Hight, J. Heilige Oorlog (Boek 3 van de Saladintrilogie). Uithoorn, Karakter Uitg., 2014, 349 blz. - Vertaling: Frank van der Knoop

Heilige Oorlog

Plaats en tijd: de Levant (Egypte, Heilig Land, Syrië), Sicilië en Engeland, 1181 - 1192

 


Heilige Oorlog


Inhoud

Deel 1. Jeruzalem

Na zijn bittere nederlaag tegen de melaatse koning Boudewijn heeft Saladin in enkele jaren tijd een ongekend groot leger opgebouwd. Maar voor hij de Franken kan aanpakken, moet hij eerst orde op zaken stellen om zich in de rug te beschermen tegen zijn vijanden in wat nu Syrië en Irak heet. Dat kost hem nog verscheidene jaren extra. Daarom sluit hij een verdrag met de christenen. Natuurlijk is het Reinoud de Châtillon, nog steeds de berekenende, wrede, eerloze rotzak zonder geweten, die het verdrag schendt. Twee keer zelfs. Hij overvalt en plundert karavanen met bedevaarders naar Mekka en bedreigt zelfs de heilige plaatsen van de islam met een vlootexpeditie. Een van die overvallen op een karavaan zal de val van Jeruzalem veroorzaken. Hij verkracht en doodt de zus van Saladin (lang geleden de geliefde van John van Tatewic). In de roman ontsnapt Saladin zelf ternauwernood, omdat hij een deel van de hadj naar Mekka wilde afleggen per schip.

Nu is de maat vol.
In juni 1187 marcheert Saladin aan het hoofd van een vierentwintigduizendkoppig leger richting het Koninkrijk. Hij heeft gezworen Jeruzalem te veroveren. Door de tactische stommiteiten van de nieuwe koning Guy de Lusignan, opgestookt door Reinoud en Gerard van Ridefort, de (Vlaamse) grootmeester van de Tempeliers, lijden de Franken een verpletterende nederlaag bij de Hoorns van Hattin (juli 1187). John van Tatewic slaagt erin Reinoud het vluchten te beletten. Hij wordt echter gevangengenomen, maar zijn jeugdvriend Saladin laat hem vrij. Hij trekt naar Jeruzalem, waar hij net op tijd arriveert om de belegering door Saladin mee te maken. Samen met Balian van Ibelin onderhandelt hij met Saladin. Die belooft de inwoners van Jeruzalem te sparen. Bij de uittocht toont Heraclius zich weer eens van zijn slechtste kant (en niet voor de laatste keer in het boek): als enige ontkomt hij met een kar vol kostbaarheden, die hij door mannen laat trekken, om zo de bevelen van Saladin te omzeilen.

Saladins levensdoel is bereikt: Jeruzalem weer in handen van de islam! In snel tempo vallen haast alle versterkingen van de Franken, op de havenvesting Tyrus na. John verlaat het Heilig Land en trekt naar Engeland.

En dan, totaal onverwacht, neemt het wispelturige Rad van Fortuna een keer. Tyrus is bezet door de Italiaanse edelman Koenraad van Montferrat, op het nippertje ontkomen uit Akko.
Akko zelf is in handen van de moslims, maar belegerd door ... Guy de Lusignan en Gerard van Ridefort, de twee hoofdschuldigen voor de ramp bij de Hoorns van Hattin.
Hoe was dat mogelijk?
In mei 1188 liet Saladin Guy de Lusignan vrij, onder voorwaarde dat hij zwoer te vertrekken over zee. Die voer een stukje de golven op en verklaarde dat hij zo zijn eed was nagekomen! Hij wachtte zijn koningin Sibylla op en zeilde naar Tyrus. Maar Koenraad van Montferrat weigerde hem de toegang. Daarop verzamelde de Lusignan zijn aanhangers in Tripoli, trok zuidwaarts naar Akko en belegerde de stad. Het was een waanzinnige onderneming, maar wel één die het verloop van de kruisvaardersgeschiedenis grondig zou wijzigen.
Zijn hele strijdmacht telde slechts 9000 man, waaronder amper 700 ridders. De moslims in de stad begrepen niet waar de christenen de euvele moed haalden. Weer kwam het toeval hen ter hulp. Een vloot uit Pisa arriveerde en blokkeerde de stad snel vanaf de zee. Saladins reactie was even bliksemsnel. Binnen drie dagen legde zijn leger reeds aan landzijde een ijzeren ring rond de belegeraars, die nu zelf belegerd werden. Zo begon het verschrikkelijke beleg van Akko, dat twee jaar zou duren, aan beide kanten de krachten zou slopen en vele duizenden mensenlevens zou eisen.

Deel 2. Leeuwenhart

Ondertussen rees er ver weg, aan de andere kant van de zee, een nieuwe dreiging. In Engeland heeft de toekomstige koning Richard het kruis aangenomen. Hij is de grootste krijger van zijn generatie, een vijand zoals Saladin nog nooit tegenover zich heeft gehad. En Leeuwenhart komt eraan…

De expeditie wordt geleid door de Duitse keizer Frederik Barbarossa, koning Filips van Frankrijk en Richard. Barbarossa trekt over land naar Constantinopel aan het hoofd van een gigantisch ridderleger.

Andermaal is John meegesleept in de stroom der gebeurtenissen. Hij kan niet aarden in het vochtige en koude vaderland. Hij wil terug naar Palestina. De kruistocht biedt hem de gelegenheid. De onberekenbare Richard Leeuwenhart vat sympathie voor hem op en wil hem, gezien zijn ervaring, in zijn nabijheid houden als raadgever.


Een man met kwaliteiten. En met duidelijke gebreken. Richard Leeuwenhart als onbesuisde rauwdouw in de speelfilm Robin Hood (2010), zoals hij ook beschreven is in Heilige Oorlog.

 


… en als de nobele kruisridder op zijn standbeeld voor de Houses of Parliament in Londen


En toen liet Fortuna haar wiel andermaal een halve slag wentelen, ditmaal in het voordeel van Saladin.


Op 10 juni 1190 verdronk Frederik in de rivier de Selef in nooit volledig opgehelderde omstandigheden. Waarschijnlijk kreeg hij in het ijskoude water een hartaanval. Hoe dan ook, zijn dood betekende een zware slag voor het kruisvaardersleger en werd door Saladin met grote vreugde begroet. In tegenstelling tot de versie in de roman vernam hij naar verluidt het nieuws eerder dan de Franken bij Akko, via een brief van een Armeense bisschop. (J.M.)

Filips en Richard reizen over zee. Ze ontmoeten elkaar in september 1190 in Messina, op Sicilië. Hier overwinteren ze.

Koning Filips van Frankrijk verliet als eerste Messina. Hij arriveerde in Akko op 20 april 1191. Op zaterdag 8 juni 1191 bereikte Richard I op zijn beurt de kust bij Akko. Hij werd uitzinnig ontvangen door de tienduizenden belegeraars. Zijn aankomst bleef uiteraard ook voor Saladin niet onopgemerkt. Baha ad-Din, een van Saladins raadgevers schreef: “De vervloekte koning van Engeland arriveerde met veel vertoon van pracht… Hij was wijs en ervaren en zijn komst vervulde de moslims met vrees.” (J.M.)

Nog tijdens diezelfde maand juni vielen de beide koningen ten prooi aan een levensbedreigende ziekte, die men toen arnaldia noemde. Richard moest het bed houden, zijn tanden en vingernagels vielen uit en hij verloor zijn haar met hele plukken: duidelijke symptomen van scheurbuik.
Saladin zond hem zijn eigen lijfarts. Zijn dienaren brachten de zieke koning vers fruit en groenten,waarop Richards gezondheid snel en spectaculair verbeterde.
Dit is een van de vele verhalen die de ronde begonnen doen over Saladin en Richard. Sommige behoren tot het rijk der legenden; andere, hoe ongelooflijk ook, worden bevestigd door betrouwbare bronnen uit beide kampen. Merkwaardig genoeg vermeldt de auteur dit en latere voorbeelden van Saladins hoffelijke gedrag niet. (J.M.)
Saladin zelf krijgt naarmate de tijd vordert steeds meer last van de maagkwaal die hem al jaren kwelt en hem uiteindelijk fataal zal worden.


De ijzeren ring rond Akko dwingt het garnizoen zich over te geven aan de kruisridders, spijts Saladins verwoede pogingen om de stad te ontzetten. Richard belooft de moslims vrij te laten, tegen betaling van een groot losgeld en de teruggave van het bij Hattin veroverde Ware Kruis. En nu laadt de Engelse koning de grootste smet op zijn blazoen: als Saladin het losgeld niet snel genoeg voldoet, laat hij 3000 weerloze moslims onthoofden!

Vanuit Akko trekt Richard vervolgens zuidwaarts, naar Jaffa, onderweg voortdurend bestookt door Saladins troepen, die uit wraak voor het bloedbad elke christen ombrengen die ze in handen krijgen, wat Hight niet vermeldt.

Door de barre weersomstandigheden, het vertrek van de Franse koning en massale desertie uit zijn leger, slaagt Richard er niet in Jeruzalem te veroveren. Noodgedwongen sluiten de beide partijen uitgeput in september 1192 voor drie jaar een verdrag, dat Jeruzalem openstelt voor pelgrims. Alvorens naar huis af te reizen, bezoeken de kruisvaarders in dichte drommen de heilige plaatsen. Richard volgt hen niet naar Jeruzalem, omdat hij faalde in zijn ultieme opzet. Hij vertrekt echter wel naar Engeland … dat hij voorlopig niet zal bereiken. In vermomming op weg door Oostenrijk, wordt hij herkend en gevangengenomen door zijn vijand hertog Leopold, die hij bij Akko dodelijk had beledigd. Maar dat is stof voor een ander verhaal.

Nauwelijks een jaar later overlijdt ook Saladin, betreurd door de hele moslimwereld.

Bespreking - historische betrouwbaarheid

Ik heb het boek gelezen in digitale uitgave. Vandaar dat in deze recensie geen pagina’s zijn aangegeven: het aantal verschuift naargelang de ingestelde lettergrootte. Zo telde mijn versie bijvoorbeeld 1136 blz. wegens een groter lettertype
Bij Karakter Uitgeverij zijn de e-boeken substantieel goedkoper dan de (reeds voordelige) gedrukte uitgaven.

De auteur heeft zijn huiswerk andermaal heel behoorlijk gemaakt: het plaatje klopt voor alle hoofdpersonen, wat chronologie en feiten betreft. Dat is op zichzelf reeds een heel waardevol element van het boek: zowat alle mensen die een rol hebben gespeeld in deze cruciale periode van de strijd om het Heilig Land zijn op een normaal-functionele wijze samengebracht binnen het kader van de roman, zoals dat in werkelijkheid misschien nooit gebeurd is, maar wel mogelijk zou geweest zijn. Het geeft zijn boek de allures van een geschiedenisverhaal in de mantel van een spannende avonturenroman.

Kort na de start van het verhaal herhaalt Hight zijn uitschuiver uit het vorige deel: de kuisheidsgordel van prinses Sybilla. Hier struikelt hij over de waarschijnlijk meest hardnekkige mythe van de kruistochtgeschiedenis: de kuisheidsgordel. Maar een mythe is het en fictie!! Zie de bijlage Kuisheidsgordels en hangsloten.

Andere aspecten zijn dan weer zeer goed aangebracht, bijvoorbeeld (onder veel meer) de wapenrustingen van de beide partijen en de belegeringswerktuigen. Een aantal keren krijg je een gedetailleerde beschrijving van Saladin, John of Richard die hun volledige uitrusting aantrekken. Het onwaarschijnlijke beeld van de oprukkende ridders, die vol Saraceense pijlen steken als stekelvarkens, zonder daar blijkbaar hinder van te ondervinden, komt uit de pen van een Arabische ooggetuige. Hoe de slingerblijden werken is eveneens duidelijk uiteengezet. Helaas ontbreken illustraties. Om je een visueel beeld te vormen, verwijzen we naar de bijlage Belegeringswerktuigen


Soms overtreft de werkelijkheid de romanfictie. Eén voorbeeld. In juli 1192 vertrekt Richard uit Jaffa naar het noordelijker gelegen Akko. Saladin reageert snel en neemt de stad in, op de citadel na waar een klein Frans garnizoen nog stand hield, in de roman onder bevel van John van Tatewic. Die stuurt een ijlbode naar Akko,vooraleer Saladin de stad bereikte. John geeft de citadel over, maar bedingt een uitstel van vijf dagen, waarin de mamelukken van Saladin de stad kunnen plunderen. Wat daarna volgt lijkt aan de verbeelding van de romanschrijver ontsproten. Richard riposteert bliksemsnel. Hij vaart met zijn galeien de haven binnen, springt in het water zonder zich de tijd te gunnen zijn volledige wapenrusting aan te trekken en brengt zijn mannen aan land. In een woeste stormloop voert de koning zijn ridders aan, vurend met zijn kruisboog en zijn zwaard hanterend als een razende Roeland. En hij herovert de stad. Ditmaal geen fantastische verzonnen fabels. Kroniekschrijvers uit beide kampen vertellen hetzelfde verhaal. Baha ad-Din, Saladins raadgever, beschrijft het uiterlijk van Leeuwenhart tijdens het gevecht gedetailleerd en verzekert: “Dit gebeurde allemaal voor mijn ogen.”
In de roman voeren de twee legers een verwoede strijd in de branding voor Jaffa. Saladin poogt Richard te bereiken om hem te doden, wat hem door John wordt belet. In werkelijkheid hebben Saladin en Richard elkaar nooit persoonlijk ontmoet, laat staan een tweegevecht gehouden, zoals sommige middeleeuwse handschriftminiaturen weergeven. Dit was dan weer ‘de vrijheid van de romanschrijver’ in actie.

In zijn Historische verantwoording, als epiloog van de trilogie, gaat de auteur in op de problemen van de documentatie. ‘Het schrijven van Arend, het eerste boek van de Saladin-trilogie, was een enorme uitdaging, omdat er bitter weinig over Saladins jeugd bekend is. Bij het schrijven van Heilige Oorlog was de problematiek precies tegenovergesteld. De Slag bij Hattin, de belegering van Jeruzalem en de Derde Kruistocht waren stuk voor stuk belangrijke historische gebeurtenissen die elk op zich genoeg materiaal boden om een heel boek te vullen. Bij dit boek lag de vraag dus wat ik moest weglaten, en sommige van die keuzes gingen mij erg aan het hart.’

Hij wilde zijn verhaal concentreren naar de spectaculaire gebeurtenissen bij Hattin toe.

NOTA. Het is tijdens deze Derde Kruistocht dat de gewapende pelgrims voor het eerst crucesignatus worden genoemd, ‘met het kruis getekend’, waarvan kruisvaarder en kruistocht zijn afgeleid.

Het is de eerste expeditie die moderne historici kunnen onderzoeken aan de hand van ooggetuigenverslagen van zowel christenen als moslims. Ooggetuigen, die bovendien een aantal gebeurtenissen bijwoonden vanop de eerste rang. Ambroise, een Normandische geestelijke, vergezelde Richard Leeuwenhart en schreef vlak na de feiten een episch gedicht van meer dan 12.000 regels over de kruistocht, niet in het gebruikelijke Latijn doch in het Oudfrans.
Aan islamitische kant zijn er onder meer Imad ad-Din, de secretaris van Saladin (die ook in dit derde boek regelmatig op de voorgrond treedt) en Baha ad-Din Ibn Saddad (1145-1234), raadgever en later biograaf van Saladin. Voeg daarbij de Iraakse historicus Ibn al-Athir, die vaak zeer kritisch is voor Saladin, voornamelijk vanuit religieuze invalshoek. Baha ad-Din is vooral belangrijk omdat hij in zijn biografie ook gesprekken met de sultan weergeeft, die hem regelmatig deelachtig maakte van zijn mening en twijfel aan de plannen van Richard Leeuwenhart.

Terwijl verslagen van de kruistochten vaak een demoniserende karikatuur maakten van de moslims, is het beeld van Saladin meestal omgekeerd. Dat is een erfenis van zijn edelmoedig gedrag na de verovering van Jeruzalem en tijdens de Derde Kruistocht. Hiermee won hij zelfs de bewondering van zijn vijanden, de Franken.
Veel westerse verslagen schilderen hem af als rechtvaardiger en achtenswaardiger dan de christelijke vorsten. In zijn meesterwerk de Divina Commedia plaatste de beroemde Italiaanse dichter Dante Alighieri (1265 –1321) de ridderlijke Saladin in de eerste kring van de hel, een plaats die gereserveerd is voor goede mensen die het ongeluk hadden te leven vooraleer Christus geboren was.

Abd al-latif, die Saladin kort voor zijn dood bezocht, schreef: “Toen hij stierf, treurden de mensen om hem zoals ze rouwen om profeten. Ik heb geen andere heerser gekend bij wiens overlijden de mensen dat deden, want hij was geliefd onder moslims en onder de ongelovigen.”
Laat dit een gepast grafschrift zijn voor Salah ad-Din, ‘de Zegevierende Heerser’.

In het boek legt de auteur deze woorden haast letterlijk in de mond van de oude John van Tatewic, die hiermee in Damascus zijn kroniek afsluit (onder de naam Yahya al-Dimashqi)

Heraclius is, net als in de vorige delen, zeer negatief getekend. Dat is overduidelijk geïnspireerd op de kronieken van Willem van Tyrus, wiens concurrent hij was om patriarch van Jeruzalem te worden. En eerder nog is zijn portret gemodelleerd op de film Kingdom of Heaven (2005) . Hetzelfde geldt vermoedelijk voor Hights beschrijving van het Ware Kruis, dat door Guy de Lusignan meegevoerd wordt op de catastrofale veldtocht bij de Hoorns van Hattin.

De karaktertekening blijft echter een zwak punt. Alleen Saladin en John zijn ‘round characters’, uitgediepte karakters.
Daarbij hanteert Hight een personale vertelsituatie: afwisselend vanuit het standpunt van John en dat van Saladin. Wij vernemen dus wat de personages weten en niet meer. Wat zich buiten hun blikveld afspeelt verhalen zij als onzekerheden. Zo is het te verklaren dat het plots verdwijnen van Willem van Tyrus, Johns vriend en belangrijke figuur in de vorige delen, niet uitvoerig aan bod komt. Willem viel na de dood van de melaatse Boudewijn in ongenade, net als John, en stierf in 1185, dus voor de inname van Jeruzalem door Saladin. (Niet vermeld in het boek.)

Als een middeleeuwse kroniekschrijver, geeft de auteur ook hier bij elk hoofdstuk telkens jaar, datum en plaats. Dat is bijzonder nuttig, zeker omdat er vaak gebeurtenissen beschreven zijn, gezien en beleefd door de verschillende hoofdpersonen, op dezelfde datum maar op verschillende ver uit elkaar liggende locaties.

Eén voorbeeld van het gebrek aan psychologische uitdieping: vooral Johan gaat in zijn reacties verrekt licht over de moorden heen.
In sept 1192 sluiten Saladin en Richard Leeuwenhart in Ramallah eindelijk een verdrag. In de roman is het onze oude bekende Imad ad-Din die het vastlegt als secretaris van Saladin. De zieke sultan laat zijn jeugdvriend John bij zich roepen in zijn paviljoen. Hij overschouwt zijn leven. Zijn toenemende maagziekte wijt hij aan zijn daden.

Saladin: “Het is Allah die mij,straft voor de misdaden die ik heb gepleegd. Ik heb verschrikkelijke dingen gedaan.”
John: “Je bent koning. Je kon niet anders.”

Relevante bijlagen op een rijtje

* Kuisheidsgordels en hangsloten.
* Belegeringswerktuigen
* Uitvoerige voorpublicatie: Fragmenten uit Jos Martens, De Kruistochten. Eeuwen Jihad om het Heilig Land, met o.m. Tweede en Derde Kruistocht, opkomst van Saladin…
* Leeuwenhart, Robin Hood en de Engelse langboog
* Valkerij

Didactische tips

 

Sinds 2015 staat op Histoforum Magazine een schat aan materiaal over de kruistochten: een zeer uitgebreide (aanpasbare) PowerPoint Presentatie, de uitgebreide syllabus van een nascholing en drie bijlagen in pdf. 

Net als de vorige delen leent dit derde deel zich uitstekend tot multimediaal en vakoverschrijdend werken Nederlands - geschiedenis - godsdienst/niet confessionele zedenleer, al dan niet in complementaire werkgroepen of met meerdere romans/strips rond deze periode.

Meer tips: bij de bespreking van het eerste boek Arend
Zie ook de hyperlinks aldaar en in de bespreking van de documentaire The Crusades

Jos Martens, juli 2014

* Beschrijving van deel 1 Arend

* Beschrijving van deel 2 Koninkrijk


 

.