Opdracht 1

John Smith, de wolhandelaar uit het verhaal, heeft niet echt bestaan. Maar er woonden en werkten veel handelaren, zoals Smith, in Brugge. Zij kwamen uit alle windstreken. Een koopman die wel echt geleefd heeft is Anselmus Adornes. Over hem gaan de volgende opdrachten. Een belangrijk deel van deze opdrachten is gemaakt door Steven Debaere en zijn medewerkers uit Brugge.

Maak een wordbestand en kopieer de afbeeldingen naar het word-bestand.

Het antwoord op de vragen kun je vinden de pagina over John Smith, maar vooral op deze site over Brugge. Klik op 'Zijn leven' en op 'Start: zijn leven'.

Bekijk voor je de site bekijkt eerst de vragen!

1. Geef met een blauwe stift op onderstaande kaart de weg aan die een schip volgde dat Brugge binnenkwam via het Zwin. Alle natiehuizen liggen tussen de Dampoort en de Markt.

2. 'De zeven wonderen van Brugge' (ca. 1550-1560) is een schilderij van Pieter Claeissens. Op het schilderij staan zeven belangrijke gebouwen.
Benoem de vijf aangeduide gebouwen. Kies uit:

Poortersloge (1)
Belfort en Halle (2)
Oosterlingenhuis (3)
Onze Lieve Vrouwekerk (4)
het huis de Zeven Torens (5)
het Waterhuis (6)
de Waterhalle (7)

Plaats het nummer bij de overeenstemmende pijl!

3. Welke goederen werden ingevoerd in Brugge vanuit Engeland, Schotland, Spanje, Italië, de Duitse Hanze en Frankrijk?
Plaats de volgende goederen in de juiste kolom: amber, wol, Rijnwijn, Franse wijn, graan, huiden, pels, hout, ivoor, hout, ijzerwaren, specerijen, diamanten, kleurstoffen, zijde, exotische vruchten, rietsuiker, aluin.

Engeland Spanje Italië Duitse Hanze Frankrijk

4. Welke producten werden door de Bruggelingen uitgevoerd?
Schrap wat niet past.
laken - bier - bewerkt leder - boeken - schoenen - tapijten - graan - schilderijen - koperen grafplaten – amber - juwelen - kousen

5. Waarvoor werden aluin en meekrap gebruikt?

6. Handelaren moesten in het Tolhuis voor de invoer van hun producten tol (belasting) betalen? Hoe werd de tol voor de invoer van wijn berekend?

7. Welk beroep oefenden de volgende mensen uit?
a. pijnders:
b. kraankinderen:
c. Geef aan waar deze beroepen op onderstaande afbeelding worden uitgeoefend?

8. a. Waar komt de uitdrukking 'met klinkende munt betalen' vandaan?

b. Wat zijn wissels?

c. Welke steden hadden een loge in Brugge?

9. a. Wat zijn poorters?

b. Wat is het doel van het steekspel?

10. a. Anselmus Afornes maakte een reis naar het heilige land. Welke plaats was het einddoel van zijn reis?

b. Welke plaatsen deed hij op de heenreis aan?

Maak nu opdracht 2