|
Inleiding Na de Romeinse tijd was de
handel in Noord-West Europa bijna helemaal verdwenen. Er waren
maar weinig grote steden; de mensen woonden in kleine dorpen en
hadden haast geen contact met inwoners van andere dorpjes.
Maar vanaf het jaar 1000 ongeveer werd de handel weer steeds
belangrijker. De bestaande breidden zich uit en er ontstonden
veel nieuwe steden.
 Een van die steden was Brugge. Een, voor die tijd, grote
stad, want het had maar liefst 35.000 inwoners. Een belangrijke
stad ook. Rond 1300 was het de grootste handelsstad van
Noord-West-Europa.
Je maakt in deze lessen kennis met de Engels wolhandelaar
John Smith en je leert het een en ander over de wolhandel en de
wolbewerking. We volgen John tijdens zijn werk en ontmoeten zijn
collega's, onder wie de Hollandse vleeshandelaar Jantje van
Noordwijk en de Franse wijnhandelaar François Millet.
Rijke kooplieden allemaal, maar er woonden natuurlijk ook
arme mensen in Brugge: de spinners, de wevers, de ververs, de
havenarbeiders, om nog maar te zwijgen over de mensen die geen
werk hadden en de vele bedelaars!
We vergezellen John en François op hun wandeling door
Brugge en zien zo heel veel van die prachtige stad. Trouwens,
bijna alle genoemde gebouwen en straten kun je met je eigen ogen
gaan zien, want in geen stad zo dichtbij huis zijn zoveel
gebouwen uit de Middeleeuwen bewaard gebleven als in deze stad
in Vlaanderen.
De Zwarte Dood, het leven van vrouwen in de Middeleeuwen en
de bouw van kerken zijn andere onderwerpen die aan de orde komen
in:
Brugge in de
Middeleeuwen
Ga naar
de opdracht |
