiende augustus. Als een verslaggever had hij massa’s schetsen gemaakt vanuit een bootje dat tussen de oorlogsschepen en het moordende geschutsvuur doorvoer.

Gebedsnoot

In het hele interessante overzicht mis ik een van mijn persoonlijke lievelingen. Niet zo verwonderlijk natuurlijk, als je beperkt bent tot slechts honderd voorwerpen. Het is niet de gigantische Nachtwacht (ook een favoriet, natuurlijk), maar een gebedsnoot, een kleine holle bol uit palmhout, binnenin twee minuscule miniatuurretabeltjes, met een diameter van minder dan 5 cm, gedateerd ca. 1515. Ik voerde ze ten tonele op deze website, achteraan in het artikel over de Brabantse retabels (6). Erger, als je op de link klikt kom je nu op een andere, gesloten noot terecht. Het niet meer kloppen van hyperlinks, zelfs bij prestigieuze instellingen, is een voort-durende ergernis voor een schrijver van internetartikelen. Had ik dan de hele tekst uit voorzorg moeten kopiëren en toevoegen aan het artikel?

De auteur

Gijs van der Ham (1955) is historicus en senior conservator bij de afdeling Geschiedenis van het Rijksmuseum. Hij promoveerde in 1990 op ‘Zeeland 1940-1945’ en schreef 200 jaar Rijksmuseum (2000). In 2007 maakte hij in De Nieuwe Kerk Amsterdam de tentoonstelling ‘Held’, over heldenverering in Nederland. Hij was eerder stafmedewerker van het Prins Bernhard Cultuurfonds

Didactische tips

Mogelijkheden zijn legio. Kan zeker gebruikt worden voor leerlingenscripties. In Nederland kun je de uitleg bij de voorwerpen laten verbinden met onderdelen van de canon. Zeker als je kunt samenwerken met Nederlands of eventueel godsdienst, muziek, kunstgeschiedenis (of noem maar op: ik ken de concrete mogelijkheden in de Nederlandse situatie niet zo goed). Veel van de commentaar in het e-boek nodigt trouwens uit tot nader onderzoek. Als je leerlingen elk jaar een onderwerp moeten uitwerken in een persoonlijke scriptie, kun je vrijwilligers laten kiezen. Voor elk van de aangehaalde voorwerpen heb ik trouwens zelf aanvullende gegevens opgezocht via Wikipedia of artikelen waarnaar verwezen wordt in de noten hieronder. Leerlingen kunnen dat even goed. Onderschat nooit het intellectuele plezier dat ook leerlingen kunnen ervaren bij dit soort werk. En de trots als hun groepje een verzorgde presentatie kan brengen voor de hele klas, waarvoor ze goede cijfers verwerven.

Noten

1. Neil MacGregor, A History of the World in 100 Objects, London, The British Museum/Penguin, 2010. Was merkwaardig genoeg oorspronkelijk gebaseerd op een reeks radio-uitzendingen.

2. Straffe van verwarringe. Een geïntegreerde multimediale leereenheid rond eenheid en scheiding in de Nederlanden (1555-1585).

3. Op de plattegrond van de kathedraal is het praalgraf niet aangeduid, wel de schilderijen van Rubens enz.
Je vindt het in: Smekens, F., Onbekend(e) Meester(s) - Isabella van Bourbon, in: Openbaar Kunstbezit Vlaanderen 1969. ‘In de halfduistere kooromgang van de O.-L.-V.-kathedraal, achter het hoogaltaar, ligt - eenzaam en droomschoon - een vrouwelijke gestalte met gevouwen handen : het beeld van Isabella van Bourbon.’
In dit artikel is vermeld dat Isabella leed aan besmettelijke tuberculose.
Opgelet! De link die op de titel van Smekens stond leidt voorlopig (mei 2018) naar een site met phishinggevaar!

Over de graftombe van Maria van Bourgondië, zie op deze site Karel de Stoute herleeft in Brugge, vooral het laatste onderdeel, Moordende tombes.

Over Jan Borman, op deze site: Retabels: de hemel op aarde. Meer gegevens over het Sint-Jorisretabel, met schitterende foto’s: Huysmans, A. (redactie), Beeldhouwkunst van de Zuidelijke Nederlanden en het Prinsbisdom Luik, 15de & 16de eeuw, Brussel, Koninkl. Musea voor Kunst en Geschiedenis, 2000, p. 47-48 en 51. Het retabel bevindt zich thans in dit museum.

4. Bijl, A. (redactie), Peter de Grote. Een bevlogen tsaar. Tentoonstellingspublicatie, Amsterdam, Hermitage, 2013.

5. Giltaij, J. & Kelch, J. (red.), Lof der zeevaart. De Hollandse zeeschilders van de 17de eeuw, tentoonstellingscatalogus, Rotterdam, Museum Boijmans Van Beuningen, 1996.

Deel 6 van de reeks Oorlog in woord & beeld door de eeuwen heen (telkens rijk geïllustreerd boekje & dvd - hier 2 delen van elk 45 minuten) is gewijd aan de Engelse oorlogen (1652-1574), met veel schilderijen uit o.m. het Rijksmuseum, waaronder een aantal marines van vader en zoon van de Velde.

 

Panhuysen, L., Oranje tegen de Zonnekoning. De strijd van Wilem III en Lodewijk XIV om Europa, Amsterdam-Antwerpen, Atlas Contact, 2016.

Idem, Rampjaar 1672. Hoe de Republiek aan de ondergang ontsnapte, Atlas Contact, 2016, 434 blz.

Op de Beeck, J., De Zonnekoning. Glorie & schaduw van Lodewijk XIV, Horizon, 2018, 616 blz.

Burke, P., Het beeld van een koning. De propaganda van Lodewijk XIV, Amsterdam, Agon, 1991, 229 blz.

Speelfilm: Michiel De Ruyter (Admiral) – Nederland, 2015. Zie daar zeker de hyperlinks.

6. Retabels: de hemel op aarde; Daarin als laatste onderdeel: Gebedsnoten. in de coulissen van de kunstgeschiedenis.
Het oorspronkelijk fragment luidde:
‘In het Nederlandse Rijksmuseum is een ander schitterend exemplaar bewaard, dat je op internet tot in detail kunt exploreren. Het zou in Mechelen vervaardigd zijn door Adam Dirksz. (ca. 1515) uit palmhout, een harde en fijne houtsoort. Twee scènes uit het lijden van Christus zijn ongelooflijk gedetailleerd afgebeeld in dit kleine houtsnijwerkje. Het heeft de vorm van een flinke walnoot, en is niet veel groter: slechts 4,6 cm in doorsnee (vandaar natuurlijk de naam). In deze kleine ruimte heeft de kunstenaar kans gezien om de kruisiging (boven) en de kruisdraging (onder) weer te geven.’

Uiteindelijk heb ik ze via Google dan toch weergevonden op de site van het Rijksmuseum.

Jos Martens, 6 januari 2014-maart 2019