Speelkwartier

Speelkwartier

Speelkwartier is een onderdeel van Histoforum waarin op ongeregelde momenten bijdragen verschijnen die ontleend zijn aan of inspelen op berichten in de actualiteit.

Copernicus

In 1543 wordt het baanbrekende werk van Copernicus gepubliceerd De revolutionibus orbium coelestium (Over de omwentelingen van de hemellichamen) – toevallig hetzelfde jaar waarin De humani corporis fabrica (Over de bouw van het menselijk lichaam) van Andreas Vesalius het licht zag.

We hebben altijd geleerd dat Copernicus’ heliocentrisme geen ingang vond door het conservatisme van collega’s astronomen en vooral van de katholieke kerk.


Dat klopt niet helemaal. De geniale Leuvense hoogleraar Gemma Frisius (1508-1555), leermeester van o.m. Mercator, Dodoens e.a.) volgde het werk van Copernicus al jaren voor de publicatie van De revolutionibus. Hij was een der allereerste aanhangers van de Poolse geleerde in de Nederlanden en kende diens werk grondig. Dat bewijzen de talrijke eigenhandige Latijnse glossen (aantekeningen) in zijn persoonlijk exemplaar van de eerste druk, bewaard in Leeuwarden en in 2008 te bewonderen op de tentoonstelling gewijd aan Frisius in de Leuvense universiteitsbibliotheek -en herhaaldelijk op deze site, o.m. in Eeuwen op zoek naar de tijd (2018)
Ook Mercator bezat een exemplaar van het boek (thans in de Glasgow University Library), even druk van glossen voorzien.

Het klopt absoluut niet dat De Revolutionibus nauwelijks door iemand gelezen werd, zoals vaak is beweerd. De Amerikaanse onderzoeker prof. Owen Gingerich spoorde in een zoektocht van dertig jaar alle nog bestaande exemplaren op van de eerste en tweede druk (1566). Hij kwam uit bij ongeveer 600 stuks, de meeste zeer uitvoerig geannoteerd door de bezitters. Waarschijnlijk behoorde Frisius tot de talrijke vooraanstaande astronomen, die zonder moeite het heliocentrisme van de Pool aanvaardden, maar problemen hadden met een aantal tekortkomingen ervan (speciaal wat de cirkelvormige bewegingen van de planeten betreft) – wat blijkt uit de overgrote meerderheid van de aantekeningen. Dit laatste wordt in het onderwijs meestal niet vermeld, wat een vervalst beeld oplevert over de impact van Copernicus’ theorie.


Het zou duren tot Kepler en zijn ellipsvormige banen van de planeten voor dit probleem kon opgelost worden.

Bron: Owen Gingerich, Het boek dat niemand las. In de voetsporen van Nicolaus Copernicus, Amsterdam, Ambo/Anthos Uitg., 2004, 310 blz.