artikelen over geschiedenis didactiek

Een spervuur van publicaties. 1914-2014

In 2014 herdenken wij het begin van de Eerste Wereldoorlog, de Groote Oorlog. En dat zullen we geweten hebben. Daarom deze beknopte intro, die nu en in de loop van de volgende jaren op deze site beslist nog vaker aanvullingen zal kennen. Beschouw dit als een eerste oriëntatie, beperkt tot non-fiction.

Openingssalvo in non-fiction

“De lampen gaan uit in heel Europa; wij zullen ze tijdens ons leven niet meer zien aangaan.”
(Sir Edward Grey, Brits minister van Buitenlandse Zaken, 4 augustus 1914 - Geciteerd in John Terraine, Het machtige werelddeel. De geschiedenis van Europa in de 20ste eeuw, 1975, p. 115)

Een student tegen Henry Wilson, commandant stafschool Britste leger (1910): “Een algehele vuurstorm kan alleen door ‘onvoorstelbare stupiditeit van staatslieden aangestoken worden.”
Wilson: “Ha! Ha! Ha! Onvoorstelbare stupiditeit, dat is precies wat u voor uw kiezen zult krijgen!”
(Max Hastings, 1914. Het trauma van Europa (2014), openingscitaat.)

'Om in dit boek als dwaasheid te kunnen worden bestempeld dient de gevoerde politiek aan drie criteria te voldoen: zij moet destijds al als averechts zijn onderkend en niet hoofdzakelijk achteraf. Dit is van belang omdat elke politiek door de zeden van haar eigen tijd wordt bepaald... Ten tweede dient er een geschikte alternatieve gedragslijn voorhanden te zijn geweest'. Als derde criterium neemt ze 'dat de politiek in kwestie die van een groep moet zijn geweest en niet die van een individuele heerser en dat zij bovendien langer dan een politieke levensduur moet hebben voortgeduurd. Wanbestuur door een enkele soeverein of tiran komt te vaak voor en is te persoonlijk om een algemeen onderzoek te rechtvaardigen'

Als motto voor het hele werk kan de uitspraak gelden van John Adams, tweede president van de V.S.: ‘Terwijl alle andere wetenschappen zijn vooruitgegaan, is het regeren stil blijven staan; het wordt nu nauwelijks beter bedreven dan drie- of vierduizend jaar geleden’ (p. 13).
(Barbara Tuchman, De mars der dwaasheid. Bestuurlijk onvermogen van Troje tot Vietnam, Amsterdam -Brussel, Elsevier, 1985, tweede druk, p. 13)

“Dit was geen nutteloze oorlog.” Sophie de Schaepdrijver in interview, 2014.

Zoals de ervaring ons leert: herdenkingsjaren brengen doorgaans een stroom standaardwerken, tentoonstellingcatalogi, romans, documentaires en speelfilms of televisiereeksen voort, waarna die stroom voor jaren opdroogt. Eén voorbeeld: het Willem van Oranje-jaar 1984 resulteerde in een aantal publicaties die nog steeds gebruikt worden in scholen, terwijl daaraan nadien weinig nieuws aan toe is gevoegd (1).

Voor dit jaar (en de volgende?) kun je daaraan nog re-enactments, rondleidingen over de slagvelden, wekelijks herdrukte oorlogskranten, het dagelijkse oorlogsnieuws uit 1914 op de radio en heruitgave van oudere belangrijke werken toevoegen. Dit alles hopelijk met doorstroming tot in het onderwijs. Want zelden is het belang van ‘herdenkingsgeschiedenis’ zo sterk beklemtoond als net hier.

Voor generaties lezers van diverse pluimage was De kanonnen van augustus van Barbara Tuchman (1912-1989) sinds zijn verschijnen in 1962 de ultieme kennismaking met die zonnige en bloedige eerste oorlogsmaand in 1914. Het is trouwens samen met De trotse toren. Een portret van de wereld in de jaren 1890-1914 (1966) een van haar beste boeken, torenhoog uitstekend boven het merendeel van haar andere werken. (Uitzondering gemaakt voor haar meesterproef De waanzinnige veertiende eeuw en delen van haar Mars der dwaasheid – dit laatste verplicht leesvoer voor politieke leiders en historici).  Bijna alle soortgelijke boeken over de Eerste Wereldoorlog zijn in mindere of meerdere mate aan haar schatplichtig.

Je hebt in de eerste plaats de reeks omvangrijke volumes van Lyn Macdonald, ‘de beste Engelse kroniekschrijfster van de oorlog’, die begint met 1914. Dagen van hoop.

Bij de recente werken over dezelfde maand is vooral Slaapwandelaars van Christopher Clark  torenhoog de hemel in geprezen. Andere voortreffelijke werken zijn daardoor wat ten onrechte in de schaduw beland, bijvoorbeeld Max Hastings, 1914. Het trauma van Europa (2014). Beter dan Lyn Macdonald, die vooral vanuit het Engelse standpunt schrijft, belicht hij heel behoorlijk de verschillende partijen. Hij is ongenadig scherp voor de bevelhebbers als de Fransman Joffre en vooral de Engelse generaal John French. De tragedie van Leuven behandelt hij erg kort. Te kort naar ons gevoel, vooral door de invloed die de verwoesting van de bibliotheek maakte op de hele wereldopinie. Positief is dan weer de aandacht voor het oosten, vooral voor Servië, in de meeste andere werken sterk onderbelicht (met uitzondering van Koen Koch, Een kleine geschiedenis…). Een zelfde gunstige evaluatie geldt voor de talrijke en goede kaarten (2).

Voor wie minder tijd wil inzetten levert dit laatste boek een geschikte kennismaking: Koen Koch, Een kleine geschiedenis van de Grote Oorlog 1914-1918. Koen Koch (1945-2012, bijzonder hoogleraar internationale betrekkingen) was een van Nederlands bekendste experts van de Eerste Wereldoorlog. Onder andere publiceerde hij over de slag aan de Somme 1916 en de Derde Slag bij Ieper 1917 (3). Dit nieuwste boek is een soort synthese van eerdere publicaties. In chronologische volgorde bespreekt hij de grote veldslagen zoals bij de Marne, Tannenberg, Verdun, de Somme en Ieper. Veel aspecten krijgen aandacht, zoals de schuldvraag, de moeizame relatie tussen generaals en politici, de verouderde gevechtstactieken, de groeiende betekenis van de artillerie, de inschakeling van chemische wetenschap, en de 'totale oorlog'. Alleen de Europese fronten worden besproken, niet die buiten Europa (zoals in het Midden-Oosten en Afrika); ook niet de zeeslagen en de rol van de luchtmacht. Medische zorg, propaganda en thuisfrontsituaties vallen eveneens buiten het bestek. De vredesregeling van 1919 ontbreekt. Kochs relaas - met ooggetuigenverslagen - steunt sterk op boeken van Britse militaire experts. Hij imponeert door kennis van getallen en situaties, maar ook door compassie met gewone soldaten. Met literatuuropgave, register en een katern zwart-witfoto's. (Dr. J.L.G. v. Oudheusden)

 

Sterk aanbevolen blijft natuurlijk Sophie de Schaepdrijver, De Groote Oorlog. Het koninkrijk België tijdens de Eerste Wereldoorlog (1997), dat gelukkig een aangevulde herdruk kreeg eind 2013 en zelfs gratis verspreid werd als ‘toemaatje’ bij de krant De Standaard. (Mijn eigen exemplaar hiervan heb ik geschonken aan een student geschiedenis, samen met enkele andere boeken over W.O. I.)
Haar werk lokte ongewoon veel controverse uit bij het verschijnen. De Schaepdrijver heeft veel gemeen met Tuchman. Qua compositie, taal en stijl, acht ik haar zelfs hoger. Het boek leverde inspiratie voor de tiendelige (fictie)televisiereeks In Vlaamse Velden, januari 2014, en natuurlijk voor de door haar gepresenteerde televisiedocumentaires Brave Little Belgium, gebaseerd op haar eigen boek en het gelijknamige door Mark De Geest (4).
Samen met andere leden van de redactie ben ik een fan van de auteur, wegens haar herhaalde aanvallen op de ivoren-toren-mentaliteit, het vakjesdenken, de schrale taal, het hermetische jargon en de minachting voor popularisering van veel academische historici in Vlaanderen.


Een buitenbeentje in deze lijst is August Thiry & Dirk Van Cleemput, Reizigers door de Grote Oorlog. De odyssee van een Belgisch pantserkorps 1915-1918 ( 2008), 324 blz.. Weinig mensen weten dat België een der allereerste afdelingen pantserauto’s bezat. In 1915 wordt in Parijs een Belgische gevechtseenheid gevormd, die opereert met gepantserde auto’s. Doordat het westelijk front al spoedig stagneert in een loopgravenoorlog, is er voor het korps geen emplooi meer. Koning Albert I schenkt dit elitekorps aan de Russische tsaar samen met vierhonderd Belgische oorlogsvrijwilligers om het te bemannen.

Om bij de Belgische situatie te blijven: ooggetuigenverslagen waren er al eerder. Nu is er een bijzonder interessante bundeling door Pieter Serrien, Oorlogsdagen. Overleven in bezet Vlaanderen tijdens de Eerste Wereldoorlog (2013), waarin hij telkens chronologisch uittreksels van 32 geografisch verspreide oorlogsdagboeken samenbrengt, aangevuld met een uitvoerige reeks kaarten annex foto’s, om elke getuige te lokaliseren. Net zoals bij de heruitgegeven oorlogskranten treft hier de chaos in het land, de onbetrouwbare geruchtenmolen gecombineerd met vaak zeer pijnlijke persoonlijke ervaringen.
Zoals bij haar vorige boeken gaat Diane de Keyzer nu in op de voedselsituatie: Nieuwe meesters, magere tijden. Eten en drinken tijdens de Eerste Wereldoorlog wat ook al regelmatig aan bod kwam bij Serrien (5).

Dan is er natuurlijk een hele reeks werken die de hele Wereldoorlog beschrijven. Hier ook weer wat ik persoonlijk ken. Om te beginnen Hew Strachan, De Eerste Wereldoorlog. Een geïllustreerde geschiedenis (2003). Dit is het begeleidingsboek bij een BBC-reeks. De illustraties vallen wat tegen qua kwaliteit: te klein, soms onscherp. Maar de auteur heeft voornamelijk minder bekende foto’s over zeer gevarieerde onderwerpen gekozen. En dan is er een onverwachte ontdekking die alleen al de aankoop rechtvaardigt: een hele katern kleurenfoto’s. Kleurenfoto’s uit de Eerste wereldoorlog? Blijkt dat de gebroeders Lumière (die van de eerste speelfilms) reeds in 1903 een methode ontwikkelden om kleuren af te drukken: de autochrome, waarvan het geheime procedé is verloren gegaan. Hierbij was een belichtingstijd vereist van minimum 10 seconden, wat dus uiteraard statische beelden opleverde. Nooit geweten! Het resultaat lijkt erg op de chromo’s die je vroeger bij chocolade kreeg en dan moest inkleven in een album.

John Keegan, professor moderne geschiedenis te Cambridge tenslotte behandelde in De Eerste Wereldoorlog 1914-1918 (1998) heel gedegen en gedetailleerd het hele verloop tot en met de laatste dagen (6). In zijn inleiding noemt hij de hele strijd een’ onnodig en tragisch conflict’. Iets waarmee Sophie de Schaepdrijver het helemaal niet eens is: “De Eerste Wereldoorlog was geen overbodig of dwaas conflict!” Hun uitgangspunt is natuurlijk verschillend: de Schaepdrijver heeft het vooral over (onder meer) de ethische dimensie, nadat de gewaarborgde neutraliteit van België was beschouwd als ‘een vodje papier’; Keegan over het feit dat men in de vijf crisisweken die voorafgingen aan het eerste wapengekletter op elk ogenblik ‘met wat tact en goede wil had kunnen ingrijpen in de loop der gebeurtenissen die tot het uitbreken van de oorlog leidden’.

Opvallend is dat deze en veel van de andere auteurs van kindsbeen af gefascineerd waren door de Wereldoorlog, door verhalen of ervaringen en documenten uit hun eigen familiegeschiedenis.
Emily Mayhew, Gewond. Van het slagveld naar het militair hospitaal (7), voornamelijk gebaseerd op getuigenissen van brancardiers, verpleegsters enz., zit wat in het vaarwater van Lyn Macdonalds Rozen van het niemandsland.


Stefan Brijs (auteur van Post voor mevrouw Bromley) noemt Dat hebben we gehad van Robert Graves, een van de absolute hoogtepunten uit de literatuur over de Eerste Wereldoorlog. Tot onze verbazing werd het in de bibliotheek geclassificeerd bij fictie. Natuurlijk, de stijl is sterk literair. Niet verwonderlijk, want Graves is met Siegfried Sassoon en anderen een van de belangrijke Britse War Poets, de Oorlogsdichters

Geert Buelens, Europa Europa! Over dichters van de Grote Oorlog, Ambo/manteau, Amsterdam-Antwerpen, 2008, 375 blz.- e-boek, 2010.

Vreemd toch hoe de Eerste Wereldoorlog veel meer algemeen gezongen liederen en poëzie heeft voortgebracht dan W.O. II. Voor proza – romans of non-fictie- gaat dat misschien niet op. Zowel Engelsen als Fransen en Duitsers hebben meesterwerken geschreven, sinds lang ingebed in het collectieve geheugen, gebouwd op hun oorlogservaringen in de loopgraven. Om slechts enkelen te noemen: aan Duitse zijde Erich Maria Remarque (1898-1970) met zijn later door de nazi’s openbaar verbrande Im Westen nichts Neues uit 1929 (Van het westelijk front geen nieuws) met twee beroemde verfilmingen in 1930 en 1979 (als All Quiet on the Western Front); aan Franse zijde Louis Barthas (1879-1952) en Les carnets de guerre. En je hebt de Engelse War Poets met nogmaals Graves, Sassoon, Owen…

Geert Buelens plaatst de oorlogsdichters in de volledige Europese historische context. Niet zo verwonderlijk benadert hij zijn onderwerp vanuit de culturele invalshoek. Hij start bijvoorbeeld met de ‘Triomf-Ode’ uit 1914 van een Britse ingenieur met zijn uitvoerig lofdicht op het moderne leven en de recente wonderen van de technologie.
Zijn Europa Europa! is ondertussen in verscheidene talen vertaald en telkens met veel lof ontvangen.

Didactische tips

Het onderwerp loont zich uitstekend tot multimediale en vakoverschrijdende leereenheden, over verschillende jaargangen gespreid en vervolgd. Deze rubriek zal in de loop van de herdenkingen aangevuld worden. Nu toch al het volgende overzicht:

Een lessenreeks over de Eerste Wereldoorlog

Dossier Eerste Wereldoorlog op geschiedenis.nl.

Histoforum Didactiek, (2009) Het historisch belang van W.O. I en het begeleidend artikel: Historisch belang als historische vaardigheid.

Een selectie goede historische films op Histoforum

Lesidee Eerste Wereldoorlog


Jos Martens, augustus 2014


Noten

1. Zie: Straffe van verwarringe Een geïntegreerde multimediale leereenheid rond eenheid en scheiding in de Nederlanden (1555-1585).

2. Christopher Clark, Slaapwandelaars. Hoe Europa in 1914 ten oorlog trok (The Sleepwalkers), Antwerpen, De Bezige Bij, 2013, 796 blz. – ook als e-boek. Bespreking 1, bespreking 2, bespreking 3


Max Hastings, 1914. Het trauma van Europa, Antwerpen, De Bezige Bij, 2014, 780 blz. - vertaling van Catastrophe. Europe Goes to War (2013).  Bespreking

3. Koen Koch, Een kleine geschiedenis van de Grote Oorlog 1914-1918, Amsterdam, Ambo - Antwerpen, Veen Bosch & Keuning, (2009), 2013 6de druk, 320 blz. - ook als e-boek.
Idem, De slag van de Somme 1916, Ambo, 2006, 215 blz – ook als e-boek.
Idem, De derde slag van Ieper 1917, 283 blz - als e-boek Ambo, 2009.

4. Sophie de Schaepdrijver, De Groote Oorlog. Het koninkrijk België tijdens de Eerste Wereldoorlog (1997), Antwerpen, Houtekiet - Amsterdam, Atlas Contact, 2013, 382 blz. – ook als e-boek. Bespreking

Mark De Geest, Brave Little Belgium. 13 verhalen over België in de Eerste Wereldoorlog, Antwerpen, Manteau, 2014, 294 blz. – ook als e-boek.

5. Pieter Serrien, Oorlogsdagen. Overleven in bezet Vlaanderen tijdens de Eerste Wereldoorlog, Antwerpen, Manteau, 2013, 495 blz. . – ook als e-boek.

Diane de Keyzer, Nieuwe meesters, magere tijden. Eten en drinken tijdens de Eerste Wereldoorlog, Leuven, Van Halewyck, 2013, 307 blz. – ook als e-boek.

6. Hew Strachan, De Eerste Wereldoorlog. Een geïllustreerde geschiedenis, Amsterdam, Ambo – Antwerpen, Standaard Uitg., 2003, 544 blz. – ook als e-boek. Bespreking.

John Keegan, De Eerste Wereldoorlog 1914-1918, Amsterdam, Uitg. Balans, (1998) 2013, 9de druk, 492 blz. - Vertaling van The First World War door Bab Westerveld - ook als e-boek.

7. Emily Mayhew, Gewond. Van het slagveld naar het militair hospitaal, Amsterdam, De Bezige Bij, 2014, 404 blz. - ook als e-boek.