Lesmateriaal

Brugge in de middeleeuwen

Brugge in de middeleeuwen is een lessenserie over leven en werken in Brugge in de periode 1300-1500.

Romaans en gotisch

 

Romaanse kerken

Zoveel kerken werden er vanaf de elfde eeuw gebouwd dat Raoul Glaber, een monnik die in de elfde eeuw leefde, uit riep: De wereld kleedt zich in een 'witte mantel van kerken'. Romaanse kerken, zo noemen we de kerken die in de elfde eeuw en een groot deel van de twaalfde eeuw werden gebouwd. Romaans, omdat we allerlei elementen van de bouwkunst van de Romeinen kunnen herkennen.


De kerk van Maria Laach, eind 11e eeuw

Zo'n Romaanse kerk bouwde men in de vorm van een kruis. Op het hart van dat kruis, de viering, kwam een piramidevormige toren en links en rechts van de voorgevel bouwde men vaak ook nog een klokkentoren.

Tot die tijd hadden de kerken een houten overkapping, maar daarin kwam nu verandering. Niet alleen omdat zo'n houten dak erg brandgevaarlijk was, maar ook omdat men de kerken grootser en indrukwekkender wilde maken. De overkapping van het schip, de hoofdruimte van de kerk, bestond nu uit een tongewelf of uit koepelvormige kruisgewelven.



                                    tongewelf                                                                         kruisgewelf

Al zitten er maar kleine vensters in de muren van Romaanse kerken toch lijken die muren lang niet zo massief en zwaar als die van de in vroeger tijden gebouwde kerken. Dat komt doordat er in de zijmuren een soort pijlers zijn aangebracht, die door halfronde bogen met elkaar verbonden zijn. Bovendien bevindt zich soms in het bovenste gedeelte van de muur een galerij met pijlers en rondbogen, waardoor de kerk nog minder zwaar lijkt.

De grote wandvlakken werden vaak beschilderd. Die wandschilderingen, van waterverf op een natte klaklaag, noemt men fresco's. Ook beheerste men in die periode al heel goed de kunst van het bronsgieten, wat bij veel kerken nog te zien is aan de prachtige deuren, doopvonten, kandelaars en andere kunstvoorwerpen. In de kerk is onder de vele beelden er altijd een van Maria met het Christuskind op schoot en van de gekruisigde Christus die de dood overwonnen heeft.

Gotische kerken

De Gotische kerken, die men vanaf het midden van de twaalfde eeuw bouwde, vormen het hoogtepunt in de geschiedenis van de kerkbouw. Ze waren nog sierlijker, lichter en ruimer dan de Romaanse kerken.

In de Gotische kerken gebruikte men voor ramen, gewelven en portalen de spitsboog. Die was veel sierlijker, maar vooral ook veel sterker dan de Romaanse rondboog, zodat er veel minder zijdelingse druk op de muren kwam te staan.

De grote pijlers in de kerken konden bijna de hele last van de gewelven dragen. Daarom kon men in de muren, die nu veel minder te dragen hadden, grotere ramen maken. Die ramen werden, naarmate de glasschilderkunst zich ontwikkelde, gebrandschilderd met allerlei veelkleurige taferelen uit de bijbel.


Anoniem, Aanbidding der Koningen, 1537, gebrandschilderd glas

Weliswaar konden de pijlers het gewicht van het dak dragen, maar men moest wel voorkomen dat de zeer hoge muren naar buiten gedrukt zouden worden. Daarom werd de kerk toch aan de buitenkant gestut. Als een kerk maar één schip had, waren zware pijlers, de zogenaamde steunberen, voldoende. Maar meestal had ene kerk drie of zelfs vijf schepen en dan waren die steunberen alleen niet voldoende. Om ook het bovenste gedeelte goed te kunnen steunen werden op de steunberen luchtbogen gebouwd, soms zelfs meer boven elkaar. En al die steunberen en luchtbogen werden, net als de torenspits, rijkelijk versierd.



Achterzijde van de Notre Dame in Parijs

In de kerkportalen, de altaren en de kooromgangen werden prachtige gebeeldhouwde bijbels voorstellingen aangebracht. Die dienden niet alleen als versiering, maar ook om de mensen, die immers niet zelf de bijbel konden lezen, toch met de bijbel en met de leer van de kerk vertrouwd te maken.

De beelden dicht bij de begane grond werden precies volgens de regels van de kerk gemaakt. Maar bij veel kathedralen zie je, als je omhoog kijkt, allerlei monsterachtige wezentjes. Net of de beeldhouwers daar in de hoogte, waar er niet zo goed op hun werk gelet kon worden, maar een beetje hun eigen fantasie uitgeleefd hebben. Misschien maakten de middeleeuwse beeldhouwers al die griezels wel om zo met al hun angsten af te rekenen.


 

  •  

    u