artikelen over geschiedenis didactiek
Formatief handelen
Formatief handelen betekent dat je werkt aan de groei van leerlingen. Het is dan ook zeker niet hetzelfde als diagnostisch toetsen. Wat is het dan wel?
Inhoud
Formatief handelen en standplaatsgebondenheid
Elders op Histoforum staat een korte beschrijving van formatief handelen. Op deze pagina een voorbeeldmatige uitwerking voor standplaatsgebondenheid, een van de aspecten van historisch denken en redeneren.
Standplaatsgebondenheid
Bij geschiedenis doen we uitspraken over een tijd die niet meer bestaat. We proberen ons te verplaatsen in het denken, voelen en handelen van mensen in een tijd waarin veel dingen anders waren dan tegenwoordig. We moeten rekening houden met de normen en waarden uit andere tijden en met het feit dat zij niet wisten wat wij nu wel weten. Maar we moeten er ook rekening mee houden dat wij over het verleden praten vanuit onze eigen normen en waarden, onze eigen opvattingen. Dat alles samen maakt het tot een van de moeilijkste onderdelen van het vak geschiedenis.
Historicus Arie van Deursen geeft prachtig weer waar het
bij standplaatsgebondenheid of historische empathie om
gaat. Je moet het verleden volgens hem beoordelen 'in de
omlijsting van de tijd'. Dat wil zeggen in de context
van haar eigen omstandigheden. Wil je een goed beeld
krijgen van bijvoorbeeld Willem van Oranje, dan moet je
hem zoeken in de zestiende eeuw, want uitsluitend tegen
die achtergrond tekent zijn gestalte zich af.
Historische empathie is het laten samensmelten van twee
onverenigbare perspectieven, meent filosoof Coen Simon.
Hij haalt daarbij de filosoof Georg Gadamer aan om te
laten zien hoe we andere tijden kunnen begrijpen. 'We
dienen ons vanuit de eigen actuele politieke en
maatschappelijke horizon te verplaatsen in de
historische situatie die we ons nooit eigen kunnen
maken.' Dit betekent volgens Simon niet dat we van
onzeszelf moeten wegkijken. 'Natuurlijk is dat in
zoverre nodig dat men zich de andere situatie voor ogen
moet stellen. Maar in die andere situatie moet men
zichzelf juist meenemen. Dat is pas zich verplaatsen in
de volle betekenis van het woord. Door zich te
verplaatsen in de situatie van de ander, zal men hem
juist begrijpen, zal men zich bewust worden van het
anders-zijn, van de onherleidbare individualiteit van de
ander (Coen Simon in Trouw, 3 december 2016).
Zie ook dit artikel over standplaastgebondenheid.
Hoe kun je hier formatief aan werken?
1. Feedup (waar gaat de
leerling naar toe?)
Leerdoel
Je kunt het denken en handelen van mensen in
een bepaalde tijd beschrijven en verklaren.
Succescriteria
Je wordt beter in het toepassen van
standplaatsgebondenheid/historische empathie als je bij
het beoordelen van het denken en handelen van mensen in
andere tijden steeds meer rekening houdt met ...
• wat mensen in die tijd (niet) konden weten;
• wat de normen en waarden van mensen in die tijd waren;
• je eigen normen en waarden.
Verhelderen van leerdoelen
Waarschijnlijk is dit een van de moeilijkste onderdelen
van het vak geschiedenis, het je verplaatsen in het denken en
handelen van mensen in een andere tijd. Alle reden om
dit leerdoel samen met leerlingen te verhelderen. Voor
het eerste succescriterium kun je daarbij bijvoorbeeld
gebruik maken van het woordje ‘nog’. Hoe vaak gebruiken
we het niet in een zin als ‘Toen hadden ze nog geen
auto’s’. Een mens denkt en handelt in zijn heden en
mogelijk zijn verleden, maar niet in een toekomstige
tijd. Een leraar stelde een vragen over
verkiezingsposters van de NSDAP uit de jaren dertig.
'Wat is de boodschap van deze verkiezingsposter? Op
welke doelgroep was deze poster gericht?' De leerlingen
bestuderen de posters en overleggen met elkaar. 'Dat is
echt dom', roept een meisje, 'Wie trapt daar nou in?' (http://histoforum.net/2011/standplaatsgebondenheid.html)
Een ander gevaar waar je leerlingen op kunt wijzen is,
wat de Engelsen noemen ‘presentism’. De neiging om
gedrag in het verleden te be- of veroordelen vanuit onze
hedendaagse normen en waarden.
Balthasar Gerards
In een opdracht over Balthasar Gerards, de moordenaar van Willem van Oranje, is er voor gekozen om leerlingen niet alleen te laten werken aan standplaatsgebondenheid maar ook aan het werken met bronnen en het schrijven van een beschouwing/betoog. De leerdoelen die betrekking hebben op standplaatsgebondenheid zijn onderwerpspecifiek herschreven.
Uiteraard kun je ook voor een andere vorm van beantwoording van de opdracht kiezen. Je moet de leerdoelen en succescriteria dan wel enigszins aanpassen.
Leerdoelen
Je kunt …
• uit bronnen informatie selecteren en analyseren voor
het beantwoorden van de vraag waarom er zo verschillend
over Balthasar Gerards werd gedacht en daarbij nagaan of
de bronnen bruikbare informatie bieden;
• je verklaring ondersteunen met argumenten ontleend aan
de bronnen;
• een beschouwing schrijven over deze vraag.
Succescriteria (beoordelingscriteria)
Je beschouwing/betoog zal beoordeeld worden aan de hand
van de volgende criteria:
Structuur en inhoud
1. Je beschouwing heeft een pakkende titel die de lading
dekt
2. Je beschouwing heeft een inleidende alinea waarin je
ingaat op de probleemstelling
3. In je beschouwing ga je in op de verschillende visies
die er ten tijde van de Opstand waren op de moord.
4. Je onderbouwt de verschillende visies met informatie
die je, zichtbaar, aan de bronnen hebt ontleend.
5. Je rond je beschouwing af met een kort slotwoord.
6. Je evaluatie gaat zowel in op het schrijfproces als
op het resultaat.
Taalgebruik
1. Je beschouwing is geschreven in correct Nederlands.
2. Je beschouwing bevat geen grammaticale fouten.
3. De zinnen in je beschouwing bevatten een juiste
opbouw.
4. De interpunctie is helder.
5. Opeenvolgende zinnen in een alinea staan inhoudelijk
met elkaar in verband.
6. De spelling is in orde.
2. Feedback (waar staat de leerling nu?)
Balthasar
Gerards
In deze opdracht draait het om
standplaatsgebondenheid en om het inzicht dat mensen,
afhankelijk van hun positie in de samenleving en de tijd
waarin zij leven, tot oordelen kunnen komen die wij vaak
maar moeizaam kunnen navoelen.
Balthasar Gérards, de moordenaar van
Willem van Oranje, is - zelfs nog na zijn dood - op een
verschrikkelijke manier mishandeld door inwoners van de
Nederlanden. Maar in Vuillafrans, de geboorteplaats van
Balthasar Gerards, is een straat naar hem genoemd, de
Rue Gérard. De Nederlander en tijdgenoot Sasbout Vosmeer
(1548-1614) heeft zelfs
geprobeerd hem heilig te laten verklaren. Met andere
woorden, over de moordenaar van Willem van Oranje werd
heel verschillend geoordeeld.
Opdracht voor de leerlingen
Schrijf een beschouwing/betoog waarin je uitlegt waarom mensen
in de tijd van de Opstand zo verschillend dachten
over de moord op Willem van Oranje.
Doe het zo:
1. Schrijf een inleiding waarin je het onderwerp
introduceert en de probleemstelling helder maakt.
2. Ga in op de verschillende visies die er ten tijde van
de Opstand waren op de moord en gebruik daarbij de
informatie uit de bronnen 1 t/m 5.
3. Hoe bij het beoordelen van de bronnen rekening met de
volgende punten:
a. Van wie is het oordeel?
b. Behoorde hij/zij tot een bepaalde groep of
vertegenwoordigde hij/zij een bepaalde groep?
c. Zegt dat misschien iets over het waarom van zijn/haar
oordeel?
4. Rond je beschouwing af met een kort slotwoord.
5. Schrijf een korte evaluatie waarin je zowel ingaat op
het schrijfproces als op het resultaat.
Bronnen
Bron 1
De Spaanse kroniekschrijver Antonio de Herrera
(1559-1625) wijdt in een boek een hoofdstuk aan 'la
muerte del Pincipe de Orange; y del glorioso martyrio de
Gaspar Gerardo Borgonon, natural de Vilasant que le mato
(de dood van de prins van Oranje; en de glorieuze
martelaar Casper Gerards Borgonon, inwoner van Vilasant,
die hem doodde):
'In dit hoofdstuk sterft de vrome en heldhaftige
Gerards, die allerlei deugden toegeschreven krijgt, de
martelaarsdood. Hij heeft God, de koning en de
christelijke wereld een uitzonderlijke dienst bewezen
door Oranje uit het veld te ruimen.'
Bron: Rodriguez Pérez Yolanda (2003). De
Tachtigjarige Oorlog in Spaanse ogen: de Nederlanden in
Spaanse historische en literaire teksten (circa
1548-1673). Nijmegen
Bron 2
Het schijnt dat Sasbout Vosmeer (1548-1614), vicaris
generaal van het aartsbisdom Utrecht, en enkele andere
kerkelijke hoogwaardigheidsbekleders moeite hebben
gedaan om Balthasar Gerards heilig verklaard te krijgen.
Deze Fransman had op 10 juli 1584 Prins Willem van
Oranje in het Delftse Prinsenhof gedood en was op 14
juli op het Marktveld terechtgesteld. De Prins werd door
de katholieken als een monster beschouwd, omdat hij niet
optrad tegen de geuzen en waarschijnlijk zelfs
sympathiseerde met de leer van Calvijn. Balthasar had de
gelovigen van dat monster verlost en deze heldendaad met
de dood moeten bekopen. Zijn bevorderaars hadden zelfs
al de liturgische teksten samengesteld voor zijn beoogde
feestdag. Het is er - gelukkig - nooit van gekomen, maar
het zegt iets over de gevoelens van de gelovigen in die
tijd.
Bron: Heiligen-3s (http://www.heiligen-3s.nl/heiligen/07/14/07-14-1584-balthasar.php
)
Bron 3
Filips II verklaarde Willem van Oranje op 15 maart
1580 vogelvrij:
Wilhelm van Nassau, prince van Orangien, als hooft
beroerder ende bederver van tgeheel Christenrijck, ende
namentlijck van dese Nederlanden: Waerby een yeghelijck
geauctoriseert wordt van hem te beschadigen, offenderen
ende uyter weerelt te helpen, met loon ende prys voor
den ghenen die des doen, oft daer toe assisteren zullen
(Philips II heeft de prins een bederver van het
christelijk geloof genoemd en hem volgelvrij verklaard,
iedereen mag hem kwaad doen en vermoorden en wordt
daarvoor goed beloond).
Het edict bevatte verder nog een pagina's lange
opsomming van de wandaden van deze schelm ende verrader
- waaronder bigamie, hoogverraad en huichelarij - en de
mededeling dat hij voor eeuwig uit de Nederlanden was
verbannen. Balthasar Gerards hoorde in 1581 van de ban
en besloot Willem te vermoorden.
Bron: Wikipedia
(http://nl.wikipedia.org/wiki/Balthasar_Gerards)
Bron 4
Voor ons Nederlanders is Balthasar Gerards de lafste en
walgelijkste misdadiger uit de geschiedenis. We vinden
het onvergeeflijk dat deze man, die de prins van Oranje
op 10 juli 1585 onder valse voorwendselen om een gunst
vroeg, vervolgens zijn pistool in koelen bloede van
dichtbij leeg schoot in de borst van de Vader des
Vaderlands.
Dat de moordenaar van Willem van Oranje voor straf werd
gevierendeeld en dat zijn hoofd publiekelijk ten toon
werd gesteld, vond iedere protestant die de opstand
tegen de Spaanse koning Filips II steunde, volkomen
terecht
.
Thea Detiger (http://krant.telegraaf.nl/krant/enverder/venster/reizen/reis.Frankrijk/reis.980124balthasargerard.html)
Bron 5
De door Balthasar Gerards
zelf geheel vrijwillig opgestelde bekentenis:
Ik, Balthazar Gerard, uit Villafans in Bourgondië, laat
weten aan allen, dat ik al sedert zes jaar en evenzo
sedert de tijd dat de vrede van Gent verbroken en
geschonden werd door Willem van Nassau, prins van
Oranje, het plan heb gehad deze Nassau te doden en uit
de weg te ruimen, omdat het mij voorkwam dat, zolang hij
zou leven, hij opstandig zou blijven tegen de katholieke
koning, onze heer, en alle moeite zou doen, langs alle
ongeoorloofde wegen de toestand in de katholieke en
apostolische kerk, genaamd de Roomse, te vertroebelen,
gelijk deze Nassau heeft gedaan en volgehouden tot op
heden, waardoor hij oneindig veel kwaad veroorzaakte
zowel in het godsdienstig als in het maatschappelijk
leven in deze provincies van de Lage Landen.
Mogelijke feedback:
* Neem de beschouwingen/betogen in
* Geef geen cijfer, maar geef aan op welke succescriteria, wat betreft structuur/inhoud en taalgebruik, de prestatie nog te kort schiet.
* Geef de leerlingen vervolgens gelegenheid om zijn beschouwing/betoog te verbeteren.
* beoordeel het eindproduct met een cijfer.
Deze vorm van feedback geven is zeer arbeidsintensief. Je kunt er daarom ook voor kiezen om de leerlingen de prestatie van een klasgenoot te laten beoordelen aan de hand van de succescriteria. Ook zij geven dan alleen aan op welke punten de prestatie te kort schiet. De leerlingen krijgen vervolgens gelegenheid hun beschouwing/betoog te verbeteren. Je beoordeelt als docent dan alleen het eindproduct. Maar als jij en je leerlingen niet hechten een een cijfer, kun je ook de tweede beoordeling door een (andere) klasgenoot laten doen. Het leereffect zal, voor de maker en de beoordelaar, niet minder groot zijn.
Zie ook het artikel over Feedback op Histoforum. Wat is goede feedback? Tips voor effectieve feedback.
3. Feedforward (hoe komt de leerling naar de gewenste situatie?)
In
de feedback-base geef je als docent of als klasgenoot
alleen aan op welke punten de prestatie nog tekortschiet
. Voor sommige leerlingen zal dit voldoende informatie
bieden om de prestatie te verbeteren. Andere leerlingen
zullen misschien extra aanwijzingen of suggesties nodig
hebben. Als leerlingen dat aangeven, bijvoorbeeld door
het opsteken van de vinger of het plaatsen van een rood
bekertje op hun tafel, kun je als docent met de leerling
in gesprek gaan. Ga daarbij zoveel mogelijk in op het
leerproces in plaats van op het product.
Andere voorbeelden
* Formatief handelen in relatie tot chronologie.
* Formatief handelen in relatie tot causaliteit 1: oorzaken van historische gebeurtenissen
* Formatief handelen in relatie tot causaliteit 2: gevolgen van historische gebeurtenissen
* Formatief handelen in relatie tot interpretatie (en standplaatsgebondenheid)
* Formatief handelen in relatie tot het werken met bronnen.
* Formatief handelen in relatie tot continuďteit en verandering
Copyright Albert van der Kaap, 2019