artikelen over geschiedenis didactiek
Een reis door tijd en ruimte in 100 voorwerpen (deel 2)
Neil MacGregor, A History of the World in 100
Objects, London, The British Museum/Penguin, 2010,
685 blz. - e-boekversie.
Een geschiedenis van de wereld in 100 voorwerpen,
Houten-Antwerpen, Spectrum, 2011, 792 blz. – vertaling:
Conny & Jacinthe Sykora.
Waardering: Engelse digitale versie & Nederlandse
gedrukte versie: * * * * */5
Nederlandse digitale versie: **/5 wegens ontoereikende
kwaliteit van meer dan de helft van de illustraties!
Inhoud
Een reis door tijd en ruimte in 100 voorwerpen (deel 2)
In
een eerste aflevering stelden we het British Museum
voor en twee van de voorwerpen uit het boek van Neil
MacGregor. In dit tweede deel gaan we op dezelfde wijze
verder.
61. De Schaakstukken
van Lewis 1150 – 1200 (Deel 13. Statussymbolen)
Schaken is oorlog op een spelbord. (Bobby Fisher tegen Boris Spassky, 1972, Reykjavik, IJsland.) |
In een hoekje van mijn kast met reissouvenirs staat een
ruitertje met conische helm, schild en speer: een van de
‘Lewis Chessmen’, in een modern spel zou dit het paard
zijn. Gekocht bij mij allereerste bezoek aan het British
Museum, samen met de kartonnen replica van de helm van
Sutton Hoo.
In de volgende decennia is er weinig veranderd: in de
winkel van het British Museum horen de replica's van de
Lewis-schaakstukken nog steeds tot de meest verkochte
artikelen.
Koning. Hoogte: 8 cm.
Bisschop
Bordspellen bestaan al langer dan sinds mensenheugenis.
Op een reliëf in de grafkapel van Neferirtenef (Farao:
Sahoere 5de dynastie, ca. 2450 v.Chr.) zie je twee
spelers bij een bordspel dat erg lijkt op het luxueuze
stel dat meer dan 1000 jaar later in het graf van
Toetanchamon belandde. Ze zitten duidelijk aan een
senetspel, maar de hiërogliefen boven hun hoofden
vermelden: “Spelen met dames (damesspel)”, wat de naam
van het spel kan zijn. De rechtse speler zegt: “Kijk,
mijn tegenstander.” Zijn medespeler links aan de tafel
gezeten, antwoordt hem: “Ik neem drie pionnen in één
keer.”
Een der 4 senetborden uit het graf van Toetanchamonca
(1333-1323 v.Chr.). Het bord kan op een vouwtafeltje
geplaatst. Het doosje bevat stukken voor twee
verschillende spelen. Draai je het bord om, dan krijg je
een ander spel, misschien wel het ‘damesspel’ van
hierboven. Net zoals een schaakspel tegenwoordig aan de
omgekeerde zijde een dambord is, met bijbehorende
spelschijfjes.
Maar geen enkel bordspel heeft zich ooit qua prestige
ook maar bij benadering kunnen meten met schaken, het
spel van koningen en veldheren. Ook het tegenwoordig zo
populaire kaartspel bridge niet.
Nochtans is schaken betrekkelijk nieuw. Het spel zou
ergens omstreeks 500 ontwikkeld zijn in India. De naam
zelf is afkomstig van het Perzische Sjah, koning. In de
volgende paar eeuwen verspreidde het spel zich over het
Midden -Oosten en christelijk Europa en telkens
veranderden de stukken van uiterlijk en reflecteerden zo
de samenleving die het spel speelde. In India zijn er
stukken in de vorm van oorlogsolifanten. In
moslimlanden, waar er een verbod heerst op de
voorstelling van menselijke figuren, zijn alle stukken
virtueel abstract. Europese stukken zijn intens humaan
figuratief en –zoals de Lewis Chessmen- tonen niet enkel
particuliere karakters, maar reflecteren eveneens de
structuren van de middeleeuwse samenleving.
Begraven schat
De Lewis-schaakstukken zijn een verzameling van 78
schaakstukken uit narwal- en walrusivoor en
walvistanden. Ze zijn in 1831 ontdekt op het Schotse
eiland Lewis in de Buiten-Hebriden en dateren uit de
12de eeuw. Zevenenzestig van die stukken bevinden zich
nu in het British Museum, de overige elf in het
Nationaal Museum van Schotland. De stukken lagen in een
kleine stenen holte, vermoedelijk voor de veiligheid
verborgen door een koopman. Ze zijn even vermoedelijk in
Noorwegen of IJsland vervaardigd. Het zijn de best
bewaard gebleven middeleeuwse schaakstukken en tevens
voorbeelden van romaanse ivoorsnijkunst van de
allerhoogste kwaliteit.
In deze tijd kwam het schaken vanuit Arabië via Sicilië
en Spanje naar Europa. De Vikingen dreven rond de
Middellandse Zee handel met de Arabieren en
introduceerden het schaakspel al vroeg in Scandinavië.
De 78 bewaard gebleven stukken behoren tot vier of vijf
verschillende schaakstellen; twee spellen zijn compleet.
In totaal zijn er acht koningen, acht dames, zestien
lopers, vijftien paarden, twaalf torens en negentien
pionnen gevonden.
Alle stukken zijn weergegeven als menselijke figuren,
behalve de pionnen die op grensstenen lijken, aan de
achterkant versierd met vlechtmotieven. De paarden zijn
ridders te paard. Enkele torens zijn weergegeven als
berserkers, krijgers die zich in een toestand van
bloeddorstige trance brengen en met een wilde blik in
hun schilden bijten. De meeste andere stukken hebben
naar moderne maatstaven een enigszins bezorgde
gezichtsuitdrukking; voor middeleeuwers zouden zij
echter wijsheid en bezonnenheid uitstralen.
Kleding, wapens en attributen zijn tot in detail
afgebeeld: de koningen en de dames zitten op tronen en
de lopers zijn voor het eerst in de geschiedenis
voorgesteld als bisschoppen, uitgerust met een
bisschopsmijter en een bijbel. Daarmee vormen de Lewis
Chessmen het oudste, duidelijk aanwijsbare Europese
spel! De lopers zijn van alle stukken het grootst: tot
10,2 cm hoog. Enkele figuren waren oorspronkelijk rood
beschilderd; dit wijst erop dat het schaakbord in witte
en rode vlakken was verdeeld. De zwart-wit verdeling was
toen blijkbaar nog niet gebruikelijk.
Tegenwoordig is de koningin in feite het machtigste
stuk. In het middeleeuwse schaakspel was dat anders: ze
kon zich slechts één vakje in diagonale richting
verplaatsen. Voor de rest is er sindsdien opmerkelijk
weinig veranderd aan het spel, het minst van alles de
wiskundige dimensie van alle mogelijke zetten.
Reeds lang voor het spel in Europa belandde werd het
beschouwd als een ideale voorbereiding voor
(toekomstige) staatslieden en legeraanvoerders. Je moet
strategisch vooruit leren denken, de diverse
keuzemogelijkheden van je tegenstander inschatten en hem
schaakmat krijgen met geslepen opoffering van zo laag
mogelijk geplaatste stukken, liefst alleen pionnen.
Kortom: een onbloedige bordspelversie van De kunst van
het oorlogvoeren van Sun Tzu (ca. 500 v.Chr.).
Natuurlijk schreef de Chinese generaal zijn
standaardwerk zonder het schaakspel te kennen: dat
bestond immers nog niet. En de Europeanen uit de
middeleeuwen kenden zijn boek evenmin.
Onveranderd prestige
Doorheen de eeuwen heeft het schaken nooit aan prestige
ingeboet, tot onze tijd toe. Getuige de wereldwijde
belangstelling voor de strijd tussen Bobby Fisher en de
Rus Boris Spassky, in 1972, Reykjavik. Net of de hele
uitkomst van de Koude Oorlog ervan afhing. Honderden
radio- en televisiereporters brachten verslag uit. Elke
zet werd buiten onder veel opwinding herhaald met heel
grote schaakstukken voor het publiek dat de zaal niet
binnen kon. In de coulissen gingen spionage en moord hun
gang… tenminste als we de bekendste thrillerauteur van
IJsland, Arnaldur Indridason mogen geloven in zijn roman
Schemerspel (2013). Fictie uiteraard. Maar het tekent
wel de atmosfeer en de tijdgeest.
Tristan drinkt per ongeluk de liefdesdrank. Let op het
schaakspel, dat vanaf ca. 1300 in haast alle
illustraties aanwezig is. De miniatuur is afkomstig uit
een Frans handschrift, ca. 1470.
(Bron: Hogenelst, p. 14)
Meer: Hogenelst, D. & F. Van Oostrom, Handgeschreven
wereld. Nederlandse literatuur en cultuur in de
Middeleeuwen. Amsterdam, Prometheus, 1995.
Eeuwenlang vormden Tristan en Isolde een van de grote,
tragische liefdesparen van de westerse cultuur. Het
verhaal stamt uit Keltische bron (Ierland, Wales,
Cornwall, Bretagne). Vroeg in de 12de eeuw (of nog
eerder!) brachten Keltische barden het over naar Engelse
en Franse ridderhoven... en -klaarblijkelijk
rechtstreeks, zonder Franse omweg- naar Vlaanderen.
Stippen wij even kort een nevenmotief aan: in haast alle
afbeeldingen bij Tristan en Isolde vervult het
schaakspel een belangrijke rol. Dit is zo bij alle
Keltische romans: denk aan Walewein en het wonderbare
zwevende schaakbord, dat aan het hof van koning Arthur
de rust komt verstoren en de actie in gang zet.
Zie: Ed Franck,
Tristan en Isolde, (Valentijn), Averbode,
Altiora, 1995, 85 blz. - heruitgave in de bundel van Ed
Franck, Houd van mij. De mooiste verhalen over
liefde, Leuven, Davidsfonds, 2005, p. 81 e.v. met
illustraties van Carll Kneut.
Spiegelbeschermer in ivoor met een scène uit Tristan en
Isolde tijdens het schaakspel. Dames droegen aan hun
gordel een spiegeltje, dat zij beschermden met twee
plaatjes in ivoor. Taferelen uit Tristan en Isolde zijn
tussen 1250 en 1450 ontelbare malen op
luxe-toiletartikelen afgebeeld. Parijs ca. 1300, 12 x
11,5 cm. Een replica in kunsthars is te koop bij het
Louvre.(Eigen foto)
Het spel had voor de middeleeuwse mens duidelijk een
diepere betekenis, die ons ontgaat. Er werden haast
mythische krachten aan toegekend.
Misschien ligt de verklaring in het wereldbeeld van de
tijd, met het schaakspel als model voor de maatschappij
en de verhouding mens – wereld - kosmos-God.
Enige uitleg is hierbij op zijn plaats.
De ordening van de maatschappij was
hiërarchisch, dit wil
zeggen volgens rangorde van waardigheid van hoog naar
laag, elk met eigen rechten en plichten. Die ordening
moet een zo volmaakt mogelijke afspiegeling zijn van de
orde aan de hemel. Juist leven betekent derhalve: pogen
de aardse ordening in overeenstemming te brengen met de
kosmische. Hoezo? Zoals de sterren en de planeten hun
vaste plaats en vaste banen hebben aan het uitspansel,
zo heeft ieder mens op aarde zijn vaste plaats en taak
in een door God gewilde ordening. Die is voor eens en
voor altijd onveranderlijk vastgelegd en gewild door
God. De aardse maatschappij is geordend in de drie
standen, van laag naar hoog, van boer over edelman en
priester tot keizer. Elke stand heeft zijn specifieke
taak op aarde in het door God vastgestelde plan.
Onze schoolboeken geschiedenis stellen dit meestal voor
als een piramide, met keizer en paus bovenaan, horigen
en lijfeigenen onderaan. De middeleeuwse mens zag het
anders, niet als een piramide, maar als het beeld van
het schaakspel: pionnen
bewegen volgens andere spelregels dan de kastelen of de
koningin. Schaakstukken zijn niet gelijk, mensen ook
niet. Zoals de aarde een afspiegeling is van de kosmos,
zo is het aardse gezag een afspiegeling van het hemelse.
Alle gezag komt van God. Het hoogste gezag ligt bij de
vertegenwoordiger van God op aarde: de keizer of de
paus. Deze opvatting heeft veel langer standgehouden dan
we meestal denken, in sommige landen zoals het
keizerrijk Rusland, tot in het begin van de 20ste eeuw.
Alleszins bleef schaken al die tijd een belangrijk
onderdeel van de hoofs-aristocratische levensstijl.
Meer in
De Magdalena basiliek te Vézelay en het middeleeuwse
wereldbeeld.
Groot schaakbord (ivoor, ebbenhout, 56 x 56 x 3,1 cm) en
uitbundige randversiering met riddertaferelen, uit
Bourgondische tijd. Als achterkant een triktrakbord.
Detail van een der randversieringen. zie:
Karel de
Stoute…
Schaakspel als verzoening: moslim en christen, Spanje.
Schaken betekende niet altijd oorlog. Gedurende perioden
van vrede tijdens de kruistochten in Palestina of
Spanje, troffen christenen en moslims elkaar bij de
jacht, toernooien of het schaakspel. Grote bedragen
werden ingezet en veranderden tijdens weddenschappen van
bezitter. En de mensen, die werkelijk van heinde en
verre naar het toernooi gekomen waren konden nu het
schaken volgen, zoals eeuwen later in IJsland, op grote
schaakborden en heel vaak met levende, prachtig
uitgedoste figuren, die de stukken uitbeeldden. Iets wat
trouwens ook in onze tijd nog regelmatig een attractie
oplevert.
Hedendaags Mexicaans schaakspel in bergkristal en
obsidiaan (vulkanisch glas). Schaakbord: wit en zwart
marmer. Teotihuacan 1987.(Eigen foto)
De zwarte stukken in obsidiaan dat afkomstig is uit
Guatemala vertonen Olmeekse trekken.
Paradelegers
De schaakstukken van Karel de Stoute gingen verloren.
Ongetwijfeld waren ze even schitterend uitgevoerd als
het spelbord. Zowel het bord met de bijbehorende stukken
moesten immers schoonheid uitstralen en de rijkdom van
de bezitter.
In de loop der eeuwen hebben schaakliefhebbers hun
favorieten vaak uitgewerkt als echte vijandige legers,
netjes in slagorde opgesteld, steeds in dezelfde
volgorde, klaar om aan te vallen voor de komende
veldslag. En dat even vaak in prachtige, ongelooflijk
kostbare decoratieve wapenrustingen of parade-uniformen
in amber, ivoor, buxus, jade, porselein: Griekse
hoplieten, Romeinse legionairs, middeleeuwse ridders,
kruisvaarders, Napoleontische huzaren ...
Wie sprak daar weer van statussymbolen?
Kruisvaarders tegen Saracenen:
Richard Leeuwenhart als koning (herkenbaar aan zijn
wapenschild) tegen Saladin, met als pionnen
kruisboogschutters tegen ruiterhandbogen.
Mens tegen computer: schaakmat
Hoe kan men bepalen of een computer even intelligent is
als een mens? Met de Turingtest zou het moeten lukken.
Alan Turing, het Engelse wiskundige genie en vader van
de moderne computer, die tijdens de Tweede Wereldoorlog
de
Duitse Enigmacode
wist te ontcijferen met behulp van de Bombe, een
oercomputer, formuleerde het als volgt: “Gelijke
intelligentie? Als je bij een gesprek tussen beiden niet
kunt onderscheiden wie de mens en wie de machine is.”Dit
experiment is door hem al beschreven in 1936 (voor er
sprake was van computers!) en nader uitgewerkt in zijn
artikel Computing Machinery and Intelligence uit 1950.
Gezien de geweldige reputatie van het schaakspel hoeft
het niet te verwonderen dat men het al snel inzette
tegen computers. Aanvankelijk triomfeerde de mens keer
op keer. In 1967 won een computer voor de eerste keer
tegen een menselijke schaakgrootmeester. En in 1994
volgde de eerste overwinning op een regerend
wereldkampioen, Kasparov. Sindsdien is het wereldnieuws
als een menselijke kampioen erin slaagt de computer het
loodje te laten leggen.
In de televisiereeks Endeavour zien we de jonge
inspector Morse in Oxford regelmatig schaakspelen, als
hij geen kruiswoordraadsels invult. En in de
detectivereeks Risoli en Isles, die zich in het
Amerikaanse Boston afspeelt, weet bolleboos dokter Isles
het alibi van een moordenares te ontkrachten, omdat ze
doorheeft dat de verdachte een beroemd schaakduel op
haar computer heeft ingeprogrammeerd, dat ze laat
afspelen tijdens haar afwezigheid.
De tweede Bondfilm, From Russia with Love (1963) start
met een internationaal schaaktoernooi in Venetië. Elke
zet wordt met croupiershark geschoven op een groot bord
tegen de muur met magnetische schaakstukken.
Om te eindigen in schoonheid en betovering: in de film
Harry Potter en de steen der wijzen zijn de
schaakstukken van het magisch schaakduel gebaseerd op de
Lewis Chessmen.
Bijlage:
ontbrekend schaakstuk ontdekt (2019).
Meer weten/ Tips voor didactische verwerking (CLIL/TTO)
Hier is het misschien nuttig de uitwerking te beperken.
- Tijd: ca. 1200. Wat gebeurde elders gelijktijdig?
Dit is de tijd van de kruistochten, de opkomst van de
Mongolen en… van de gotiek. Dit onderwerp is gemakkelijk
in te schakelen in een ruimere leereenheid. Veel
bruikbaar materiaal vind je op deze website bij
CLIL-visueel, Middeleeuwen – ook voor
geïnteresseerden buiten schoolse context.
Zie bv.
De Magdalena basiliek te Vézelay en het
middeleeuwse wereldbeeld.
- Schaker(s) onder de leerlingen het spel laten
demonstreren – bord en schaakstukken meebrengen.
- Op YouTube staan diverse uitstekende films over de
Chessmen, onder meer in de reeks Masterpieces of the
British Museum (2013) 2x 15 minuten plus een aantal
korte filmpjes.
Uitvoerige algemene tips, zie onder bij Gouden
Inca-lama.
Voorwerp 78. Double-headed Serpent. Azteeks
A.D.1400-1600. (Deel 16)
Sinds ik haar voor het eerst zag, is deze tweekoppige
slang in turkoois voor mij altijd het symbool gebleven
van de Azteekse cultuur met haar fundamentele
tweepoligheid: man - vrouw, bloemen en tedere gedichten
tegenover bloedige massale mensenoffers. En hier is ze
dan terug, als embleem op de kaft van het (Engelse)
boek, zo kort na de grote Londense tentoonstelling uit
2010: Moctezuma, Aztec Ruler.
In de loop van de Spaanse verovering (1519-1521) door
Cortés werd de Azteekse cultuur grotendeels verwoest.
Het merendeel van wat we weten over de Azteken is door
de veroveraars neergeschreven.
Gelukkig niet alles, voornamelijk door het levenswerk
van één man: de franciscaner monnik Fray Bernardino de
Sahagún.
Voor de Azteken waren mozaïeken van turkoois kostbaarder
dan goud. Dat gold nog meer voor sieraden en beelden uit
het zeer harde jadeïet, het Amerikaanse jade (J.M.)
Het tweekoppige serpent bestaat uit ongeveer 2000 kleine
stukjes turkoois, gemonteerd op een houten frame van ca.
40 cm breed en half zo hoog. Voor de ogen, tanden enz.
zijn witte en rode schelpen gebruikt. Als het licht over
het turkoois speelt, lijkt het lichaam minder op
schubben van een slang dan op de veren van een vogel,
met name de zeer gegeerde staartveren van de Quetzal.
Het beeld is dus slang (zinnebeeld van de aarde) en
vogel (de hemel) en zou dus best een voorstelling kunnen
zijn van de god Quetzalcoatl (‘Gevederde Slang’), god
van kennis en wetenschap.
Turkoois kwam van op grote afstand naar Tenochtitlán, de
Azteekse hoofdstad. Waarschijnlijk arriveerde het hier
als tribuut van een veroverd volk. Kort nadat de slang
vervaardigd werd lag het imperium in puin, was Moctezuma
dood en werd de inheemse bevolking door geïmporteerde
Europese ziekten, vooral de mazelen en de pokken,
letterlijk gedecimeerd. In een paar decennia tijd zou
wel 90% van de populatie hieraan overlijden.
Zoals gebruikelijk is dit een goede, doch erg beknopte
begeleidingstekst. Veel meer over de Azteken en hun
fascinerende cultuur: zie
Klaar voor CLIL Visueel en zeker de
PowerPoint & de links bij de besproken items.
Op YouTube staat een hele reeks films en filmpjes over
de Azteken, onder meer enkele uitstekende over de
Azteekse Kalendersteen (Sun Stone), van nog geen 2 tot
12 minuten. De uitleg gaat zo snel dat het aan te raden
is regelmatig op de pauzeknop te drukken. Uitleg ook in
het Nederlands op
Histoforum, syllabus, Azteken, dia 30
en 31.
Een ander erg bruikbaar is: Unearthing the Aztec past,
the destruction of the Templo Mayor (6, 45’) Uitgezonden
door Smarthistory. Deze organisatie heeft nog meer
degelijke, en vrij korte (Engelstalige) filmpjes op
YouTube.
Didactische tips: zie hieronder bij Gouden Inca-lama en
bij CLIL visueel. Ruim aanbod van films en ander
materiaal.
Bijlage: transcript van deze uitzending.
73. Gouden Inca-lama. 1400- 1500
Inca’s en Azteken worden vaak in één adem vernoemd,
ondanks hun onderlinge geografische afstand van zo’n
4000 km. Doch ondanks die afstand hebben de beide
hoogculturen uit de Nieuwe Wereld een aantal kenmerken
gemeen.
In de eerste plaats hun verovering door de Spaanse
conquistadores in de vroege 16de eeuw; daarbij zijn ze
beide laatbloeiers op het toneel van de
wereldgeschiedenis (waar ze bijna gelijktijdig hun
intrede maken in de 15de eeuw), voorafgegaan door meer
dan 3000 jaar andere culturen; ze kennen beide het wiel
niet, leven grotendeels nog in de steentijd. In de
eerste aflevering van deze artikelenreeks maakten we
reeds kennis met een pre-Incacultuur, via de
Moche Warrior Pot.
Tawantinsuyu, het 'Rijk der Vier Windstreken', heeft
vanaf de Spaanse conquista in de 16de eeuw de Europese
verbeelding geprikkeld door zijn superieure strakke
organisatie, zijn karakter van 'communistische'
verzorgingsstaat, zijn bouwkundige en staatkundige
prestaties. Het imperium van de Inca’s wordt
geprojecteerd tegen de achtergrond van de overweldigende
en meedogenloze ecologische omgeving van de Andes. Voor
de hedendaagse indio's betekent het een echo van een
gouden eeuw, waarmee vergeleken de huidige
onderdrukkingsstructuren in de meeste landen van het
voormalige Incarijk des te scherper in het oog springen.
Veel van de overdonderend drukkende problemen in
Latijns-Amerika zijn rechtstreeks terug te voeren tot de
kolonisatieperiode, na de conquista door de Spanjaarden.
Cuzco. Hedendaagse Peruaan tussen de Incamuren van zijn
voorouders.
Er schuilt een zekere historische ironie in, dat deze
cultuur met haar architectuur van gigantische
steenblokken, zoals in Sacsahuaman en Machu Picchu, hier
vertegenwoordigd is door dit onooglijk beeldje van amper
6 cm hoog.
Een goede 500 jaar geleden was het Incarijk,
Tawantinsuyu, groter dan dat van de Ottomaanse Turken,
groter dan Ming-China. Eigenlijk was dit het grootste
rijk ter wereld. In zijn bloeiperiode omstreeks 1500
strekte het zich over bijna 5000 kilometer uit langs het
Andesgebergte en heerste over 10 (laagste schatting) tot
20 miljoen mensen (hoogste schatting), van Colombia tot
Chili en van de Stille Oceaan tot de oerwouden van de
Amazone. In de jaren 1530 (en niet 1520 zoals zowel de
Engelse als de Nederlandse tekst zeggen) zouden de
Spanjaarden het Incarijk veroveren en vernietigen. De
Inca’s kenden geen schrift in onze betekenis van het
woord, maar ontwikkelden desondanks een efficiënte en
welvarende beschaving.
De Inca’s gebruikten geknoopte
touwen, de quipu's, om statistische gegevens vast te
leggen. Elk verticaal koord bespreekt één specifieke
rubriek: maïs, lama's, weerbare mannen... De kleur
bepaalt de aard van de informatie: geel kan goud
aanduiden of maïs, naargelang de context. Voor elke
soort goederen was er daarom een speciale ambtenaar, die
de betekenis kende en de gegevens doorgaf, de
quipucamayoc. De knopen geven getallen weer in een
decimaal systeem (1).
De economie draaide op een omvangrijke
arbeidersbevolking en honderdduizenden lama’s. Dat een
staat afhankelijk was van dieren, was niets nieuws,
zoals Jared Diamond ons vertelt in zijn Zwaarden,
paarden en ziektekiemen (2).
‘De beschikbaarheid en het type van domesticeerbare
dieren heeft een immens effect gehad op de menselijke
geschiedenis en cultuur.’
Het toeval bepaalt of de dieren in je directe omgeving
domesticeerbaar zijn. Dit heeft Europa en Azië
reusachtig bevoordeeld, terwijl Australië aan het
kortste eind trok. De Inca’s hadden geen paarden, maar
wel de lama. Qua snelheid leggen lama’s het af tegen
paarden en ze zijn als lastdier minder sterk dan ezels.
Maar ze zijn buitengewoon goed aangepast aan grote
hoogte; ze leveren wol, vlees en mest, en een lama kan
gemakkelijk zo’n 30 kilo dragen –meer dan de gemiddeld
toegestane bagage voor vliegtuigreizen. De Inca’s fokten
grote aantallen lama’s als lastdieren voor het leger.
Niet te verwonderen dat ze dit taaie dier ook
afbeeldden. (Een randnota: na de verovering poogden de
Spanjaarden Lama’s te introduceren in Mexico, maar dat
werd geen succes. Vreemd. Want in onze zeer Lage Landen,
Ierland en Frankrijk lukt het fokken tegenwoordig
bijzonder goed.).
Bloedbad te Cajamarca
Het meest dramatische moment in de confrontatie tussen
Europese conquistadores en Pre-Columbiaanse hoogculturen
vond plaats op 16 november 1532 in de Peruaanse stad
Cajamarca. Daar nam de Spaanse veroveraar Pizarro, met
zijn troep ongeregeld van nog geen 200 man, de Inca Sapa
Atahuallpa gevangen, aan het hoofd van 20.000 man, met
zijn leger van 80.000 geharde krijgers op enkele mijlen
afstand. Binnen een half uur waren 8000 indianen
afgeslacht en was Atahuallpa, absoluut heerser over het
grootste en hoogst ontwikkelde rijk in de Nieuwe Wereld,
de gijzelaar van de indringers. Klinkt volkomen
ongeloofwaardig, als een pure mystificatie. Maar waar!
Natuurlijk, de Incaheerser verwachtte geen hinderlaag.
Natuurlijk, de Spanjaarden bezaten stalen zwaarden en
wapenrustingen, paarden en enkele primitieve kanonnen.
Zeker, de Spanjaarden kwamen uit een schriftcultuur die
het mogelijk maakte inlichtingen over andere
veroveringen mijlen en jaren ver door te geven (Zij
kopieerden hier wat Cortés deed in Mexico met Motecuzoma
in 1519). Natuurlijk, het Incarijk was innerlijk
verzwakt door een moordende burgeroorlog. Maar waarom
die burgeroorlog tussen de halfbroers Huascar en
Atahuallpa? Omdat hun vader, de grote Huayna Capac in
1525 voortijdig gestorven was aan een vreemde, nieuwe
ziekte. Naar alle waarschijnlijkheid de pokken, in de
Nieuwe Wereld geïntroduceerd door een negerslaaf. Op dat
ogenblik waren de Spanjaarden nog jaren verwijderd van
hun invasie in het Incarijk. De ziekte zwiepte als een
uitslaande steppebrand door Zuid-Amerika en richtte
ravages aan onder de inheemse bevolking, lang voor de
eerste Europeaan arriveerde (3).
Het incarijk was een laatbloeier op het toneel van de
wereldrijken. Na een onstuimige
uitbreiding (1438 -
1530) viel het ten prooi aan een bloedige burgeroorlog
waardoor de spectaculaire Spaanse
conquista mogelijk
werd.
In het huidige Ecuador, Peru, Chili, Argentinië,...
steunen
gebruiken, architectuur en feestelijkheden van
vandaag, en
klederdracht, vaak op eeuwenoude fundamenten
uit de Incatijd.
In deze tijd van hypermoderne communicatiemogelijkheden
worden oeroude technieken in ere gehouden of hersteld
omdat ze goedkoop zijn en hun ecologische waarde hebben
bewezen.
Ook landbouwtechnieken, ambachten en kunst bouwen voort
op het verre verleden.
(Overgenomen uit de bekroonde
Joos de Rijcke-site
(gewijd aan de eerste Nederlander in het Incarijk)
Onderdeel:
Erfgenamen van de Inca’s.
Kleinste voorwerp
Terug naar onze lamabeeldje. Het is hol, gemaakt van
dunne, uitgehamerde plaatjes goud en daardoor heel
licht. Over het hele Incarijk verspreid zijn grote
aantallen van zulke beeldjes gevonden, dikwijls op
bergtoppen begraven als offer.
Het Incarijk besloeg drie verticale niveaus: de smalle
woestijnachtige kustvlakte (waar eeuwen voordien de
Mochicacultuur bloeide en later die van het
Chimu-imperium), de berghellingen met de beroemde
terrasvormige akkers en tenslotte de hoogvlaktes met de
uitgestrekte graslanden, 3500 meter boven zeeniveau. De
lama verbond deze drie gescheiden werelden en hield het
enorme rijk bijeen, over het alles omvattende netwerk
van Incawegen.
De kleine lama is van goud. Goud was voor de Inca’s ‘het
zweet van Inti, de zonnegod, terwijl zilver ‘de tranen
van de Maan’ symboliseerde. Goud had geen economische
betekenis zoals in de Oude Wereld, maar wel een rituele.
Er zijn slechts weinig gouden en zilveren voorwerpen
bewaard gebleven; de povere resten van de adembenemende
overvloed die de Spanjaarden aantroffen bij hun aankomst
in de jaren 1530. De conquistadores roofden alles waarop
ze de hand konden leggen, smolten de kunstwerken om tot
baren en verscheepten ze naar Spanje. Wat ze niet wisten
en MacGregor niet vermeldt: in feite kwamen ze bedrogen
uit. Alle precolumbiaanse volkeren, van Colombia over
Mexico tot Peru vervaardigden voorwerpen in
‘laagwaardig’ 14-karaats goud uit een legering van koper
en goud, in plaats van het ‘volwaardige’ 18 karaat in
Europa. Deze techniek heet Tumbaga. Meer hierover in het
uitstekende artikel van de betreurde Johan Daelman in
het tijdschrift van het Instituut voor Amerikanistiek
(4).
Zoals in alle samenlevingen ging het planten en oogsten
gepaard met rituelen en offers aan de goden. Bij de
Inca’s gebeurde dat in de vorm van het offeren van
levenden wezens, van cavia’s tot zelfs kinderen van de
elite of jonge krijgers op bergtoppen (5). Guamán Poma
de Ayala, de kroniekschrijver van de vroeg-koloniale
periode, vermeldt zo’n ceremonie, waarvoor witte lama’s
gedood werden (6).
Een Spaanse schrijver deelt mee dat de provinciehoofden
tijdens het slachten van de echte lama’s ook gouden en
zilveren modellen aan de Inca Sapa schonken. Misschien
is deze kleine gouden lama een van die symbolische
offers geweest.
Tips voor didactische verwerking (CLIL/TTO)
Nota: onderstaande tips kunnen mutatis mutandis
toegepast bij alle voorwerpen.
Voorkennis activeren: brainstormen; in mindmap?-
afhankelijk van wat al gezien is.
- Bij elk voorwerp: lokalisatie – kaarten meestal op
Wikipedia te vinden.
- Tijd: 1520 – 1535. Wat gebeurde elders gelijktijdig?
- Europa: periode van humanisme en Hervorming (7)
- Byzantijnse Rijk: ingenomen door de Ottomanen –
periode van
Süleiman, de Grote Turk.
- China: Ming-dynastie, zie
De wereld reizen van Zheng
He.
en
The Chinese Armada. Dragons of the Sea
- Mexico: verovering door Cortés en ondergang van
Azteekse cultuur – zie op Joos de Rijcke-site
De grote namen van de conquista
Werkvorm: groepswerk, kleine groepjes (2 à 3 leerlingen)
Leermiddelen: internet, beamer, laptop
Werkwijze: diverse mogelijkheden:
- podcast van de uitzending laten beluisteren;
- afdrukken van bijbehorende transcriptie en bewerken -
ingekort aan klas bezorgen. Alternatief: de bijbehorende
tekst uit het boek bezorgen;
- zoeken van bijkomende informatie/illustraties,
filmpjes:
- Presentatie in plenum:
- intro door leden van het werkgroepje;
- PowerPoint met illustraties.
Klasgenoten vragen laten stellen.
Evaluatievragen: zelf opstellen door werkgroepje/ door
klas laten formuleren: “Welke vragen zou je hierover
stellen op toets als je een intelligente leraar/lerares
was?”
Nota: goede vragen van leerlingen heb ik altijd
weerhouden, al dan niet wat bijgewerkt.
Aanvulling uit ervaringen van collega’s zijn zeer
welkom!
Bijlage:
Incatextiel.
Verder Lezen
Opvallend: de laatste decennia is er onnoemelijk veel
meer info ter beschikking gekomen.
Internet
Joos de Rijcke, Eeuw van Joos,
Het leven bij de Inca’s.
Ice Mummies, Nova Online, met downloadbare
Text, Resources en Teacher’s Guide.
Op YouTube: diverse films over de Inca’s en hun
voorgangers, in verschillende talen, beeldkwaliteit &
lengte.
Aanbevolen: Strip the City. Machu Picchu (Seizoen 2,
afl. 7) – History Channel 2014 duur: 45 minuten,
uitgezonden op Canvas. YouTube geeft helaas slechts
enkele korte, maar bruikbare fragmenten.
Opletten: niet alle andere films hebben dezelfde
inhoudelijke kwaliteit, bv. Sacsahuaman (de vesting bij
Cuzco) is effectief gedeeltelijk ouder dan de Inca’s,
maar niet gebouwd door buitenaardsen of bewoners van
Atlantis, duizenden jaren voor de Inca’s!
Boeken
Baudin, L., Zo leefden de Inca's voor de ondergang van
hun rijk, Baarn, Hollandia, 1977, 5de druk - latere
herdrukken, 266 blz.
De Bock, E. (red.), De erfenis van de Inca's. Zonen van
de Zon & Dochters van de Maan, Rotterdam, Museum voor
Volkenkunde, 1992. 252 blz.
De Bock, E. (red.), Inca’s. Capac Hucha, Rotterdam,
Wereldmuseum, 2010, 173 blz.
Inca - Peru. 3000 jaar geschiedenis, Brussel, Kon. Musea
voor Kunst en Geschiedenis, 1990, 2 delen, 503 en 312
blz.
Hemming, J., The Conquest of the Incas (1970) - e-boek
2012.
Johnston, D. en J. Lynch, Inca's: heersers over leven en
dood. (Oude Beschavingen), Amsterdam, Time-Life Boeken -
Antwerpen, Denis, 1993, 168 blz.
Kendall, A., De Inca's, Bussum, Fibula-Van Dishoeck,
1975.
Le Fort, G. (red.) & H. Dubois (foto’s),
Precolumbiaanse
meesterwerken. De collectie van Dora en Paul Janssen,
Brussel, Mercator, 2005, 407 blz. – er is tevens een
Franse versie.
Lemaitre, S. (red.) e.a.,
Inca. Textiel en tooi uit de Andes, catalogus,
Brussel, Ludion & Kon. Musea voor Kunst en Geschiedenis,
2018, 207 blz. – ook Franse versie.
Longhena, M. en W. Alva,
De Inca's. Geschiedenis en
cultuur van de beschavingen in de Andes, Lisse, Zuid
Boekprodukties, 1999, 291 blz..
McIntyre, L., The Incredible Incas and Their Timeless
Land, Washington D.C., National Geographic Society,
1980, 3de druk, 199 blz.
Wood, M.,
Conquistadors: Cortés (The Fall of the
Aztecs), Pizarro (The Conquest of the Incas) – PBS
uitzendingen uit 2004 – films in België en Nederland
ontoegankelijk, maar begeleidende teksten in het Engels
nog steeds bereikbaar.
Noten
1. Op YouTube staan verschillende korte filmpjes over de
quipu’s, ook een demonstratie om zelf quipu’s te maken.
2. Jared Diamond,
Zwaarden, paarden en ziektekiemen,
Houten- Antwerpen, Het Spectrum, (2000) 2013, 21ste druk
– Guns, Germes and Steel. The Fates of Human Societys,
1997.
Evenzeer de moeite waard:
Idem,
Ondergang. Waarom zijn sommige beschavingen
verdwenen en hoe kan de onze haar ondergang voorkomen?,
Utrecht, Spectrum, 2004, 702 blz.– e-boek 2013 - Engels:
Collapse.
Idem, Erfenis. Wat we kunnen leren van traditionele
samenlevingen, Het Spectrum, 2013 – The World until
Yesterday, 2013.
3. Nog steeds het beste werk over de verovering van
Tawantinsuyu is: John Hemming, The Conquest of the Incas
(1970), e-boek 2012, nooit in het Nederlands vertaald.
Bruikbaar uitgebreid gratis fragment te downloaden.
4. Johan Daelman+,
Precolumbiaanse edelsmeedkunst, in:
Instituut voor Amerikanistiek, (1985) 2014, nr. 3.
5. Zie ook: Patrick Tierney,
Goden, graven,
mensenoffers: onthutsende feiten over de dood als
rituele handeling, Baarn, Tirion, 1990, 312 blz.
6. Felipe Guamán Poma de Ayala,
Nueva Corónica y Buen Gobierno (= Nieuwe
Kroniek en Goed Bestuur).
Het origineel bevindt zich in de Deense Koninklijke
Bibliotheek en is volledige
digitaal raadpleegbaar
met de illustraties plus transcriptie en vertaling in
het Engels van de teksten.
Voor CLIL/TTO: betrouwbare items over Poma de Ayala op
Wikipedia in het Engels en het Frans. Youtube geeft een
aantal films/filmpjes, maar we hebben uitsluitend
Spaanse versies gevonden.
7.
CLIL-visueel, Humanisme en Grote Ontdekkingen.
Jos Martens, januari 2018