artikelen over geschiedenis didactiek

Komt een Italiaan naar de Nederlanden: Ontdek 500 jaar stad en streek met koopman Guicciardini

Komt een Italiaan naar de Nederlanden | Museum Plantin-Moretus (museumplantinmoretus.be)
3 december 2021 – 6 maart 2022. Kaarten van Mercator, Ortelius, prenten van Pieter Bruegel

Komt een Italiaan naar de Nederlanden: Ontdek 500 jaar stad en streek met koopman Guicciardini

Jos Martens

In 2021 was het precies 500 jaar geleden dat de Italiaanse schrijver Lodovico Guicciardini (1521-1589) geboren werd. Deze bijzondere verjaardag laat het Museum Plantin-Moretus niet onopgemerkt. Met de expo Komt een Italiaan naar de Nederlanden keren we met de bestseller van Guicciardini terug naar de welvarende Nederlanden van de 16de eeuw.


In 1552 beslist de koopman Lodovico Guicciardini dat het tijd is voor een carrièreswitch. Hij wordt schrijver. In 1567 publiceert hij zijn bestseller: Descrittione di tutti i Paesi Bassi. In dit boek beschrijft hij de economie, staatkunde, taal, flora, fauna en volksaard van de Nederlanden. Het boek wordt meer dan 60 keer uitgegeven, bij verschillende drukkers en vertaald in een hele reeks talen: Frans, Latijn, Duits, Engels, Nederlands.
Bekend gebleven is de vertaling in het Nederlands, het werk van de befaamde taalkundige Cornelis Kiliaan en uitgegeven door Christoffel Plantin. Zie hieronder facsimile van de uitgave 1612. De lexicograaf Kiliaan van Duffel (1528 - Antwerpen 1607), stelde het eerste Latijns-Nederlandse woordenboek samen: Dictionarium Teutonico-Latinum (1574). Op de Digitale Bibliotheek voor de Nederlandse Letteren (DBNL) vind je het volledige Etymologicum Teutonicae Linguae, 3de druk uit 1599. Je kunt telkens ook de bladzijden in de originele uitgave bekijken.

Lodovico Guicciardini, Beschrijvinghe van alle de Neder-landen (ed. Petrus Montanus), Haarlem, Fibula-Van Dishoeck, 1979, 420 blz., 31 x 21,5 cm, bijna 3 kg.
Het boek is grotendeels gedrukt in een puntige gotische letter, zoals de late handgeschreven getijdenboeken. De Digitale Bibliotheek der Nederlandse Letteren (DBNL) publiceerde de hele tekst van deze uitgave in modern lettertype; tekst volledig doorzoekbaar op trefwoord, aanmerkingen en toelichtingen in marge aan de rechterkant van de pagina’s; ook downloadbaar in PDF (204 Mb).
Lodovico Guicciardini, Beschrijvinghe van alle de Neder-landen · dbnl

Op deze website is de originele volledige uitgave uit 1612 doorbladerbaar. Elke pagina kan uitvergroot (396 afbeeldingen).
Zelfde mogelijkheid op Google Boeken. Beschrijvinghe van alle de Nederlanden, ... - Lodovico Guicciardini - Google Boeken

Tot nog toe vonden wij geen volledige moderne Nederlandstalige uitgave. Uitvoerige fragmenten of interpretaties ervan zijn herhaaldelijk opgenomen, onder andere in Geoffrey Parker, De Nederlandse opstand, Het Spectrum, 1981. Sindsdien heeft een ploeg vrijwilligers in het kader van deze tentoonstelling een volledige hedendaagse vertaling bezorgd, bereikbaar via de site van de expo - zie hieronder

Waarom is Guicciardini blijvend interessant, ook voor onze 21ste eeuw? Zijn boek geeft de situatie weer tot zowat 1559, net voor de Nederlanden getroffen werden door troebelen, de beeldenstorm van 1566 en de Tachtigjarige Oorlog (tot 1648, Vrede van Münster), met onder veel meer ellende de bloedbaden van de Spaanse Furie in Antwerpen en Mechelen, de moordpartijen her en der door Spaanse troepen of Geuzen. Hier en daar heeft de auteur in latere edities geactualiseerd, tot vlak voor zijn dood in 1589, zoals het geval is in de Nederlandse vertaling, hieronder in de postume uitgave uit 1612.r />
In hoofdzaak evoceert hij een uitvoerig panorama van een wereld die reeds verdwenen was voor hij overleed. (Zoals de verovering van Antwerpen door de hertog van Parma in 1585, waardoor de economie grotendeels tot stilstand kwam en waarop een grootscheepse uittocht volgde, die de Gouden Eeuw van de Verenigde Provinciën mogelijk maakte.)
Zijn Beschrijvinghe is daardoor in alle betekenissen van het woord een uniek tijdsdocument.


Facsimile van de Nederlandse vertaling door Cornelis Kiliaan. Gedrukt in Amsterdam, 1612. (eigen exemplaar). De drukker Willem Jansz. zal later internationale roem verwerven als kosmograaf door zijn atlas, onder zijn later aangenomen naam Blaeu (1571-1638).


Frontispice (links) en titelpagina uit de oorspronkelijke Italiaanse versie 1581 (rechts) – beide ingekleurd
Frontispice: centraal: allegorische voorstelling van de Lage Landen met spiegel van de voorzichtigheid in rechterhand en visnet in linker. De drie mannelijke figuren stellen de Rijn voor (druiventros op het hoofd); de Maas (vis onder de arm) en de Schelde (leeuwenwelp).
Rondom voorwerpen die de sectoren voorstellen waarin de Lage Landen uitmunten: penselen & burijn (beeldende kunsten), stoffen (textielindustrie), (wand)tapijt, gedrukte boeken.
Titelpagina, randfiguren: allegorische voorstelling van kunsten en wetenschappen. (Aristodemo 2020:25)

 

Ingekleurd. Van sober tot verguld

De drukker leverde meestal het boek af in losse katernen, die door de ‘vergaarders’ in de juiste volgorde waren gebracht. Het drukken geschiedde op het degelijke, duurzame handgeschepte papier uit lompen en niet op ons hedendaagse houtvezelpapier, dat al door zijn eigen zuren verteerd wordt op het ogenblik dat het van de persen rolt.
Daarna kon de klant zijn boek naar eigen smaak en financiële middelen samenstellen. Bijvoorbeeld in atlassen werden vaak kaarten van andere herkomst ingevoegd.
Kleurendruk voor illustraties bestond nog niet. Plantin gebruikte bij voorkeur kopergravures. De vervaardiging in koperplaat met de vlijmscherpe steekbeitel, de burijn, vergde veel vakmanschap, kostte veel tijd en geld. Kopergravures moesten als diepdruk op een afzonderlijke soort pers gedrukt worden, in tegenstelling tot houtsneden, die met de tekstbladen meekonden onder de drukpers. Maar ze lieten fijnere afwerking toe, onder meer door de streepjesarceringen, waren veel duurzamer en konden dus veel langer en voor hogere oplagen herbruikt worden.

Eén gedocumenteerd voorbeeld: Vesalius beklaagde zich in brieven herhaaldelijk over de talrijke piraatuitgaven van zijn De humani corporis fabrica (Over de bouw van het menselijk lichaam, 1543) geïllustreerd met magistrale houtsneden naar tekeningen van (hoogstwaarschijnlijk) Jan Steven van Kalkar, een medewerker van de beroemde Venetiaanse schilder Titiaan, die her en der opdoken. Vaak met erbarmelijke kwaliteit van drukwerk en minderwaardige illustraties. Christoffel Plantin, toen beginnende drukker, vestigde zijn reputatie voorgoed door de meest befaamde plagiaateditie, Vivae imagines partium corporis humani (‘Levendige afbeeldingen van delen van het menselijk lichaam’) door Johannes Valverde in 1566, dus het jaar voor de Descrittione van Guicciardini (en twee jaar na het overlijden van Vesalius). Die wordt beschouwd als een keerpunt in de geschiedenis van de boekillustratie omdat hij hiervoor prachtige burijngravures op koperplaat gebruikte, in plaats van houtsneden zoals Vesalius. (Aldersey-Williams, Anatomie 2013) Anatomie. De ontdekking van het menselijk lichaam.

Verkoos de klant kleuren, dan gingen de katernen naar ‘afsetters’ (inkleurders). Dat waren meestal gespecialiseerde familiebedrijfjes, waarin even vaak ook vrouw en kleine kinderen meewerkten. Een echt boek als kleurboek! ‘Afsetten’ kostte meer naargelang de kwaliteit en kon dus de prijs van een boek gevoelig opdrijven. De Nederlandse vertaling van Guicciardini uit 1612 hierboven is ongekleurd gelaten, de Italiaanse uitgave uit 1581 is zeer bekwaam ingekleurd.
Dan pas gingen de katernen naar de boekbinder. Zo was Plantin zijn carrière gestart voor hij drukker werd. De klant kon kiezen tussen een band uit perkament of leer, al dan niet versierd met blind- of goudstempels. Vaak - en tot in onze tijd toe - werden de boekranden (of een ervan) met bladgoud versierd: dit heet ‘goud op snee’ en werd vooral bij kostbare drukken uitgevoerd (zoals bij de facsimile van bovenstaande Nederlandse vertaling effectief gebeurde.)


Bespreking

 

Drukker Plantin gaat digitaal

 

Elke unieke tentoonstelling schenkt mij het voorrecht toegang te krijgen tot een bijzondere wereld die ik zonder het museum niet zou leren kennen. Het is mij vergund binnen te treden in een schatkamer van kennis, waarvan ik heel even de exclusiviteit mag ervaren.
(Bart Stouten, De Standaard, zaterdag 7.1. 2017)

Museologische problemen

Een groots opgezette tentoonstelling als deze wil aanzetten via een selectie van goed gekozen voorwerpen, een tijd en tijdgeest te leren kennen en helpen begrijpen.
Om daarin te slagen moet je ze aantrekkelijk kunnen maken. Een collectie oude boeken en kaarten is alleen opwindend voor mensen met vooraf reeds interesse en basiskennis.
Nu leren eerdere ervaringen dat net dit type tentoonstellingen met voorsprong de moeilijkste soort expo is voor verwende tijdgenoten en vooral leerlingen.

Natuurlijk heb je in Plantin-Moretus als bonus de onvergelijkelijke sfeer, met onder veel meer de mogelijkheid het hele huis en het bedrijf van Plantin en zijn opvolgers te ontdekken, de schilderijen, de bibliotheek en bovenal de drukkerij, waar je bovendien een op de authentieke pers gedrukt sonnet kunt kopen. Maar toch!

Op dit punt is deze expo een model! Een paradigma voor toekomstige tentoonstellingen! Ze doet de reputatie van Plantin-Moretus als klantvriendelijke instelling andermaal alle eer aan.



De evocatie van de Nederlanden in de 16de eeuw, vertrekkend bij Guicciardini, is een uitstekend idee, museologisch bijzonder goed uitgewerkt, zeer toegankelijk voor niet-specialisten en jongeren onder meer door de Bruegelprenten en schilderijen uit eigen bezit, telkens met korte attractieve teksten op de muren.
En vooral: via een uitgekiende website, meertalig (Nederlands, Frans, Engels, Duits) perfect aangepast aan deze ellendige coronatijden, met lockdowns en sluitingen allerhande.

De vorige dagen heb ik uitvoerig gegrasduind in de site bij de tentoonstelling: knap werk (in hoofdletters!) gelukwensen voor alle onderdelen.
Overlopen we even de site in Nederlandstalige versie.
Het virtuele bezoek start met een algemene voorstelling in een filmpje van 4 minuten met tweetalige ondertiteling in Nederlands en Engels.

Dan beland je bij de schrijver Jeroen Olyslagers ( auteur van de veel gelauwerde roman Wildevrouw (2020), die zich afspeelt in Antwerpen, in dezelfde periode als Guicciardini)
In een reeks van 11 audioverhalen heeft hij vijf thema’s uitgelicht, elk opgehangen aan 1 prent of schilderij, begeleid door muziek uit de tijd:
1. eten en drinken
2. Antwerpen aan de stroom: haven en handel
3. koophandel in Antwerpen
4. zeden en gewoontes, feesten
5. Reisgids voor de Nederlanden van Friesland tot Noord-Frankrijk.
Tijdens zijn commentaar is telkens tekst uit het boek uitvergroot: een goede kennismaking met lettertype & uitspraak van het 16de - eeuwse Nederlands

Vervolgens arriveren wij bij De wedergeboorte van Guicciardini door de in Antwerpen geboren columnist Mohammed Ouaamari, die in 10 kortverhalen beschrijft hoe Guicciardini als hedendaagse vreemdeling Antwerpen zou ervaren.
Guicciardini en Plantin waren immers beiden migranten, allebei bouwden ze een roemrijke carrière uit in Antwerpen. Dat is een rode draad door de expo: nieuwkomers hebben de stad mee vormgegeven tot wat ze is en doen dat nog steeds. In een ontroerende, confronterende en grappige epiloog geven hedendaagse nieuwkomers hun kijk op de stad. Die blik van de buitenstaander is wat Guicciardini’s boek zo bijzonder maakt.
Tussendoor krijg je nog een van filmpje 28 blz. met bezoekersgids -die je natuurlijk bij je bezoek eveneens op papier ontvangt

Bijzonder interessant en belangrijk is het gedeelte Guicciardini bij je thuis. Dit onderdeel zal uitermate nuttig blijven voor Nederlanders en Vlamingen die later dan de tentoonstelling zelf naar Antwerpen komen.

Je kunt zijn reis door de Nederlanden volgen op onderstaande kaart.
Dwars door de Nederlanden | Museum Plantin-Moretus (museumplantinmoretus.be)

Ook is er de mogelijkheid door zijn hele boek te bladeren (in de ongekleurde Italiaanse versie van de 3de druk, 1588).  Blader door ‘Descrittione di tutti i Paesi Bassi’ | Museum Plantin-Moretus (museumplantinmoretus.be)

STADSPLAN ANTWERPEN - VIRGILIUS BONONIENSIS (1565)

Een van de absolute topstukken is de Virgilius Bononiensis Antverpia, uit 1565, de grootste en meest gedetailleerde plattegrond van de stad die we uit de zestiende eeuw kennen. De kaart is het enige bewaarde exemplaar. Ze meet 120 x 265 cm, en was samengesteld uit een collage van niet minder dan 20 bladen ingekleurde houtsneden.
De kaart verkeerde in vervallen staat. Het verloop van de restauratie stelt in feite (zonder het uitdrukkelijk te vermelden) het probleem scherp dat het tentoonstellen van dergelijke onschatbare, unieke kwetsbare voorwerpen meebrengt.

We kunnen de restauratie in opeenvolgende fasen chronologisch volgen in een filmpje van 5 minuten & een hele reeks foto’s, met daarbij een audiobestand speciaal voor blinden en slechtzienden. Het resultaat kan werkelijk tot in het kleinste detail bekeken, in zeer hoge resolutie.

Een ander identiek topstuk is Mercators kaart van Vlaanderen 1540, eveneens het enige bewaarde exemplaar. (Over Mercator, zijn loopbaan, kaarten en globes, zie Gerard Mercator, de man die de aarde in kaart bracht (PDF).

BESCHRIJVING VAN ALLE NEDERLANDEN Anno 2022

Meer dan veertig jaar geleden, in 1980, kocht ik een prachtige facsimile, goud op snee, van Guicciardini’s Beschrijvinghe van alle de Neder-Landen, toen het duurste boek in mijn bibliotheek.
De foliant is, zoals al vermeld, grotendeels gedrukt in een puntige gotische letter, wat de lectuur van het 16de -eeuwse Nederlands niet bepaald bevorderde.
Alleen het voorwoord door Montanus is gezet in het humanistische lettertype, door de Venetiaanse drukker Aldo Manutius De drukker van Venetië en onder anderen Garamond in het begin van de eeuw reeds ontwikkeld (nog steeds onze bron voor o.a. het gelijknamige lettertype en het veel gebruikte Times New Roman). Mercator verfijnde dit in zijn boekje over schoonschrift (1540), verspreid met het oog op de belettering van zijn kaarten en toegepast op zijn beroemde globe uit 1541 (bewaard in Mercatormuseum Sint-Niklaas).

Ik was echter al tientallen jaren op zoek naar een versie in modern Nederlands.
In 2021 heeft een groep vrijwilligers van het Museum Plantin-Moretus samengewerkt aan het ambitieuze plan om de tekst uit het centimeters dikke boek voor iedereen toegankelijk te maken. Zij baseerden zich op de reeds eerder vermelde versie in de Digitale Bibliotheek der Nederlandse Letteren Lodovico Guicciardini, Beschrijvinghe van alle de Neder-landen (ed. Petrus Montanus). Fibula-Van Dishoeck, Haarlem 1979 (facsimile van de uitgave 1612).

De volledige tekst is omgezet in hedendaags Nederlands. Een heus monnikenwerk!  Beschrijvinghe van alle de Neder-landen - een moderne vertaling | Museum Plantin-Moretus (museumplantinmoretus.be)
De vertaalde teksten volgen de paginering van de originele uitgave uit 1612.
Elk hoofdstuk vormt een apart bestand. Hoofdstuk per hoofdstuk kan je downloaden in PDF. Ik telde 77 hoofdstukken!
Extra duiding door de vertalers staan als voetnoten in de tekst. Hier en daar is een tussentitel toegevoegd voor de leesbaarheid

De bijvoegsels komen niet voor in de eerste tekst van Guicciardini zelf. Ze zijn geschreven door de Amsterdamse uitgever Petrus Montanus in 1612. Ze verhalen wat er gebeurde na 1567 (zie verder).

Zijn Descrittione di tutti i Paesi Bassi uit 1567, de eerste volledige stedenatlas van de Nederlanden, was een bestseller. Het is een minutieuze beschrijving van de Nederlanden, van Artesië tot Friesland, met een glansrol voor zijn nieuwe thuisstad, het New York van de 16de eeuw. Vandaag biedt Guicciardini’s boek een unieke blik op Antwerpen op het toppunt van zijn welvaart, geschreven op een moment dat de mooie tijden al bijna voorbij waren: godsdienstperikelen en de Spaanse Furie bonkten met wapengeweld op de poorten.
Hij start zijn reisgids met een algemene beschrijving, dan volgt Brabant, Leuven, Brussel, Antwerpen.
Antwerpen, het meest uitvoerige onderdeel begint (zoals alle besproken steden) met een gedetailleerd stadsplan over twee volle bladzijden, ingevoegd tussen pagina 56 en 57.
Dit wijst erop dat de kaarten niet mee genummerd zijn omdat ze afzonderlijk gedrukt werden van kopergravures die, zoals reeds vermeld, een aparte pers vereisten.

‘In Antwerpen staan 13.500 gebouwen, schreef hij, de stad is bijna volgebouwd. En de huurprijzen zijn torenhoog – hij sprak uit eigen ervaring.’ Het pronkstuk van de expo is immers de monumentale ingekleurde plattegrond die Antwerpen toont in 1565, gemaakt door de Bolognees Virgilius Bononiensis.
‘In de haven heb ik soms wel 2.500 schepen geteld’, schreef Guicciardini. ‘Ze liggen zo dicht bij de kade dat je ze kan aanraken.’ Guicciardini telde graag. Zo telde hij 170 bakkers, bijna 80 beenhouwers, 600 kleermakers en kousenmakers, 300 schilders en beeldhouwers, 125 smeden – je had hier een grote luxe-industrie.

Kunst als handelswaar


Antwerpen is ‘Nobilissimi totius Orbis Terrarum’… het belangrijkste handelscentrum van de hele wereld; (stadsplan tussen pagina 56 en 57). En het hart van dit handelscentrum is de Nieuwe Beurs, gebouwd in 1531. (tussen p. 60 en 61).

De Nieuwe Beurs is het schakelcentrum tussen alle Europese handelsbeurzen.
‘Door deze opeenhoping van buitenlanders komt er nieuws over allerlei gebieden in Antwerpen terecht.’
Niet alleen dat: ze zal tevens het model worden voor alle latere grote beurzen, onder meer de Amsterdamse, die in de volgende eeuw de rol van Antwerpen volledig zal overnemen.
Guicciardini is laaiend enthousiast over de prachtig beurs, haar weelderige architectuur en haar efficiënte organisatie. Over een Europese primeur in dit gebouw springt hij nogal luchtig heen: op de tweede verdieping, aan de oorspronkelijke bouwtekening pas toegevoegd in 1531, is voor de rijke liefhebber kunst te koop in alle denkbare varianten, afmetingen en gewichten.
Wat hieraan zo nieuw is? Tot dan toe bezocht de liefhebber de kunstenaar en gaf opdracht voor een werk. In de Beurs is dat rechtstreekse verband verbroken. Kunst is hier handelswaar, alsof het suiker of specerijen betrof. Schilderijen, beeldhouwwerk, retabels, boeken, kaarten, Turkse tapijten, lapis lazuli uit Afghanistan, zijden gewaden... vormden een gegeerde retourvracht voor de vreemde kooplieden die Antwerpen aandeden en raakten zo verspreid over heel Europa en zelfs verder (o.a. Madeira, Canarische eilanden).
Daarbij was veel van dit nieuwe beroep in handen van vrouwen.
Dit kwam reeds terloops aan bod in Martens, J., Brabantse retabels. De hemel op aarde.
Zie ook Pye 2021, hfdst. 9 Kunst als handel.

De zelfstandige positie van de vrouwen was een van de aspecten die Guicciardini het meest opvielen. Ze mochten de straat op zonder begeleiding, rondreizen en dus zelfs handel drijven zonder dat hun man zich ermee bemoeide. Hij schreef bewonderend over die sterke vrouwen, assertief, meertalig (‘velen spreken vlot drie of vier talen’). Maar zag ook een schaduwkant: volgens hem waren vrouwen de baas in de Nederlanden.
Net in deze periode was ‘De strijd tussen de broeken en de rokken’ een veel gepubliceerd onderwerp van schimpscheuten op pantoffelhelden en bazige kijvende wijven (vaak geïllustreerd met houtsneden en op bedenkelijk niveau -natuurlijk- door mannen geschreven). Het thema zou nog eeuwen populair blijven, eigenlijk zeker tot omstreeks 1900, ondanks enkele geleerde adellijke ‘blauwkousen’ als de hertogin van Milaan Beatrice d’Este (1475-1497) in het Italië van de Renaissance. Denk maar aan het weigeren van vrouwen aan de universiteiten en de strijd om vrouwenstemrecht door de suffragettes bij het begin van de 20ste eeuw.


De Nieuwe Beurs, gerestaureerd in alle oude pracht.  


Nieuwe Beurs, met de bovenverdieping, waar de door Guicciardini besproken kunsthandel gebeurde.


Zwanenzang der Verenigde Nederlanden

 


Tussen p. 68 &69 over dubbele pagina. Het nieuwe stadhuis. Ingekleurde kopergravure.
Reeds in 1576 volgde er een zware klap voor het stadhuis. Spaanse soldaten, die in geen maanden soldij hadden ontvangen, besloten de stad Antwerpen - de rijkste stad uit de regio - te plunderen (de ‘Spaanse furie’). Doordat er vanuit het stadhuis flink verzet geboden werd, staken ze het gebouw in brand. Het dak en het interieur overleefden de vuurzee niet. De herstelwerkzaamheden begonnen twee jaar later. Volgens Montanus’ Bijvoegsel vielen er meer dan 8000 slachtoffers. De afbeeldingen, vaak verspreid als losse prenten, zijn ronduit gruwelijk met stapels naakte en opengekerfde lijken.
Links bovenaan in kadertje: Domus Senatoria€ Antwerpiensis. Rechts: Pos Hisp. Milit. ince(n)dium instaurata, waarschijnlijk toegevoegd na 1580 (komt immers reeds voor in de Italiaanse uitgave van 1581).


Het kleine kadertje rechtsboven tekent meteen het einde van Guicciardini’s idyllische, vreedzame, vruchtbare en rijke Nederlanden uit zijn boek. Bij zijn dood in 1589 is er reeds 20 jaar oorlog uitgebroken. Te vuur en te zwaard, met galg en rad. En hoe! Bruegels Ekster (1568) zit reeds op de galg het jaar voor zijn dood in 1569; Egmond en Hoorn zijn onthoofd; de Geuzen hebben Den Briel veroverd. En Willem van Oranje is vermoord (10 juli 1584). Tachtig jaar oorlog! Tachtig jaar vernieling, bloed, brand, plunderingen en verkrachting.

Over Antwerpen geeft Guicciardini onder meer lijsten met de namen van belangrijke ambtenaren kunstenaars, enz. Een aantal van hen waren hoogstens twee jaar na de eerste druk van 1567 al vermoord door de Bloedraad van Alva. Exemplarisch één tekenend voorbeeld: Antoon van Straelen (1521 - Vilvoorde 24 september 1568), buitenburgemeester in de lijst vooraanstaanden van Guicciardini. Hij wordt niet met adellijke titels vernoemd, maar bezat wel een aantal heerlijkheden waaronder Merksem. Bij het vertrek van koning Filips II naar Spanje trad hij op als diens geldschieter. Hoewel zelf katholiek was van Stralen tolerant ten opzichte van andere godsdiensten. Na de Beeldenstorm van 1566 wilde hij met Willem van Oranje een toenadering tot stand brengen tussen katholieken en lutheranen. Hij zou de eerste arrestant van de hertog van Alva worden. Het nieuws van zijn aanhouding wekte grote beroering in de Scheldestad. Voor veel kooplieden en handwerkslieden was dit het signaal om de stad te verlaten. Ondanks aandringen van veel vooraanstaanden in zijn voordeel werd hij na gruwelijke martelingen op 24 september 1568 onthoofd.

Guicciardini zelf ontsnapte evenmin aan de ‘beroerlijke tijden’. In 1569 werd hij op bevel van Alva in de gevangenis gegooid, omdat hij in naam van de Italiaanse kooplui een memorandum had geschreven tegen Alva’s belasting van de Tiende Penning (een omzetbelasting van 10% op de verkoop van roerende goederen: eten en drinken, kleding enz., een voorloper en equivalent van de moderne btw. De heffing op producten van handel en nijverheid was in de Nederlanden nog niet eerder voorgekomen.)
Hij kwam vrij in 1570 door bemiddeling van niemand minder dan Cosimo I de’Medici (1519 - 1574), groothertog van Toscane.


Gerestaureerde stadhuis (2022). De bronzen Brabofontein van de beeldhouwer Jef Lambeaux, daterend uit 1887 stelt de handwerpende Silvius Brabo uit de ontstaansmythe voor.

De bijvoegsels zijn geschreven door de Amsterdamse uitgever Petrus Montanus in 1612. Ze komen niet voor in de eerste tekst van Guicciardini zelf.
Wat er gebeurde na 1567? Een voorbeeld: Antwerpen. Zoals Guicciardini zelf zegt beschrijft hij de situatie tot ca. 1560, de laatste jaren van bloei voor een paar honderd jaar (doordat de Hollanders de Schelde zouden afsluiten). Maar toen zijn boek uitkwam in 1567 was Alva er al. En dus moest hij bijzonder voorzichtig zijn. Gelukkig is er het Bijvoegsel in 1612 van Montanus, die van pagina 100 tot 104 een samenvatting geeft van de gebeurtenissen na dat rampjaar. De gebeurtenissen die hij zelf als (oog)getuige heeft meegemaakt. Montanus is uitermate beknopt, volkomen begrijpelijk voor zijn tijdgenoten, maar niet voor ons, die heel wat meer uitleg zouden kunnen gebruiken. Daarvoor moet je echter naar een van de boeken uit onze lijst ‘Meer weten’ en ‘Nog meer weten’

De voorbije dagen heb ik zitten grasduinen in de moderne versie van Guicciardini’s Beschrijvinghe, met daarnaast de geopende facsimile van 1612.
Vaststelling: het mag dan de eerste reisgids van de Nederlanden zijn met een uitstekende beschrijving van Antwerpen en een aantal grote steden met oude geschiedenis. Bij Leuven vermeldt hij bijvoorbeeld ook het Collegium Trilingue; bij Rotterdam (natuurlijk) Erasmus; bij het toen eveneens erg belangrijke Mechelen de plantkundige Dodoens, enz.
Als je verder bladert is het echter een ratjetoe. Geen idee of jullie de treinavonturen van Michael Portillo op televisie volgen met zijn Great Railroad Journeys, aan de hand van o.m. zijn Appleton’s Guide uit laat 19de eeuw. Daar lijkt Guicciardini op. Nogmaals, met bovenvermeld voorbehoud.

Als voorbeeld volgende citaat:

p.389
‘Hasselt ligt op de rivier de Demer, op vier mijl van Maastricht en zes van Luik. Het is een redelijk mooi stadje en goed bewoond. Niet ver van Hasselt ligt aan de Demer het fraaie dorp Kuringen, waar het heerlijk paleis staat dat de voornoemde kardinaal daar heeft doen bouwen. Omwille van de aangename omgeving gingen de bisschoppen zich daar dikwijls met de hovelingen vermaken.’


Een tweede voobeeld (p. 390)
‘Twee mijl van Stokkem en zeven van Luik ligt Maaseik, op de linkeroever van de Maas. Het is een redelijk goede stad. Een mijl daarvandaan ligt de aangename plaats Thorn, met de grote en prachtige abdij van de oude orde en stichting van de kanunnikessen. Daar worden geen andere vrouwen toegelaten dan dochters van graven, baanderheren of ten minste van ridders van adel, zoals ook te Bergen in Henegouwen. Deze vrouwen mogen een man huwen, behalve de abdis. Zij heeft een groot jaarinkomen en heeft ook groot zeggenschap over het gebied en de dorpen, zowel in het geestelijke als in het wereldlijke. Ze staat onder de bescherming van het keizerrijk en heeft zodanige macht en privileges, dat ze goud en zilver geld doet munten. Hierdoor bezit ze een eervolle status, met kanunniken en kapelaans die instaan voor de kerkdienst en veel andere dienaars en officieren.’

Vooral het stukje over Thorn vind ik goed; zo verwijst hij ook onder meer naar Munsterbilzen en andere gelijksoortige abdijen.

Helaas is bij dat hoofdstuk over Hasselt en Kuringen het Bijvoegsel van Montanus in februari 2022 nog niet omgezet in modern Nederlands.

Een laatste vraag: waarom pas een Nederlandse vertaling in 1612? (voor zover wij konden nagaan was dat in de lange rij vertalingen effectief de eerste in het Nederlands) Het antwoord ligt vermoedelijk in de politieke situatie. Montanus voegde zijn beknopte teksten toe tijdens het Twaalfjarig Bestand (1609-1621), de korte vredesperiode in de catastrofale Tachtigjarige Oorlog, getekend tussen de opstandige gewesten en de landvoogden Albrecht en Isabella, toen iedereen uitgeput smachtte naar een definitieve vrede (wat helaas pas in 1648 zou gebeuren). Maar waardoor je wel de gelegenheid kreeg een boek uit te geven als de Beschrijvinghe, bestemd voor zowel een Noordelijk als Zuidelijk publiek

Mijn verwijzing naar Michael Portillo en zijn Appleton's Guide is niet toevallig: Portillo filmt telkens een hele uitzending rond een korte vermelding in zijn gids, ook al zijn over de plaatsen buiten de grote steden nauwelijks enkele regels geschreven Net zoals bij Guicciardini. Hier kan het effect zijn dat je beslist een gegidst bezoek wil brengen aan dat te kort vermelde Kuringen, het (gerestaureerde) vrouwenklooster Herkenrode, of Thorn, de Balije Biesen (landcommanderij van de Teutoonse ridders), Middelburg (beslist de moeite), of Vlissingen (wel met mooi stadsplan in het boek) enz. enz.
Kortom, al die te beknopt vermelde bestemmingen

Blijvende bereikbaarheid?

Verdwijnende hyperlinks blijven een internetpest. Na de tentoonstelling Dames met klasse (Mechelen 2005) beloofden de curatoren mij dat de link naar hun voortreffelijke uitvoerige didactische begeleiding (zeer bruikbaar in onderwijs voor multimediaal en vakoverschrijdend werken) op Pienternet bewaard zou blijven. Tot 2019 was dat ook zo. Maar nu is ze verdwenen.
In dit geval zou ik het doodjammer vinden, vooral indien de vertaling van de Beschrijvinghe... hetzelfde lot zou ondergaan en dus ook alle inspanningen van de vertalers. Dit verdient blijvende bereikbaarheid.
De verantwoordelijken van het museum hebben ons uitdrukkelijk beloofd dat de gegevens ook na de tentoonstelling toegankelijk zullen blijven.

Wij hebben niet de gewoonte de info na een expo offline te halen. We houden per expo graag een dossiertje online. En voor deze expo geldt dat zeker. Immers het betreft onze eigen collectie en Guicciardini is een van de 10 topauteurs die we in ons museum op de eerste verdieping in de kijker zetten.

Onbekend is onbemind

Om te besluiten: nogmaals onze gelukwensen aan de vertalers. Niet alleen verrichtten zij een titanenwerk, maar tevens een dat zeer geschikt is om Guicciardini eindelijk in het leerprogramma en de schoolboeken geschiedenis te krijgen!

Dit is geen loze opmerking!
Een rondvraag in kennissenkring, bij familieleden en bij kleindochter (die in Vlaams 4de secundair net met de humanisten bezig is): Guicciardini? Nooit van gehoord. Volstrekt onbekend (net als trouwens Gemma Frisius, Kiliaan, Dodoens, Busbeke, Nicolaes Cleynaerts, Joos de Rijcke, Buggenhout-Ecuador 1498-1998 index (telenet.be) en nog een paar anderen). Slechts twee mensen uit de groep kenden Guicciardini: een oud-klasgenoot die de tentoonstelling onlangs bezocht en een tweede die als boekhandelaar de facsimile - uitgave van Beschrijvinghe... uit 1612 de voorbije drie decennia een paar keer had verkocht.
Wel bekend: Mercator, Vesalius, Bruegel, de cartograaf Ortelius (bij sommigen), en bij iedereen: Columbus 1492.
Opmerking van allen: waarom ontbreekt die man in onze handboeken geschiedenis? Waarom heeft Antwerpen daar niet veel eerder wat mee gedaan? En Italië? Is hij daar bekend?
Net zoals ik bezochten zij het museum over de jaren herhaaldelijk en beschouwen het als een der mooiste en historisch belangrijkste ter wereld - in ieder geval als een van onze lievelingsmusea. En Werelderfgoed!

Didactische tips

Een tentoonstelling als deze is - zeker voor leraren - een dankbare gelegenheid om vlot didactisch materiaal te verzamelen. Beslist bij een onderwerp als Guicciardini’s boek, dat in veel schoolboeken vermeld wordt, zonder dat studenten (of hun leraren) ooit ook maar een behoorlijk fragment in originele vorm hebben gelezen.
Onderstaande is andermaal opgevat als multimediale modulaire vakoverschrijdende leereenheid. Ze kan opgebroken in afzonderlijke onderdelen naargelang niveau, leeftijd, voorkennis (geziene leerstof), kans op vakoverschrijdend samenwerken met collega’s, beschikbare tijd in enkele lessen of een uitvoerig geheel, waarin lange tijd een volledig tijdsgewricht (bijvoorbeeld eenheid en scheiding van de Nederlanden) wordt bestudeerd. In het verleden zijn beide herhaaldelijk toegepast, al dan niet in samenwerking met een aantal scholen. De uitvoerige versies meestal bij gelegenheid van een herdenkingstentoonstelling. Dit sinds 1976! Herdenking Pacificatie van Gent; 1984, moord op Willem van Oranje; 1994, De Nederlanden in Kaart; 1997 en 1998 Dirk Bouts (Leuven); 2000 Karel V - jaar; 2005 Dames met klasse (Mechelen); 2009 Karel de Stoute (Brugge). Karel de Stoute.

Werkvormen: groepswerk gedeeltelijk parallel, gedeeltelijk complementair.

De werkwijze moet natuurlijk aangepast aan de doelgroep, doch kan eveneens zijn nut hebben voor geïnteresseerden buiten het onderwijs.
Verdeel de deelnemers in groepjes van maximum 5. Nummer de deelnemers van bijvoorbeeld 1 tot 5. Zorg dat in elke groep minstens een persoon is, met omwille van het onderwerp, Nederlands als moedertaal (wat in sommige scholen/afdelingen een probleem zou kunnen vormen).
Laat bij de opeenvolgende taken telkens eerst de hele groep aan de oplossing werken.
Zet dan alle nummers 1 samen in één groep; zelfde voor nummers 2 en volgende. Hierna brengen ze per nummering verslag uit in plenum en dus niet per oorspronkelijke groep.


Haven van Antwerpen omstreeks 1560, met Onze-Lieve-Vrouwekerk op de achtergrond. Merk op de voorgrond links, galei met roeispanen en latijnzeil. Dergelijke schepen werden op de Noordzee niet gebruikt. Zijn afkomstig uit Middellandse Zee.

Er zijn twee wegen mogelijk.
1. Bezoek Museum Plantin-Moretus en stadsbezoek Antwerpen
2. Guicciardini na de tentoonstelling

Vooraf

Welke weg je ook kiest; een aantal aspecten/punten zijn onvermijdelijk gemeenschappelijk.
Kennismaking met Plantin, De woordenaar: Christoffel Plantijn (histoforum.net) zijn drukkerij Columbus (histoforum.net) en zijn museum Museum Plantin Moretus (histoforum.net)

Website van het Museum Plantin-Moretus Museum Plantin-Moretus in Antwerp (museumplantinmoretus.be)
Is geschikt voor een kennismaking door studenten: bevat alle nodige info meertalig Nederlands, Engels, Frans, Duits.
Over het museum zijn op YouTube een hele reeks filmpjes van verschillende lengte te vinden.

Vroege boekdrukkunst:

Xavier Azpeita, De drukker van Venetië.  De drukker van Venetië (histoforum.net)
Op Youtube is er een ruime keuze aan goede filmpjes. Geef zoekfunctie Early Printing in.

Gutenberg pers – duur 6,48 minuten. How a Gutenberg printing press works
Printing on a Gutenberg pres – duur 3,14 minuten. - Printing on a Gutenberg press .
Deze twee horen samen.

Kennismaking met Ortelius en zijn Theatrum Orbis Terrarum en nog twee andere atlassen, op de site van de KB nationale bibliotheek (geïllustreerd).
Atlas Ortelius | Koninklijke Bibliotheek (kb.nl)

Kennismaking met Mercator ‘de man die de aarde in kaart bracht’.  GERARD MERCATOR (histoforum.net)

Opdracht

Kennismaking met Guicciardini en zijn Beschrijvinghe: elke groep krijgt een verschillende bladzijde. Begrijp je wat hij schrijft?
Ga bij Guicciardini na wat er over jullie stad/gemeente met haar bezienswaardigheden gezegd wordt. Is daar heden nog iets van te zien?
Wanneer er toeristische gidsen zijn, vraag hen of er nog iets van Guicciardini in hun opleiding zit. Bedoeling: actualisering. Geschikt voor een lezing, al dan niet met PowerPoint.

Muziek & beeldende kunst

In deze periode kent de polyfonie haar hoogtepunt. De Nederlanden speelden hierbij een vooraanstaande rol en componisten uit onze streken traden in heel Europa op aan de talrijke vorstelijke hoven.
Dit onderdeel hebben wij in lessen esthetica muziek steeds laten uitwerken en naar voor brengen door vrijwilligers. Al die tijd hadden wij het voordeel van minsten twee studenten in de groep, die conservatorium volgden of in een bandje musiceerden.
Zij vergeleken moderne hits met polyfonie. Dit is enkele keren uitgewerkt tot en met een live mini-concert met dwarsfluit, gitaar, viool (waarvoor de hele groep verzocht op te treden na lestijd, om andere klassen niet te storen). Tien jaar later spraken zij er als oud-leerlingen nog over!
Creatieve collega’s kunnen beslist nog meer mogelijkheden aanbrengen. Twee Indische meisjes wilden een sessie over Indische raga’s brengen. Is echter wegens corona-perikelen niet kunnen doorgaan. Eveneens kansen voor studenten met teken- of schildertalenten. In het kader van een opendeurdag presenteerden studenten zo uitvergrotingen van boekillustraties, weef- en goudsmeedtechnieken en twee schilderingen van Incabouwwerken. Plus enkele uitvergrote foto’s en YouTube-filmpjes over onder meer spin- en weeftechnieken uit de Andes, gelardeerd met een kleine tentoonstelling van hedendaags Incatextiel.
Nog: beeldende kunst uit de Renaissance laten vergelijken met niet-Europese kunstvormen.

Stadsbezoek: Antwerp Museum App – gratis - Nederlands &Frans & Engels & Duits
Bijzonder goed uitgewerkt. Openingspagina geeft een voorsmaakje van de mogelijkheden, telkens in je keuzetaal.
Ideaal als voorbereiding van een stadbezoek en tijdens een (virtuele) stadswandeling, plus gevarieerde mogelijkheden voor leerlingenwerk.
Wandelingen: best ieder vooraf downloaden op slimme telefoon.
Keuze uit 20 musea, met praktische informatie, de aanduiding: gratis of betalend, de werken die er aanwezig zijn & situatiefoto’s, bijvoorbeeld voor Museum Plantin-Moretus, het MAS (Museum aan de Stroom) enz.
Onder ‘Art’ vind je een enorme keuze aan kunstwerken.

Enkele fragmenten

1. Het Museum voor Schone Kunsten Antwerpen is niet aanwezig: reeds enkele jaren gesloten wegens grondige renovatie. Datum heropening voorzien op 25 september 2022.
Toch blijft de collectie van het museum dichtbij en toegankelijk. Zo kan je belangrijke kunstwerken op verschillende gastlocaties in en rond Antwerpen bewonderen.
De collectie van het Koninklijk Museum voor Schone Kunsten telt zo’n 8200 schilderijen, beelden, tekeningen en prenten. Het museum bezit belangrijke werken van de Vlaamse primitieven, Peter Paul Rubens en de barok, maar ook moderne kunst van Henri De Braekeleer en de Vlaamse expressionisten.
Topstukken uit binnen- en buitenland
In het museum vind je de grootste verzameling werken van Rik Wouters en de belangrijkste collectie ter wereld van het werk van James Ensor. Het KMSKA legt de nadruk op kunst uit de Zuidelijke Nederlanden en België. Toch bezit het ook enkele opmerkelijke buitenlandse topstukken. Van schilderijen van Jean Fouquet, Titiaan en Amedeo Modigliani tot beelden van Ossip Zadkine en Auguste Rodin.
Ontdek de collectie elders in de stad
Omwille van de renovatie van het museumgebouw kan je het museum op het Zuid op dit moment niet bezoeken. Ondertussen kan je kunstwerken uit de collectie op andere plekken bewonderen, zoals bijvoorbeeld in de Onze-Lieve-Vrouwe kathedraal en in het Snijders & Rockoxhuis.

2. Nicolaas Rockox (1560-1640) speelde vijftig jaar lang een belangrijke rol in het openbare leven van Antwerpen. Niet alleen had hij een voorname politieke functie, hij werd ook zeer gewaardeerd als humanist, oudheidkundige, mecenas, munt- en kunstverzamelaar.
Zijn fraaie collectie antiquiteiten en oude munten bezorgde hem Europese faam. Hij vertoefde in kunstenaarskringen en was goed bevriend met Rubens, Antoon van Dyck en Frans Snijders, zijn buurman. Maar ook met de drukkers Jan en Balthasar Moretus (opvolgers van Plantin) onderhield hij goede contacten.

3. Gilbert van Schoonbeke (1519-1556) bepaalde als urbanist het uitzicht van Antwerpen in de Gouden Eeuw (foto’s van stadsplan met zijn verwezenlijkingen)

 


Antwerps stadsgezicht: Antwerpse groente- en zuivelmarkt, midden 16de eeuw - Pieter Aertsen.
Merk de kruiwagen, midden onderaan, die lijkt met zijn gebogen draagberries op wat de kaasdragers van Alkmaar tot op heden plegen te gebruiken.
Tot omstreeks 1900 waren verschillende modellen van kruiwagens in voege, naargelang het werk waarvoor ze ontworpen waren.

1. Stadsbezoek en bezoek aan de tentoonstelling Komt een Italiaan naar de Nederlanden.

Bij een stadswandeling zijn de hoogtepunten: kathedraal, stadhuis en standbeeld Brabo (met de daaraan verbonden sagen), Rubenshuis, Plantin-Moretus - zie de app Antwerpen.
Voor het bezoek aan het Plantin-Moretus en de tentoonstelling vind je reeds voldoende in bovenstaande.

Op de app is natuurlijk een item over het museum. Kies eerst je taal: Nederlands, Frans, Engels of Duits.
Dan: zie ligging op het stadsplan.
Vervolging een Tour doorheen het hele museum en de vaste collectie; bij elke halte een heel korte uitleg & audiofragment. Dit laatste is goed voor kinderen, voor adolescenten en volwassenen veel te kinderlijk. Zo bezoek je onder veel meer de drukkerij, de letterkamer, bibliotheek & kapel.

2. Na de tentoonstelling

Sinds de Memling-tentoonstelling in Brugge in 1994, nu alweer een kwart eeuw geleden, heeft de vraag ons beziggehouden: wat te doen in de klas met een tentoonstelling na de tentoonstelling?
Hier zijn er terug 2 mogelijkheden: 1) stadsbezoek; 2) zonder stadsbezoek.

1. Bezoek stad en museum
Hiervoor vind je meer dan voldoende hierboven. De Antwerpen – app bewijst andermaal haar nut.

2. Alleen virtueel stadsbezoek
Plantin zal nu slechts een onderdeel zijn van een reeks lessen over humanisme, boekdrukkunst, wetenschap en techniek.
Mogelijkheid tot inschakelen in een geïntegreerde leereenheid die kan doorlopen tot bij de scheiding van de Nederlanden door de Tachtigjarige Oorlog.
Ook nu kan de veeltalige app ingeschakeld, eveneens voor CLIL- TTO groepen.
In dat geval bieden de boeken en filmpjes in onderstaande lijst een mogelijkheid. Laat elk groepje 1 boek lezen en naar voor brengen en voorstellen in plenum. Gebruik zeker de voorgestelde films over wetenschap en techniek. Mogelijkheden zijn andermaal legio.
Lees beslist Eeuwen op zoek naar de tijd (Histoforum Magazine 2018).
Werk je een reeks lessen uit rond eenheid en scheiding van de Nederlanden, zie dan de uitvoerige leereenheid Willem van Oranje op dvd.
Op Histoforum vind je tevens een aantal bijzonder geschikte lessen door Albert van der Kaap, onder meer over de moord op Willem van Oranje. (ingeven in zoekfunctie)

Meer weten

Aristodemo, Dina, Lodovico Guicciardini (1521-1589) in de ban van de Lage Landen, Antwerpen, Phoebus Foundation, 2020, 104 blz.
Bescheiden lijkend boekje over een prachtig ingekleurd exemplaar van de laatste Italiaanse uitgave uit 1588.

Atlas De Wit 1698. Stedenatlas van de Lage Landen van Groningen tot Kamerijk, Tielt, Lannoo, 2012, 320 blz. Verklaring en ondertitels in Nederlands, Frans, Engels.

Imhof, Dirk e.a. (red.), Museum Plantin Moretus. Antwerpen, Uitg. Snoeck, 2016, 160 blz.

Lampo, Jan, Vermaerde Coopstadt, Antwerpen in de Middeleeuwen, Leuven, Davidsfonds, 2000, 115 blz.

Langereis, Sandra, De Woordenaar. Christoffel Plantijn: ’s werelds grootste drukker en uitgever, Amsterdam, Balans, 2014, 399 blz.

Thomas, W. & E. Stols (red.), Een wereld op papier. Zuid- Nederlandse boeken, prenten en kaarten in het Spaanse en Portugese wereldrijk (16de - 18de eeuw), Leuven - Den Haag, Acco, 2009, 479 blz.

Van der Stock, Jan (red.), Stad in Vlaanderen 1477-1787 (tentoonstellingspublicatie), Brussel, Gemeentekrediet, 1991, 616 blz.

Pye, Michael, Antwerpen. De gloriejaren, De Bezige Bij, 400 blz.

Soly, Hugo, Urbanisatie en kapitalisme in Antwerpen in de 16de eeuw. De stedebouwkundige en industriële ondernemingen van Gilbert van Schoonbeke, Gemeentekrediet van België/Historische Uitgaven Pro Civitate, nr 47, 1977, blz. 132 e.v.

Wilson-Lee, Edward, De gezonken verzameling van Ferdinand Columbus, Amsterdam, Meulenhof, 2021, 478 blz. - ook als e-boek.

Vanpaemel, G. & T. Padmos (red.), Wereldwijs. Wetenschappers rond keizer Karel, Leuven, Davidsfonds, 2000.

Films

YouTube: Was Leuven het Silicon Valley van de 16e eeuw? – Nederlands, Universiteit van Vlaanderenn - 14 minuten.

Het geniale astrolabium
YouTube-films over een analoge computer, 1200 jaar lang het meest gesofisticeerde astronomische instrument.

Tom Wujec, Anatomy of the Astrolabe (2009) - duur: 9, 25 minuten, met ondertitels en transcript van de commentaar in 24 talen!
– ook langere versies van zelfde uitzending voorhanden, tot 20’.
In tegenstelling met de titel bespreekt hij geen 13de - eeuws, maar een 16de -eeuwse astrolabium (van Arsenius, leerling van Mercator).

Seb Falk, Astrolabes: The Medieval ‘Smartphone’, Engels- duur: 9.34 minuten. <LINK>
Astrolabes: The Medieval 'Smartphone'? | Seb Falk - YouTube
Ook verscheidene langere films over de inhoud van zijn bijzonder goede boek De verlichte middeleeuwen (2020).

William Greenwood, How to use an astrolabe? (2018) – Engels – duur: 6,26 minuten.

 

Armillarium

Animate it _ Armillary Sphere  – duur: 3,42 min. Voorstelling. Vormt duo met volgende:

Armillary Sphere animation  – duur: 4,14’

How to Use an Armillary Sphere – 10,30 minuten
Duidelijke en gedetailleerde concrete demonstratie.

Romans

 

Joris Tulkens, De Odyssee van Pedro en Luisão, Antwerpen, Davidsfonds/Standaard Uitg., 2019, 474 blz.

Javier Azpeita, De drukker van Venetië, Amsterdam, Wereldbibliotheek, 2019, 382 blz.

Jeroen Olyslagers, Wildevrouw, Amsterdam, De Bezige Bij, 2020, 416 blz.

 

Nog meer weten

Op aanvraag van deelnemers aan het museumbezoek zijn enkele vlot bereikbare, korte publicaties met veel illustraties beknopt geannoteerd toegevoegd:

Verrelst, W. & J. Martens, Bruegel als renaissancekunstenaar.

Beslist gebruiken: spreekwoorden; kinderspelen
Zeer dankbaar materiaal: voor landbouw en leven op het platteland

Inside Bruegel, Wenen 2018.
De Feyter, B, Kelly Everaert, K., e.a., Bouwen en wonen.
Zie ook hier zeker: Plattelandsinterieurs bij Bruegel en volg de links over haard, zitplaatsen enz.
Ook: De pot van Olen.

Martens, J., Brabantse retabels. De hemel op aarde


Poortvliet, Rien, De tresoor, Kampen, Kok, 1991, 208 blz. Charmant en degelijk werk van de grote Kaboutertekenaar. Speelt in 1566, tijd van Guicciardini, op platteland. Sterk aanbevolen!! Moeilijk nog te vinden en tot op dit ogenblik helaas nog niet herdrukt

Dubbe, B., Huusraet. Het stedelijk woonhuis in de Bourgondische tijd, Hoorn, Uitg. PolderVondsten, 2012, 276 blz.
De inhoud loopt chronologisch verder tot in de tijd van Guicciardini. Complementair met De tresoor en Bouwen en wonen. Aanbevolen.

Sellink, M. & Martens, M., Bruegel ongezien. De verborgen Antwerpse collecties, Leuven, Davidsfonds, 2012, 224 blz.

Degryse, Karel, Pieter Seghers. Een koopmansleven in troebele tijden, Antwerpen, Hadewijch, 1990, 159 blz.

Educatieve Dienst van de Musea, Over letters, boeken en prenten, Antwerpen, Museum Plantin-Moretus, 1989, 70 blz.


Roman. John Vermeulen, De ekster op de galg. Roman over leven en werk van Pieter Bruegel, Utrecht, Het Spectrum, 1992, 352 blz.

YouTube films over Bruegel zie Bijlage Clil visueel (helemaal onderaan bij Doorbraak voor tweetalig onderwijs?

 

Bijlage


 

  •  

    u